De wijze waarop de coronamaatregelen in wetgeving zijn gegoten, gaat de geschiedenis in als schoolvoorbeeld van hoe het niet moet, schrijft Carla Joosten. Het kabinet bleef maar voortborduren op een slecht wetsvoorstel in plaats van dat in te trekken en een nieuw voorstel in te dienen, waardoor het voorstel in de Tweede Kamer compleet werd verbouwd. Bij de behandeling in de Eerste Kamer viel vooral gekef van de oppositie op, als zou de democratie om zeep worden geholpen.
Dat sprake zou zijn van een ‘halve staatsgreep’ – een kwalificatie van senator Henk Otten (Fractie-Otten) die hij op aandringen van Kamervoorzitter Jan Anthonie Bruijn weer introk – is een gotspe. Net als trouwens de uitspraak van Peter Nicolaï (Partij voor de Dieren) als zou de Eerste Kamer zichzelf aan het verminken zijn.
Bestel deze speciale uitgave over de Eerste Kamer
De politieke coronavrede van het begin van de crisis was al langer voorbij in Den Haag. Dat had het kabinet, en vooral minister van Volksgezondheid Hugo de Jonge (CDA), aan zichzelf te wijten. Die bereidde een spoedwet voor die brede maatschappelijke en juridische kritiek kreeg. Te vage teksten, aantasting van grondrechten, te haastig in elkaar gezet.
Uiteindelijk kwam er een aangepast voorstel, waaruit onder meer was verdwenen dat de politie huiskamers zou kunnen binnenvallen ter controle van het aantal aanwezigen.
Laden…
Word abonnee en lees direct verder
Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.
- Bent u al abonnee, maar heeft u nog niet een account? Maak die dan hier aan. Extra uitleg vindt u hier.
Bent u abonnee en hebt u al een account?
Log dan hier in
Verder lezen?
U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.
Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?
Er ging iets fout
Uw sessie is verlopen
Wilt u opnieuw inloggen