Stop de demonisering van Airbnb

18 februari 2020Leestijd: 3 minuten
Toeristen met rolkoffers in het centrum van Amsterdam. - ANP

Wie een paar dagen per jaar zijn huis wil verhuren aan vakantiegangers krijgt het steeds zwaarder te verduren, vooral in Amsterdam. Waarom toch? vraagt Roelof Bouwman zich af.

In een geruchtmakend rapport van hoogleraar bestuurskunde Pieter Tops en onderzoeksjournalist Jan Tromp stond het vorig jaar zwart op wit: drugsgerelateerde criminaliteit heeft in Amsterdam vrij spel. De Amsterdamse politie heeft de drugsbestrijding volledig laten liggen en de gemeente pakt niet door bij projecten die verwevenheid van de onder- met de bovenwereld moeten voorkomen.

Roelof Bouwman is historicus en journalist. Hij schrijft wekelijks over politiek, geschiedenis en media.

Voor wie het nog niet wist: de vondst van een afgehakt hoofd op de stoep van een shisha-lounge (2016) en de moord op advocaat Derk Wiersum (2019) waren, hoe schokkend ook, geen incidenten. De top van de Amsterdamse onderwereld is vrijwel onaantastbaar.

Illegalen wordt geen strobreed in de weg gelegd

Ook mensen die illegaal in ons land verblijven – meestal nadat de rechter heeft vastgesteld dat ze zich valselijk hebben voorgedaan als vluchteling – wordt in Amsterdam geen strobreed in de weg gelegd. Sterker nog: de gemeente biedt illegalen 24-uursopvang en deelt miljoenen euro’s uit aan subsidies. Van dat geld, zo bleek vorig jaar, worden onder meer feestjes, culturele avonden en vlogcursussen voor illegalen betaald.

Zelfs wie in Amsterdam andermans huis openbreekt en er gaat wonen, heeft betrekkelijk weinig te vrezen. Weliswaar is kraken sinds 2010 in heel Nederland bij wet verboden, maar het linkse Amsterdamse gemeentebestuur trekt zich daar weinig van aan. Ontruimen is in de hoofdstad een vies woord. Om hun pand terug te krijgen, moeten eigenaren dikwijls kostbare juridische capriolen uithalen.

Cover elsevier Weekblad editie 49 2019

Lees ook het eerbetoon aan de Nederlander van het Jaar 2019

Wetsontwerp is veel te soft

Wel is Amsterdam heel erg gebeten op bewoners die hun huis of appartement een paar dagen per jaar verhuren aan vakantiegangers, via Airbnb of andere verhuurplatforms. Als je het gemeentebestuur mag geloven, veroorzaakt dit verschijnsel heel veel ellende in de stad. Overlast, onveiligheid, stank, vervuiling, opwaartse druk op de huren, exploderende huizenprijzen, verstoring van de sociale cohesie: je kunt het zo gek niet verzinnen.

Van het nieuwe wetsontwerp tegen woningmisbruik dat in december door minister Stientje van Veld­hoven (Wonen, D66) naar de Kamer is gestuurd, verwacht het college weinig. Veel te soft voor Airbnb en consorten, liet SP-wethouder Laurens Ivens weten. Nadat de Hoge Raad drie weken geleden oordeelde dat een meldplicht voor toeristische verhuur in strijd is met de Huisvestingswet, gaat Amsterdam nu een vergunningstelsel invoeren.

Aan vakantieverhuur zijn grote voordelen verbonden

Je zou bijna vergeten dat aan vakantieverhuur – in Amsterdam, maar ook elders – allerlei grote voordelen zijn verbonden. Het zorgt bijvoorbeeld voor een betere spreiding van toeristen. De meeste hotels (in Amsterdam 54 procent) bevinden zich in de centra van steden en dorpen. Terwijl het aanbod van particuliere adressen juist daarbuiten het grootst is.

Ook zorgt vakantieverhuur in de meeste gevallen niet voor extra drukte. Veel verhuurders gaan zelf weg als de huurder komt. Bij hotels is dat anders: dan komen toeristen erbij, niet ‘in plaats van’.

Geld vloeit grotendeels terug in de stad

En dan zijn er natuurlijk de inkomsten uit verhuur. Dat geld vloeit grotendeels terug in de stad: direct, in de vorm van toeristenbelasting, maar ook indirect, doordat de verhuurder meer financiële speelruimte krijgt.

Wat is daartegen? Door extra inkomsten worden burgers onafhankelijker en vrijer. Of wil het Amsterdamse gemeentebestuur een stad waar alleen criminelen, illegalen en krakers hun eigen plan mogen trekken?

Nee, dat kan niet waar zijn. Toch zou je het soms denken.