Erdogans invasie: cynisme en absurdisme alom

Zonder de steun van de Turken in Europa voor president Erdogan was de Turkse invasie in Noord-Syrië er nooit gekomen, schrijft Philip van Tijn.

Natuurlijk, iedereen heeft boter op zijn hoofd. De Amerikaanse president Donald Trump omdat hij zijn ‘troepen’ (in werkelijkheid een handjevol, maar doeltreffend genoeg) ineens terugtrok, Europa omdat het als gewoonlijk vergaderde in plaats van daadwerkelijk iets deed, Vladimir Poetin omdat deze zijn protégé Erdogan niet tegenhield. En vele anderen.

Maar dat betekent niet dat zij schuldig zijn, wel medeplichtig. Als u uw huisdeur laat openstaan en er wordt ingebroken, is toch echt de inbreker en niemand anders schuldig. De verkrachter is en blijft schuldig en niet het meisje dat een kort rokje droeg; in beschaafde landen zal geen advocaat dit ‘argument’ meer gebruiken.

De Koerden: altijd kind van de rekening

De Koerden zijn het kind van de rekening, zoals ze dat in de loop van de geschiedenis altijd zijn geweest. Een volk van 30 miljoen mensen, vooral verspreid over Syrië, Irak, Iran en Turkije en verder in heel veel andere landen. Een enkele maal waren ze dichtbij een eigen staat, maar steeds kwam er iets tussen en werden ze weer vermalen in de turbulentie van het Midden-Oosten. Vooral in en met het Ottomaanse Rijk hebben ze het altijd moeilijk gehad, tot de dag van vandaag. Want dat rijk in sterk verkleinde vorm is het hedendaagse Turkije en Erdogan beschouwt zich als de heerser van dat rijk anno 2019.