In meningenfabriek Nederland is inhoud ondergeschikt aan toonhoogte

15 maart 2017Leestijd: 4 minuten
Foto: ANP

Nederland is een meningenfabriek geworden. Debatten en peilingen vormden de brandstof voor de verkiezingscampagne. Het ging vooral over identiteit. Tamelijk vaag begrip. De inhoudelijke meningsverschillen waren vaak ondergeschikt aan de feel good-factor van de lijsttrekkers.

Het NOS-lijsttrekkersdebat van gisteravond was bedoeld als apotheose, maar het is twijfelachtig of kiezers zich bij hun gang naar de stembus echt door dit evenement laten leiden. Daarvoor was de televisie-avond ook te veel een aaneenschakeling van verbale duels tussen hoofdrolspelers die geen directe concurrenten zijn. Alexander Pechtold (D66) tegen Emile Roemer (SP); Geert Wilders (PVV) versus Gert-Jan Segers (ChristenUnie); dat soort werk.

Segers bleef fier overeind

Het was de ideale entourage voor lijsttrekkers die vooral hun aanhangers willen behouden en geen risico willen lopen. Want met de eindstreep in zicht kan een poging om in te breken bij de concurrentie uitlopen op een onherstelbare blunder.

Segers (CU) had het beste geloot, want hij mocht tegen Rutte en tegen Wilders. Hij bleef fier overeind.

Mark Rutte (VVD) kwam tegen Jesse Klaver (GL) niet spectaculair goed uit de verf, maar tegenover Segers ging het beter. Hier toonde Rutte zich de nuchtere ondernemer die praktische oplossingen zoekt voor ecologische problemen. Je kunt zeggen: Rutte sprak de middenklasse aan. Maar ook: in het duel met Klaver over minderheden en in het treffen met Segers over het milieu, liet Rutte zich vangen in het linkse frame. Hij sputterde behoorlijk tegen. Maar doet hij dat ook als hij straks in een kabinet met vier linkse of semi-linkse partijen gaat regeren?

Op zijn beurt was Klaver heel zelfverzekerd. Liet hij zich in eerdere debatten nog weleens uit het veld slaan; inmiddels draait hij op routine. Vooraf werd voorspeld dat Klavertje zich tijdens de campagne zou opblazen. Feit is dat hij in de peilingen blijft stijgen. Hoe je ook over GroenLinks denkt, Klaver is een natuurtalent en daar kan zijn club nog lang plezier van hebben.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Sterke Buma overschreeuwt zich

Alexander Pechtold (D66) is Klavers tegenpool. Zijn jarenlange ervaring is nu een handicap. Ook zijn vertolking van het thema Europa was voorspelbaar. Roemer (SP) zette hem neer als iemand die vóór referenda is, behalve als de uitslag (minder Brussel) hem niet aanstaat.

Pechtolds krachtmeting met CDA-voorman Sybrand Buma ontaardde in bijna pijnlijke persoonlijke aanvallen. ‘Het laatste woord is aan de verdachte,’ was geen slimme quote. De kijker/kiezer voelde Pechtolds frustratie. Zó dicht bij ’t Torentje en dan lukt het – waarschijnlijk – toch weer niet.

Buma blaakte opnieuw van zelfvertrouwen, maar met zijn recente uitspraken over koningin Máxima – Argentijns paspoort inleveren – overschreeuwt hij zich. Het  CDA lijkt va banque te spelen om toch nog de VVD voorbij te stevenen. Klaver had hem behoorlijk te pakken over de belastingtarieven voor de lagere middenklasse. Buma probeerde te ontwijken door te beginnen over het leenstelsel voor studenten en de door GroenLinks bepleite belasting op milieu-onvriendelijke verpakkingen.

Eindsprint Asscher kwam te laat

Jammer voor de PvdA, maar Lodewijk Asschers slotoffensiefje kwam veel te laat. De PvdA-leider zette in het NOS-lijsttrekkersdebat van gisteravond SP-concurrent Emile Roemer neer als ‘een Johan Derksen die soms grappig is, maar altijd vanaf de tribune’. Hijzelf daarentegen had vier jaar lang in het veld gestaan en de belangen van arbeidsongeschikten, werklozen, ouderen en andere hulpbehoevenden in concreto verdedigd.

Asscher kwam oprecht en verstandig over, maar de PvdA heeft zich tijdens het hele kabinet-Rutte II gedragen als een burgemeester in oorlogstijd. Nooit trots op resultaten; voortdurend klagend over de VVD-dominantie. Dan kan de partij niet verwachten dat kiezers bij het sluiten van de markt toch nog bezwijken voor Asschers verrassend frisse vertolking  van het vuile-handen-argument. Kortom, Asscher kan hooguit nog hopen op de compassie van kiezers met een verliezer. Het underdog-effect.

Geert Wilders was beter in vorm dan een dag eerder in het debat bij Een Vandaag tegen Rutte. Hij probeerde Asscher meteen te ontregelen: ‘Voelt u zich wel goed? Uw stelling “Nederland is van ons allemaal” is gelijk aan de slogan van DENK.’ Asscher raakte even in vertwijfeling, maar herstelde zich snel. Hij bleef de bal terugkaatsen, waardoor de PvdA toch weer even het anti-Wilders bastion werd. Wilders herhaalde nog maar eens: ‘De PvdA is de uitvinder van de massa-immigratie.’

Wilders kon zwevende kiezer niet overtuigen

Het debat Wilders tegen Segers over de islam was het meest fundamentele van de avond. Wilders was scherp en begon erover dat hijzelf al jarenlang gevaar loopt: ‘De islam en vrijheid gaan niet samen.’ Hij hamerde nog maar eens op een enquête-uitslag dat 70 procent van de moslims als het erop aankomt de Koran en niet de Nederlandse wetgeving gehoorzaamt. Dat overtuigt zijn vaste achterban, maar waarschijnlijk niet de kiezers die nog altijd twijfelen.

Segers reageerde correct op een typisch Nederlandse manier. Deze rivierdelta bestaat bij de gratie van depolarisatie. In een burgerlijk land als Nederland redeneert de meerderheid van de kiezers uiteindelijk op de toonhoogte van zo’n debat.

In de voorronde – ook wel het ‘smurfendebat’ – was Kees van der Staaij de grappigste. Henk Krol (50Plus) was minder clownesk dan in het Carré-debat van anderhalve week geleden. Jan Roos (VNL) miste overduidelijk Tunahan Kuzu (DENK) als een steen om argumenten aan te slijpen. Jacques Monasch (Nieuwe Wegen) kwam verrassend sterk naar voren als partij voor ontevreden PvdA’ers.

In de vroege uurtjes van morgen (donderdag) weten we hoe dit afloopt. Dan zal er worden geklaagd over de ‘versnippering’ van het politieke landschap. Het versnipperde lijsttrekkersdebat was daarvan al een voorproefje.