Welke universiteit verzilvert haar wetenschappelijk kapitaal optimaal? De ranglijst van Elsevier en ScienceWorks toont de best communicerende, de best samenwerkende en de best ondernemende universiteit.
De Universiteit Twente levert van alle dertien universiteiten het hoogste economisch en maatschappelijk rendement. Dat blijkt uit de Elsevier/ScienceWorks Valorisatieranglijst 2015. Tweede is de Technische Universiteit Delft en derde Wageningen University. Alle drie zijn het typische bèta-universiteiten. Dat geldt ook voor nummer 4, de Technische Universiteit Eindhoven. Hoogst genoteerde ‘brede’ universiteit is Leiden (vijfde), gevolgd door de Universiteit van Amsterdam (zesde) en de Rijksuniversiteit Groningen (zevende). In de Valorisatieranglijst 2013 eindigde Eindhoven als derde en Wageningen University vierde.
Economisch of maatschappelijk nut
De ranglijst is bedacht en opgezet door onderzoeks- en adviesbureau ScienceWorks in Den Haag en beoogt in kaart te brengen hoe universiteiten hun wetenschappelijke en technologische kennis weten in te zetten voor economisch of maatschappelijk nut. Het gaat dus om het verzilveren van het wetenschappelijk kapitaal. Dat is ook de betekenis van het woord ‘valorisatie’: waarde geven aan. De Universiteit Twente mag dan algemeen winnaar zijn, dat wil niet zeggen dat ze op alle fronten ‘kampioen’ valorisatie is. Zoals Sven Kramer ook niet alle afstanden hoeft te winnen om allround wereldkampioen schaatsen te worden.
Alle universiteiten zijn mededingers in drie klassementen. Als communicerende universiteit, die zich profileert met het verspreiden van kennis en deelname aan het publieke, maatschappelijke debat. Als samenwerkende universiteit, die als dienstverlener optreedt voor de publieke sector en het bedrijfsleven. En als ondernemende universiteit, die aanjager is van ondernemerschap en innovatie.
Twente voerde lang de slogan ‘ondernemende’ universiteit. Maar al is die slogan inmiddels veranderd in High tech human touch, de overwinning in het eindklassement is onverkort te danken aan de score als ondernemende universiteit. Tilburg University is de winnaar als communicerende universiteit, Wageningen University als samenwerkende universiteit.
Succesverhalen
‘De publieke aandacht gaat vooral uit naar start-ups en extreme succesverhalen van bedrijfjes die voor 1 miljard euro aan een grote farmaceut of IT-multinational zijn verkocht,’ zegt Frank Zwetsloot (52), CEO van ScienceWorks. ‘Maar de opzet van onze valorisatieranking is juist om veel breder te kijken.’
Zodra het gaat om euro’s, octrooien en spin-offs, staan geestes- en sociale wetenschappen op achterstand. Zwetsloot: ‘Daar zie je dus ook weerstand tegen dat hele idee van valorisatie. Niet terecht, want de aanwezigheid van universiteiten als kennisbron in het publieke domein omvat zoveel meer dan alleen een waardebepaling in euro’s.’
Er is bijvoorbeeld zoiets als invloed, de impact van academische kennis op beleid en besluitvorming. Vandaar dat, vergeleken met het onderzoek in 2013, naast optreden in de media twee nieuwe maten zijn geïntroduceerd. De vermelding van de universiteit in Kamerstukken en deelname in adviescolleges van de regering – zoals de Onderwijsraad, Gezondheidsraad of de staatscommissie Herijking ouderschap – tellen nu als bewijs van maatschappelijke relevantie.
Op dat front slaat Tilburg een slag met de hoogste deelname van de wetenschappelijke staf aan adviescolleges, plus een tweede plaats bij de vermelding in Kamerstukken. Wageningen is daar nummer 1, met 141 vermeldingen – ontdaan van herhalingen per debat. Wageningen University is bovendien derde bij de deelname aan adviescolleges. Ze is prominent aanwezig als best samenwerkende universiteit én nummer twee als communicerende universiteit.
Inkomsten uit licenties
Een derde nieuwe maat vormen inkomsten uit licenties. Zwetsloot: ‘Universiteiten besluiten nogal eens om intellectueel eigendom zoals een patent zelf te houden in plaats van het te verkopen aan een bedrijfje, en alleen het gebruiksrecht te verlenen. We zien dat terug in allerlei constructies van eigendom en royalty’s.’
De licentie-inkomsten zijn toegerekend aan het klassement van de samenwerkende universiteit. Daarin tellen onder meer onderzoeksprojecten mee die zijn gefinancierd door Technologiestichting STW. Dat is een gezaghebbende organisatie die technisch-wetenschappelijk onderzoek en de gebruikers daarvan samenbrengt.
ScienceWorks brengt daarnaast in beeld welke activiteiten te vinden zijn op de zogeheten ScienceParks. In totaal zijn daar nu 1.396 bedrijven geteld, samen goed voor ruim 28.000 arbeidsplaatsen. Twente prijkt, weinig verbazend, bovenaan met 400 bedrijven op Kennispark Twente. Maar de meeste arbeidsplaatsen, ruim 6.500, produceert het Leiden Bio Science Park, tussen het Leids Universitair Medisch Centrum en de bètafaculteit aan de Einsteinweg in.
Optelsom
Intrigerend is de optelsom van baten verkregen uit opdrachten door derden, zoals voor contractonderzoek en -onderwijs. De universiteiten verdienden zo samen 1,3 miljard euro. De Universiteit Utrecht haalde het meest binnen, bijna 170 miljoen euro, en Tilburg University het minst, ruim 32 miljoen euro. Omgeslagen per lid van de wetenschappelijke staf gaat Wageningen met de eer strijken en is de Universiteit Maastricht hekkesluiter.
Voor Tilburg is een veelzeggende rekensom voorhanden: van de 32 miljoen euro komt bijna tweederde uit contractonderwijs, ofwel de verkoop van onderwijs aan derden. Daar is valorisatie van kennis wel direct in euro’s meetbaar. Maastricht volgt, met een kwart van alle baten in opdracht van derden uit contractonderwijs. Eindhoven en Groningen blijken het merendeel van de externe inkomsten uit contractonderzoek voor de nationale overheid te halen. Delft verdient 60 procent van het totaal uit opdrachten van bedrijven. De Universiteit van Amsterdam is daarvoor voor eenderde afhankelijk van opdrachten door internationale organisaties.
‘Opmerkelijk,’ zegt Zwetsloot, ‘is de algemene tendens dat investeringen door het bedrijfsleven in onderzoek en onderwijs sinds 2013 opnieuw zijn gedaald. Maar de inkomsten uit de Europese Unie zijn met 20 procent juist sterk gestegen.’
