Dit zijn de personen op de nationale terroristenlijst

De overheid heeft een nieuwe lijst gepubliceerd met personen wiens tegoeden op grond van terrorismewetgeving zijn bevroren. Wie zijn deze personen en waarom staan ze op de zwarte lijst?

Door Servaas van der Laan en Nikki Sterkenburg

Musa Aşoğlu, geboren op 15 augustus 1961 te Hendek in Turkije, werd deze maand op de sanctielijst geplaatst. Aşoğlu is één van de leidende figuren binnen het ‘Revolutionair Volksbevrijdingsleger’ (DHKP-C). Dit is een marxistische club die zich ‘de stichting van een communistische staat middels geweld’ tot doelstelling heeft gesteld. De organisatie is sinds enkele jaren weer actief en heeft legereenheden van de NAVO in Turkije als doel aangewezen. DHKP-C kwam onlangs weer in het nieuws toen militanten van de organisatie een openbaar aanklager gegijzeld hielden. De openbaar aanklager kwam om het leven bij de gijzeling.
Twee jaar geleden pleegde de groep een aanslag op de Amerikaanse ambassade in Ankara. De opdracht voor die aanslag kwam uit Nederland. Aşoğlu, die zich heeft ontpopt als leider van de groep, zou al geruime tijd in Nederland verblijven.

Abdelhakim Boukich, geboren op 15 december 1993 in Den Haag, is een Nederlandse jihadist die zeer waarschijnlijk op 5 oktober 2013 op negentienjarige leeftijd Nederland heeft verlaten om in Syrië mee te doen aan de jihad. Hij heeft vermoedelijk enige tijd bij de grens in paniek staan wachten totdat hij daar zou worden opgehaald. Dit blijkt uit telefoontaps waarover Vrij Nederland publiceerde. Boukich is zeer waarschijnlijk geronseld door de straatdawah-club rond Oussama C., Azzedine C., Rudolph H., en Soufiane Z. Sindsdien is er niet veel meer over Boukich vernomen.

Enes Köprülü, geboren op 26 april 1995 in Amsterdam, is tot nu toe buiten de pers weten te blijven. Wie informatie heeft over deze persoon, kan zich melden bij de auteurs van dit artikel.

Maher Hattabe, geboren op 31 maart 1994 in Amsterdam, is één van de vier jihadisten die dit voorjaar door minister Bert Koenders (PvdA) van Buitenlandse Zaken op de terreurlijst werd geplaatst. Hattabe vertrok begin 2014 naar Syrië voor de jihad. Het verlies van drie naasten zou hem ertoe hebben gezet zich te verdiepen in de islamitische ideologie. Hij radicaliseerde snel: verhuisde naar Antwerpen omdat hij daar ‘vromer’ zou kunnen leven. Bij terugkomst uit Syrië werd Hattabe opgepakt en veroordeeld tot drie jaar cel. Zelf hield hij vol alleen hulpgoederen te hebben verspreid in Syrië, maar een foto waarop hij te zien is met een Kalasjnikov sprak dat beeld tegen. Met Islamitische Staat (IS) zei Hattabe nooit echt iets te hebben gehad. De foto met Kalasjnikov is als bewijsvoering nogal dun en houdt vermoedelijk geen stand in hoger beroep. Opmerkelijk is dat zijn vrouw Shukri werd vrijgesproken, tot grote teleurstelling van het Openbaar Ministerie. Zij zou andere vrouwen hebben aangezet ook naar Syrië af te reizen. Zelf ging ze overigens niet.

Anis Zerguit, geboren op 2 juli 1991 in Roermond, is het jongere broertje van Soufiane Zerguit, die afgelopen januari in Syrië zou zijn omgekomen. Hij zou momenteel in Syrië meevechten in de gewapende strijd. Anis is één van de jihadisten die in Nederland bij verstek door justitie worden vervolgd in de zogenoemde Context-zaak. Het OM gaat ervan uit dat Anis nog in leven is.

Soufiane Zerguit, geboren op 1 januari 1988 in Roermond, was de grote broer van Anis. Dat de in Den Haag woonachtige Soufiane Zerguit (26), alias Abu Muhammed naar Syrië zou vertrekken, was voor zijn omgeving weinig verrassend. In 2011 had Zerguit al maandenlang met zijn aangetrouwde neef bij de Pakistaanse grens vastgezeten. Zelf hielden ze vol dat ze enkel een documentaire wilden maken, maar het vermoeden bestond dat ze eigenlijk in Afghanistan wilden strijden. Na, naar eigen zeggen, maandenlange martelingen in de Pakistaanse gevangenis werden ze met diplomatie teruggehaald naar Nederland. Sinds 2014 zit Zerguit in Syrië en maakte hij onder het pseudoniem Fighting Journalist het filmpje Oh Oh Aleppo. Hij zou afgelopen januari zijn omgekomen.

De Nederlandse bekeerling Thijs ‘Anwar’ Belmonte had een actieve rol binnen de Nederlandse jihadistische scene. Zelf behoort hij tot de eerste lichting Syriëgangers, hij vertrok begin 2013. Zijn hoogzwangere vrouw reisde hem enkele maanden later achterna. Afgelopen december werd hij in het publiek bij een onthoofding in Syrië gespot.

