Overheid wil zelfredzame burgers, maar voert beleid dat daar haaks op staat

26 oktober 2019Leestijd: 2 minuten
Foto: iStock

Dat sparen niet loont, is maar weer eens pijnlijk duidelijk geworden nu ABN Amro de spaarrente verder heeft verlaagd, schrijft Marijn Jongsma. In dat licht is het onbegrijpelijk dat spaarders fiscaal pas in 2022 worden ontzien, en dat het enige alternatief voor vermogensopbouw – namelijk beleggen – straks zwaar wordt belast.

Van de grootbanken is het uitgerekend de instelling die nog steeds voor meer dan de helft in handen is van de staat, die per 1 november de laagste rente biedt (0,01 procent). Niet dat shoppen veel zin heeft: ING en Rabobank bieden nauwelijks meer.

Dat de banken spaarders vrijwel geen vergoeding bieden valt hen niet te verwijten. Over de overtollige gelden die ze zelf stallen bij de Europese Centrale Bank (ECB) moet zelfs betaald worden: de rente op deze tegoeden is negatief. Sommige banken rekenen dit al door aan zeer vermogende klanten. CDA-minister Wopke Hoekstra van Financiën beloofde in september in gesprek te gaan met banken om negatieve rentes voor ‘gewone’ spaarders te voorkomen.

Reële rente op spaargelden is allang negatief

Dat een straf op sparen politiek gevoelig ligt is begrijpelijk, maar deze discussie gaat voorbij aan het feit dat de reële rente op spaargelden allang negatief is. Anders gezegd: de rente is niet hoog genoeg om de inflatie te compenseren. En dat is nog niet alles. Wie meer dan ruim 30.000 euro aan spaargeld of beleggingen heeft, betaalt over het meerdere ook nog eens vermogensbelasting die varieert van 0,54 procent tot 1,6 procent voor miljonairs. De renteverlaging van ABN Amro heeft symbolische waarde omdat het nulpunt in zicht komt, maar is feitelijk een futiliteit.

Eerder was de heffing 1,2 procent, allemaal op basis van fictieve rendementen die geen bank nog biedt. Het tempo waarin de overheid de belastingheffing aanpast aan de realiteit is dus tergend langzaam. Pas in 2022 worden spaarders echt ontzien, zo is het plan dat D66-staatssecretaris van Financiën Menno Snel eerder dit jaar aankondigde.

Vanaf dan zijn beleggers de klos. Ze gaan vanaf 30.846 euro over hun gehele vermogen een heffing van 1,76 procent betalen. Zzp’ers die geen recht hebben op een WW-uitkering en geen pensioen opbouwen, moeten zelf geld opzij leggen. Sparen loont niet, en beleggen wordt bestraft. Allemaal omdat het ontzien van spaarders de schatkist per saldo niets mag kosten. De overheid roept al jaren dat burgers meer voor zichzelf moeten zorgen, maar voert een beleid dat daar haaks op staat.