De moord op Peter R. de Vries tast het veiligheidsgevoel aan

16 juli 2021Leestijd: 4 minuten
Steunbetuigingen aan Peter R. de Vries in Amsterdam. Foto: Sipa USA

Peter R. de Vries is vermoord door de georganiseerde misdaad. Afshin Ellian beschrijft de bravoure van een man die geloofde in gerechtigheid en niet bang was daarbij grenzen op te zoeken. Hij was een aanwinst voor de strafrechtelijke waarheidsvinding.

Peter R. de Vries vecht niet meer voor zijn leven. Hij is heengegaan. Een generatie Nederlanders is opgegroeid met Peter R. de Vries. Hij had vaak strenge opvattingen; nee, een sterk geloof in gerechtigheid. De waarheidsvinding was voor hem direct gerelateerd aan het streven naar gerechtigheid. Telkens ging hij aan de moeilijke kant van het verhaal te staan. Daarin zocht hij de grenzen van de wet op.

De Vries was een aanwinst voor strafrechtelijke waarheidsvinding

Afshin Ellian

Prof.mr.dr. Afshin Ellian (Teheran, 1966) is hoogleraar encyclopedie van de rechtswetenschap en wetenschappelijk directeur van het Instituut voor Metajuridica aan de rechtenfaculteit van de Universiteit Leiden. Hij schrijft wekelijks onder meer over de idealen en vrijheden van de westerse cultuur.

Toen ik werkzaam was als promovendus op de afdeling strafrechtwetenschappen aan de Katholieke Universiteit Tilburg was Peter R. de Vries het favoriete onderwerp tijdens de lunchpauze. Het waren heftige discussies. Aan de ene kant van de tafel zaten collega’s die hem verschrikkelijk vonden omdat hij het Openbaar Ministerie en de advocatuur dwarszat. Aan de andere kant van de tafel zaten altijd de strafrechtwetenschappers, die De Vries juist een aanwinst vonden voor de strafrechtelijke waarheidsvinding. Advocaten botsten geregeld met de onderzoeksmethode van De Vries.

De politie was stiekem vaak blij met De Vries

Er waren advocaten die meenden dat door De Vries hun cliënt werd gedemoniseerd. Een strafrechtadvocaat is slechts gebonden aan de belangen van zijn of haar cliënt. Terwijl De Vries zich aan geen enkel belang verbonden achtte. Hij zocht naar middelen om op sensationele wijze onrecht te bestrijden. In de Puttense moordzaak wist De Vries een rechtelijke dwaling aan te tonen: de veroordeelden werden in ere hersteld.

De politie was stiekem vaak blij met Peter R. de Vries. Hij gebruikte immers methoden die de politie niet mag inzetten. Om iemand op de huid te zitten, moet er sprake zijn van een redelijk vermoeden van schuld van het begaan van een strafbaar feit – een verdachte in de zin van het Wetboek van Strafrecht. Vanaf dat moment ontstaat voor de politie de bevoegdheid diverse middelen in te zetten voor een strafrechtelijk onderzoek naar de verdachte. Maar ‘redelijk vermoeden’ berust op feiten en omstandigheden die niet op subjectieve gissing berusten.

De Vries was in tegenstelling tot de politie niet gebonden aan wetboeken en de begrippen die daarin zijn opgenomen. Daardoor kon hij verder gaan met het onderzoek waar de politie was gestopt.

De Vries wist dat Van der Sloot een gewetenloze boef was

Het ontraadselen van de verdwijning van de achttienjarige Amerikaanse Natalee Holloway op Aruba in 2005 werd de journalistieke kroon op de carrière van Peter R. de Vries. De politie had geen serieuze aanwijzing om verdachte Joran van der Sloot voortdurend aan een onderzoek te onderwerpen. Maar De Vries was van mening dat Van der Sloot betrokken was geweest bij deze verdwijning. Hij zag in Van der Sloot een gewetenloze boef.

Daarom probeerde hij hem (via een tussenpersoon) in een auto met geheime camera’s te verleiden de waarheid te vertellen. Met dit verhaal pakte De Vries groot uit. Iedereen was ervan overtuigd geraakt dat Van der Sloot wel betrokken was geweest bij de verdwijning van Holloway. Maar strafrechtelijk leverde de televisie-uitzending van De Vries weinig op.

Niet lang daarna, in 2010, werd Van der Sloot veroordeeld tot 28 jaar cel voor de moord op de 21-jarige Peruaanse Stephany Flores Ramírez. Recent is hij, opnieuw, veroordeeld wegens drugsmokkel in de Peruaanse gevangenis. Hij fungeerde als de coördinator van drugssmokkel naar de gevangenis. De Vries had gelijk: Van der Sloot is een gewetenloze crimineel.

Stelsel van bewaken en beveiligen liet De Vries in de steek

De Vries zelf is uiteindelijk vermoord door de georganiseerde misdaad. Het stelsel van bewaken en beveiliging heeft gefaald: niet één keer, maar diverse keren. Ook in de zaak van de zussen van crimineel Willem Holleeder zagen we hoe moeizaam de beveiliging en bewaking van deze kroongetuigen verliep. Daarna zijn twee moorden gepleegd rond kroongetuige Nabil B. Zijn broer en zijn advocaat werden vermoord. Ten slotte is een derde moord gepleegd: de vertrouwenspersoon van kroongetuige Nabil B., Peter R. de Vries, werd op de klaarlichte dag neergeschoten. In een bredere context kan worden gesteld dat sinds 2002 al drie opiniemakers zijn vermoord: Pim Fortuyn, Theo van Gogh en Peter R. de Vries.

Het kabinet heeft terecht besloten een onafhankelijk onderzoek in te stellen naar de beveiliging van Peter R. de Vries. Tjibbe Joustra, oud-voorzitter van de Onderzoeksraad voor Veiligheid en voormalig Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding, is gevraagd het onderzoek te leiden. Zo onderzoekt Joustra het veiligheidsstelsel dat ooit hij zelf heeft geleid. Sommigen zullen hierop sceptisch reageren.

Voor een onafhankelijk onderzoek zou het kabinet ook iemand kunnen aanwijzen die nooit institutioneel heeft gewerkt met het beveiligingsstelsel. Ik ga ervan uit dat Joustra onafhankelijk en kritisch de feiten rond de beveiliging van De Vries gaat onderzoeken. Vooralsnog heb ik geen reden om daaraan te twijfelen.

De moord op De Vries tast bij velen het veiligheidsgevoel aan.

Peter R. de Vries is gestorven zoals hij leefde: dapper en onbevreesd. Een icoon van journalistieke dapperheid is vermoord.