Peking laat Hongkong langzaam leegbloeden

07 november 2019Leestijd: 3 minuten
HONG KONG - CHINA - POLITICS - CRIME - UNREST

Waarom stuurt de Chinese regering geen soldaten de straten van Hongkong op? Soms is het effectiever om toe te kijken en de tegenstander zichzelf langzaam te laten uitputten, schrijft Robbert de Witt.

Een actuele situatie vergelijken met de Tweede Wereldoorlog is doorgaans niet zo zinvol, of in elk geval zelden gepast. Maar vergelijken met de Eerste Wereldoorlog, dat kan natuurlijk wel.

Robbert de Witt

Robbert de Witt (1978) is Buitenlandredacteur bij Elsevier Weekblad. Hij blogt wekelijks op donderdag over mondiale ontwikkelingen en de gevolgen ervan voor Nederland en Europa.

Zo hadden de Duitsers een even inventieve als gruwelijke strategie om de Fransen te verslaan, in de beruchte Slag om Verdun, 1916. Na twee jaar oorlog lag het front wel ongeveer vast. Geen van de strijdende partijen aan het Westfront – van de Atlantische kust tot aan de Alpen – boekte nog aanzienlijke terreinwinst.

Van Frankrijk werd het bloed afgetapt, totdat het zou sterven

De Duitse bevelhebber Erich von Falkenhayn zinspeelde op een doorbraak bij Verdun. Een verrassende keuze, want die Noord-Franse stad werd omringd door sterke forten. De aanval mislukte, mede dankzij de Franse wil ondanks ongekende verliezen (er stierven naar schatting 377.000 Fransen) Verdun niet op te geven en voortdurend verse troepen naar Verdun te sturen.

Von Falkenhayn bedacht een nieuwe strategie: het Duitse leger hoefde Verdun niet meer in te nemen, maar zou de Fransen slechts bestoken totdat de Franse reserves op zouden zijn en de wil gebroken. ‘Blutapzapfung’ werd deze strategie ook genoemd: van Frankrijk werd het bloed afgetapt, totdat het zou sterven. Het werd effectiever geacht de strijd te laten voortduren, dan te proberen een beslissing te forceren.

Ook na 1 oktober beleven Chinese soldaten in hun barakken

Een eeuw later en een halve aardbol verderop, lijkt deze tactiek te worden gekopieerd. De afgelopen maanden is voortdurend gespeculeerd of Peking eindelijk zou ingrijpen in Hongkong, waar betogende en dus ongehoorzame burgers zich verzetten tegen de groeiende invloed van de Chinese regering. Lang is gedacht dat Peking niet wilde ingrijpen omdat geweld de viering van zeventig jaar Volksrepubliek zou ontsieren. Maar ook na 1 oktober bleven Chinese soldaten in hun barakken in Shenzhen, nabij Hongkong.

Ongetwijfeld is een herhaling van ‘1989’ slecht voor het imago van China. In juni dat jaar rolden de tanks over het Plein van de Hemelse Vrede en drukten studentenprotesten de kop in. Anderzijds: helemaal niet ingrijpen zou het signaal kunnen afgeven dat je best in opstand mag komen tegen het gezag. Dat is natuurlijk ook niet de bedoeling in het China van Xi Jinping.

Hongkong begint te lijden

Maar de tijd staat aan de zijde van de partij. Hongkong begint te lijden onder de massademonstraties die steeds vaker uit de hand lopen. Het aantal toeristen neemt sterk af. De voormalige Britse kolonie, een van de belangrijkste financiële centra ter wereld, kachelt richting een recessie.

Dit doet China niet zoveel pijn. Het economische belang van Hongkong is al flink gekrompen. Hongkong was in 1997, toen de Chinezen er de macht overnamen van de Britten, goed voor 18 procent van het Chinese nationaal inkomen. Dat was vorig jaar al geslonken tot 2,7 procent.

Totdat de wil is gebroken

Intussen paait de regering in Peking ondernemers en invloedrijke burgers in Hongkong, in de hoop dat zij genoeg krijgen van de chaos op straat en zich tegen de betogers keren. Als de nood groot genoeg is, dan wordt het verzet vanzelf gesmoord.

Voorlopig kijkt Peking toe hoe Hongkong bloedt. Totdat de wil is gebroken.