Op wereldtoneel staat Rutte zijn mannetje

27 januari 2021Leestijd: 4 minuten
Zeer grote stap vooruit naar een federaal Europa. Van links af: Rutte, Merkel, Von der Leyen en Macron. Foto: Francois Lenoir/AFP/ANP

In Nederland wordt graag gekeken naar de tekortkomingen van premier Mark Rutte (VVD).  Voor zijn daden op het internationale toneel krijgt hij nauwelijks krediet. Daar toont hij zich een leider die met verve het Nederlandse belang weet te verdedigen terwijl hij deals sluit met Angela Merkel en Emmanuel Macron, schrijft Constanteyn Roelofs.

Het is verleidelijk om de regeerperiode van het kabinet-Rutte III vooral te omschrijven aan de hand van zijn binnenlandse tekortkomingen. Natuurlijk, het is niet fraai wat er allemaal is gebeurd met de toeslagen en ook de erosie van de publieke diensten (en de daaropvolgende chaos bij de coronapandemie) was en is niet best.

Constanteyn Roelofs
Wekelijks verkent historicus Constanteyn Roelofs (1989) de tragikomische tegenstrijdigheden in economie en maatschappij.

Van de andere kant zit er wel degelijk een belangrijke buitenlandse component aan de regeringsstijl van Rutte en aan de afgelopen regeerperiode. Sterker nog, het lijkt erop dat Rutte zich internationaal goed in zijn vel voelt zitten en persoonlijk erg op zijn gemak op het wereldtoneel. Het plezier, de interesse en het leiderschap die Rutte toont in internationale zaken, blijkt wel uit het feit dat Rutte het persoonlijk op zich heeft genomen om de doelen van het Nederlandse buitenlandbeleid te verdedigen, die zich vooral afspelen op het Europese schaakbord.

Rutte hamert dealtjes af met Macron en Merkel

Een Brexit ondergaan met behoud van de historische en commerciële banden met de eilanden, een Europa waarin Nederland wel de voordelen (goedkope munt, goedkope arbeid) heeft, maar niet de nadelen (een al te enthousiaste transferunie) en een rol van Nederland als vestigingsplaats voor Europese instituten… Het is het soort kleine en relatief non-sexy politiek die desondanks voor Nederland zeer belangrijk is. Rutte is op dit vlak prima en hamert in hemdsmouwen alle dealtjes met Macron en Merkel af.

De liefde voor het vak van buitenlandse zaken wordt wonderlijk genoeg gespiegeld aan een minachting voor het oude en eerbiedwaardige departement. Om de handen vrij te hebben en de buitenlandpolitiek bij Algemene Zaken te parkeren, moet BZ het ontgelden. De eerder ingezette bezuinigingen op het departement gingen door. De vernedering is zelfs fysiek, zoals wel bleek toen de diplomaten – toch gewend aan mooie bureaus en personeel – zelfs hun eigen kantoortjes in de Apenrots moesten opgeven voor flexplekken in een verzamelgebouw, die ze ook nog eens moesten delen met Sociale Zaken!

Rutte kiest zwakke ministers van Buitenlandse Zaken

Het verloren departement zoekt nog steeds naar identiteit met een neurotische oriëntatie op diversiteit en een zoektocht naar een nieuwe rol nu het internet, de EU en de premiersdiplomatie de buitenlandse vertegenwoordiging tamelijk overbodig heeft gemaakt.

Een krachtige minister van Buitenlandse Zaken kan een premier behoorlijk in de weg lopen of zelfs overvleugelen – de geschiedenis zit vol Von Metternichs die dat kunstje flikten. Rutte kiest daarom met zorg zijn underlings uit – altijd politiek een paar maatjes kleiner. Halbe Zijlstra bijvoorbeeld. De beste man kon als staatssecretaris ternauwernood een bezuiniging op de culturele sector doorvoeren, maar was wel loyaal aan de partij en energiek in de omgang met de ambtenaren. Ideaal! De verwachting was dat hij niet te veel in de weg zou lopen.

Toen hij daadwerkelijk in zichzelf ging geloven en begon op te scheppen over de datsja van Poetin, was het uiteraard meteen klaar. Als vervanger kwam Stef Blok, qua politiek statuur eerder het type wethouder Hekking dan Lord Palmerston. Maar: loyaal aan de partij en iemand die het heel leuk vindt als andere mensen net doen alsof hij belangrijk is. Stef Blok mag af en toe zeggen dat hij iets heel erg vindt als er iets heel ergs gebeurt in het buitenland en hij mag op de foto met het Brexitmonster.

Missionaristypes houdt Rutte in bedwang

De andere uitdaging voor Rutte  zijn de missionaristypes die Nederland als morele supermacht op het wereldtoneel willen presenteren en die een morele positie belangrijker vinden dan realpolitik. Dit soort do-gooders met dure diploma’s in international relations zijn natuurlijk wat minder makkelijk af te schepen, al was het maar omdat het er zovéél zijn in het wereldje van Buitenlandse Zaken en de daaromheen hangende ngo’s en supranationale organisaties. Van die mensen die denken dat onze belangrijkste exportproducten naar de verre valleien van Baloechistan bestaan uit abortus en transgenderrechten.

Toen de PvdA nog de ministers van Buitenlandse Zaken mocht leveren, ging dat keer op keer mis en leidde het tot kostbare folies zoals deelname aan een militaire missie in Mali. De oplossing van Rutte was even simpel als briljant: gewoon nog een extra minister benoemen die de dossiers anticonceptiepil en rekenonderwijs in Donker Afrika kreeg, maar die het met een lagere status en een zeer beperkt budget moet doen. Bovendien moeten alle goede werken in dienst staan van de handel.

Als we het geheel zo overzien, mogen we wel concluderen dat Rutte op het gebied van het buitenlandbeleid een prima partij heeft geschaakt voor ons kleine landje, dat altijd afhankelijk is van de grillige bewegingen van de internationale en Europese politiek. De vraag is wel of staatsrechtdeskundigen en historici zo genadig zullen oordelen over de machtsconcentratie van het beleid in de persoon van de premier, maar niemand zal ontkennen dat er door de sluwe meester wel verdomd slim is gespeeld. En Stef Blok? Die zijn we als historici waarschijnlijk meteen weer vergeten op het moment dat hij de deur van het ministerie achter zich dichttrekt.