Wie zijn de jihadverdachten uit de Schilderswijk?

07 september 2015Leestijd: 2 minuten
'ANP'

Het megaproces tegen tien Nederlandse jihadverdachten is begonnen. Zij zouden een belangrijk deel zijn van een groep jihadsympathisanten uit de Schilderswijk in Den Haag.

Na een langlopend onderzoek werden de verdachten ongeveer een jaar geleden opgepakt. Volgens de verdediging doen zij een beroep op de vrijheid van meningsuiting.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Wie zijn de verdachten en waar worden ze van beschuldigd? Elsevier zet ze alle tien voor u op een rij.

Leiders

De drie kopstukken zijn Rudolph H., Oussama C. en Azzedine C. De aanklacht tegen deze drie is het ‘verheerlijken van een gewapende strijd, opruiing tot terroristische misdrijven en deelname aan een criminele organisatie’. De laatste twee worden ook verdacht van ronselen voor de organisatie.

De drie mannen worden gezien als het bolwerk achter de jihadsympathisanten in de Schilderswijk. Zeker Azzedine C. werd al langere tijd in de gaten gehouden door de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD). In het voorjaar van 2013 was hij aangeklaagd door drie ouderparen, die beweerden dat hij hun zonen zou hebben geronseld voor een jihadistische beweging.

Bekeerling Rudolph H. is eerder veroordeeld tot dertig maanden gevangenisstraf wegens het doodschudden van zijn dochtertje. Daarnaast zat hij in de medezeggenschapsraad van de Islamitische Universiteit.

Oussama C. is de jongste van de verdachten, maar ondanks zijn leeftijd heeft hij een hoge rang in de organisatie. Op internet heeft hij teksten verspreid onder de naam Abou Yazeed.

Opruiende teksten

Azzedine C.’s echtgenote Imane B. is ook verdachte in de rechtszaak. Zij wordt beschuldigd van het verspreiden van opruiende teksten en de verheerlijking van strijd.

Moussa L. wordt eveneens verdacht van het verspreiden van opruiende teksten en hij is ook beschuldigd van het beledigen van agenten. In 2014 kwam hij in aanraking met de kinderbescherming, omdat hij zijn negenjarige zoontje gewelddadige, jihadistische filmpjes liet bekijken, schrijft het AD.

Syrië-gangers

De andere vijf verdachten zijn momenteel in Syrië of eerder in Syrië geweest. Bekeerling Jordi de J. wordt ervan beschuldigd deel te hebben genomen aan een trainingskamp in Syrië, net zoals Hisham el O. De laatste is momenteel niet aanwezig in de rechtszaal. De reden is niet zeker, maar het is bekend dat hij lijdt aan psychische problemen.

Anis Z., Hatim R. en Soufiane Z. zijn niet bij de rechtzaak, omdat zij inmiddels in Syrië wonen. Het Openbaar Ministerie verdenkt hen ervan om in de frontlinie mee te doen aan de jihad van terroristische organisaties als Islamitische Staat en Al-Nusra. Het is opvallend dat Soufiane Z. al geruime tijd dood wordt gewaand.

https://twitter.com/AbeHatim4/status/640821997249933312
Hatim R. laat via Twitter weten dat hij het proces volgt vanuit zijn huis in Syrië.