Premium Lock Zihni Özdil: Mag het ook een praktisch opgeleide wezen?

03 september 2022Leestijd: 5 minuten
Behalve etnische discriminatie, is de dedain tegen het beroepsonderwijs een maatschappelijk probleem. Foto: Hans van Rhoon/HH/ANP

Discriminatie tast je waardigheid aan, weet Zihni Özdil uit ervaring. Behalve etnische discriminatie, is het dedain jegens het beroepsonderwijs een maatschappelijk probleem. Gelukkig is er een kentering gaande.

Zihni Özdil (1981) is historicus. Hij schrijft elke zaterdag een column voor ewmagazine.nl.

Wat was ik vol van mezelf toen ik in 1993 aan het Erasmiaans Gymnasium begon. Ik had, zoals mijn vader het gymnasium altijd noemde, het ‘hoogste’ bereikt. Zeker voor een jochie uit Rotterdam-Zuid, kleinzoon van een geitenhoeder en zoon van een gastarbeider, was het een prestatie van formaat. Vond ik zelf dan.

Ik werd arrogant en begon neer te kijken op de jongens uit mijn buurt die allemaal naar de lts of mavo (voorlopers van het mbo) gingen.

Want nu had ik het gemaakt. Nu was ik binnen. Nu was ik belangrijk.

Dat gevoel verdampte snel toen ik voor het eerst wilde uitgaan. Samen met mijn witte gymnasiasten-vrienden die ook voor het eerst uitgingen. Ik werd als enige uit de rij gehaald door de uitsmijter. Dat gebeurde elke keer. Na een tijd gaf ik de hoop op en ging ik als middelbare scholier niet meer stappen. Mijn waardigheid was aangetast. En het maakte me rancuneus naar Nederland.

Bekijk de allereerste aflevering van de podcast- en videoserie EW Zihnigasten met BBB-leider Caroline van der Plas (tekst gaat hieronder verder):

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Uitgebreide en structurele discriminatie op de arbeidsmarkt

In 1986 werd het eerste grote onderzoek naar discriminatie op de arbeidsmarkt in Nederland gepubliceerd door het Landelijk Bureau Racismebestrijding. Het rapport had de toepasselijke titel Mag het ook een buitenlander wezen?. De onderzoekers hadden als fictieve werkgevers uitzendbureaus in de Randstad benaderd met het verzoek te discrimineren op etnische afkomst. Geen enkele van de twintig onderzochte uitzendbureaus maakte bezwaar tegen dit verzoek. Het rapport concludeert dat etnische minderheden ‘veelvuldig worden uitgesloten voor vacatures’.

Sindsdien zijn er vele andere onderzoeken gedaan. En telkens komt uit die rapporten hetzelfde naar voren: er is sprake van uitgebreide en structurele discriminatie op de arbeidsmarkt in Nederland.

Lees deze blog van Zihni Özdil over het optreden van de marechaussee op Schiphol: Nederland is toch niet mijn vaderland

Zo stelt een rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau in 2010: ‘Dit onderzoek laat zien dat er op de arbeidsmarkt sprake is van discriminatie.’

Uit het onderzoek van socioloog Evelien Loeters aan de Vrije Universiteit in 2011 bleek dat 77 procent van de uitzendbureaus op verzoek discrimineert. In juni 2015 was er een onderzoek dat zich richtte op de regio Haaglanden. De slotsom is: ‘Op de arbeidsmarkt van de regio Haaglanden blijkt sprake te zijn van etnische discriminatie.’

In 2018 concludeerde het Kennisplatform Integratie & Samenleving dat 30 procent van de jongeren met een Nederlandse achtergrond binnen een maand een stageplek vindt. Bij jongeren met een migratieachtergrond is dit 11 procent.

Enzovoorts enzovoorts.

Goedbedoelde initiatieven hebben niet gewerkt

Het zou daarom niet overdreven zijn om te concluderen dat alle goedbedoelde initiatieven van de afgelopen decennia, zoals quota, niet hebben gewerkt.

Dat komt doordat de Nederlandse cultuur, inclusief de politieke cultuur, erg technocratisch is. Niet te veel over dingen nadenken, maar dingen oplossen is dan het devies.

En om dingen technocratisch op te lossen heb je hokjes en papierwerk nodig. Vroeger ging dat vooral om meldingen van discriminatie en quota. Tegenwoordig staat er steeds vaker ‘wit privilege’ op de spreekwoordelijke excelsheet. Wat weer vaak wordt vertaald naar dat iedereen die wit is eigenlijk niet deugt. Privilegecursussen en andere vormen van boetedoening zijn dan praktische, ‘oplossingsgerichte’ maatregelen.

En nog steeds verandert er niet zoveel.

Want over de grondoorzaken van etnische discriminatie op de arbeidsmarkt hebben we het nog steeds niet. Discussie, laat staan een intellectueel debat, is volgens de polder toch te vaak ‘tijdverspilling’ dan wel ‘niet gezellig’.

Wat mij op het volgende knelpunt brengt. De huidige focus op ‘wit privilege’ zonder intellectuele analyse, brengt het risico met zich mee dat we discriminatie als geheel uit het oog verliezen.

Vergis u niet: naast etnische discriminatie is er nog een vorm van discriminatie die kansen voor de voeten van jongeren in Nederland wegmaait. En dat is de minachting voor het Nederlandse beroepsonderwijs.

Premium Lock

Laden…

Premium Lock

Word abonnee en lees direct verder

Al vanaf €15 per maand leest u onbeperkt alle edities en artikelen van EW. Bekijk onze abonnementen.

  • Bent u al abonnee, maar heeft u nog geen account? Maak die dan hier aan. Extra uitleg vindt u hier.

 

Premium Lock

Verder lezen?

U bent momenteel niet ingelogd of u hebt geen geldig abonnement.

Wilt u onbeperkt alle artikelen en edities van EW blijven lezen?

Bekijk abonnementen

Premium Lock

Er ging iets fout

Premium Lock

Uw sessie is verlopen

Wilt u opnieuw