Moordenaar Desi Bouterse verschuilt zich achter Archiefwet

Ruim een jaar na zijn veroordeling tot twintig jaar cel wegens de Decembermoorden in 1982 verscheen de Surinaamse oud-president en voormalig legerleider Desi Bouterse maandag voor de krijgsraad. De schuld voor de moorden schuift hij in de schoenen van Nederland en hij stelt dat de geschiedenis hem zal vrijspreken. Een schaamteloze actie om op vrije voeten te blijven, vindt Gerlof Leistra.

Pas dertien jaar na het begin van het proces over de Decembermoorden van 1982 – waarbij vijftien tegenstanders van zijn regime zonder vorm van proces zijn geëxecuteerd – legde Desi Bouterse maandag voor het eerst een verklaring af voor de krijgsraad. Die heeft hem op 29 november 2019 bij verstek veroordeeld. Als hij tegen die uitspraak geen verzet had aangetekend, was de veroordeling onherroepelijk geworden en zou hij gevangen genomen kunnen worden.

‘Niet aanwezig’

Ondanks een stortvloed aan belastend bewijs van getuigen beweert Bouterse dat hij de moorden niet had zien aankomen en de bewuste nacht niet aanwezig was in Fort Zeelandia, waar de executies zijn gepleegd. Volgens hem heeft de krijgsraad ontlastend bewijs genegeerd.