Oussama Chanou, geboren op 2 maart 1996 te Den Haag, maakte deel uit van het Haagse netwerk Straat Dawah, waar hij een rol als prediker vervulde. Hij werd in de zomer van 2014 gearresteerd op verdenking van haatzaaien en ronselen voor de gewapende strijd. In afwachting van zijn proces heeft de Nederlandse overheid zijn verblijfsvergunning ingetrokken. Mocht Chanou worden vrijgesproken, dan gaat hij in afwachting van zijn uitlevering naar Marokko direct in vreemdelingendetentie.
Chanou ging naar de islamitische school Ibn Ghaldoun in Rotterdam, maar maakte zijn havo-opleiding niet af. Chanou kreeg als prediker veel aandacht van jonge vrouwen. De chatgesprekken die hij met hen voerde en waarin hij hen vroeg hoge hakken en lingerie te dragen, vormen een deel van het bewijs.

Saleh Eddine Akkouh, geboren op 21 mei 1990, en woonachtig in Zoetermeer is één van de jihadisten die begin dit jaar op de terreurlijst werden geplaatst. Wie informatie heeft over deze persoon, kan zich melden bij de auteurs van dit artikel.

Abdellah Rahmani, geboren op 13 april 1987 te Zaouia (Marokko), is een Haagse jihadist die eind 2012 naar Syrië vertrok. Ook hij was een frequent bezoeker van de bijeenkomsten rond Abu Moussa. Hier zou hij in korte tijd zijn geradicaliseerd. Volgens zijn broer Youssef was Abdellah vroeger ‘geen lieverdje’, maar was hij nooit religieus.
Zijn broer heeft aangifte gedaan tegen de mannen die Abdellah zouden hebben geronseld. Volgens de AIVD verspreidt Rahmani IS-propaganda via sociale media. Zo poste hij een video waarop te zien was hoe een vertrouweling van Assad werd onthoofd.

Abousufian/Soufian el Fassi, geboren op 6 maart 1992 te Vlissingen, vertrok in januari 2013 naar Syrië om mee te doen aan de jihad. Tegen zijn ouders zei hij dat hij een paar dagen op vakantie ging met een vriend. In werkelijkheid kwam hij via Turkije in Syrië terecht. Hier belde hij zijn moeder om haar in te lichten. De ouders zeggen ‘nooit te hebben verwacht’ dat hun kind zoiets zou doen. Volgens de Wereldomroep is Abousufian een ‘rustige jongen’ die onlangs zijn studie voltooide. El Fassi zou zijn omgekomen in Syrië, maar die berichten werden later ontkend.

Soufian el Jelali, geboren op 30 maart 1987 in Naarden, is één van de jihadisten uit Huizen. Hij is de broer van Rachid die zijn hele gezin naar Syrië probeerde te smokkelen. Soufian zou zijn omgekomen in Syrië, maar de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding houdt er rekening mee dat zijn dood in scène is gezet om zo de inlichtingendiensten te misleiden.

Hatim Mohamed Rodgers, geboren op 2 juli 1989 in Den Haag, is eveneens één van de verdachten uit de zaak-Context. Volgens Justitie heeft Rodgers veel hand- en spandiensten verricht bij het uitreizen van Nederlanders. Volgens NRC is de dagvaarding tegen Rodgers nietig verklaard ‘omdat justitie er niet in is geslaagd hem op de juiste manier op de hoogte te stellen van zijn vervolging’.

Ismail Akhnikh, geboren op 22 oktober 1982 in Amsterdam, is een voormalig lid van de Hofstadgroep die in november 2004 samen met Jason Walters werd gearresteerd in het Haagse Laakkwartier. Akhnikh kwam in 2008 vrij. Hoewel hij een deradicaliseringstraject doorliep, vertrok hij toch begin 2013 naar Syrië.

Abdelkarim el Atrach, geboren op 25 oktober 1986 in Arnhem, staat in Nederland bekend als de ‘dreigjihadi’ vanwege zijn videoboodschap waarin hij opriep tot een ‘stevige daad’ tegen de Nederlandse overheid. Vanwege deze oproep besloot Defensie om militairen niet meer in uniform te laten reizen. El Atrach heeft zich in Aleppo aangesloten bij de terreurbeweging Jahbat al-Nusra.

Mohamed Aden, geboren op 2 januari 1993 in Zeist, zal op dit moment weinig last hebben van het feit dat zijn tegoeden zijn bevroren, aangezien hij in de Penitentiaire Inrichting ‘De Schie’ in Rotterdam verblijft. Aden zit een celstraf uit van vier jaar vanwege het voorbereiden van steun aan terroristen. Hij was van plan een gewapende overval te plegen in de haven van Scheveningen. Met het geld wilde hij ‘de broeders’ in Syrië financieren. De rechter denkt dat Aden zelf ook in Syrië is geweest voor de jihad. Dit weet de rechter door verklaringen van de Belgische Syriëganger Jejoen Bontinck die met Aden in een cel zou hebben gezeten. Uit afgeluisterde gesprekken blijkt dat Aden plannen had voor een aanslag op PVV-leider Geert Wilders.

Khalid Haider Khudarhim, geboren op 28 oktober 1976 in Koeweit, vertrok vanuit Almere naar Syrië voor de jihad. Naast een bevroren bankrekening is zijn verblijfsvergunning ingetrokken en heeft hij een inreisverbod. Op sociale media plaatste Khalid, ook wel ‘de emir van de woestijn’ genoemd, een foto waar hij te zien was met een afgehakt hoofd. De Koerdische Peshmerga-strijders claimden Khalid te hebben gedood, maar dat bericht bleek niet te kloppen.

Omar Hmima, geboren op 15 september 1991 in Amsterdam, is één van de Amsterdamse jihadisten die dit jaar in Syrië om het leven is gekomen. Hmima vertrok vorig jaar naar het zogenaamde ‘Kalifaat’, terwijl veiligheidsdiensten hem in de gaten hielden en hij geen paspoort meer had. In 2013 werd Omar al veroordeeld vanwege zijn jihadplannen. Zijn reis was echter vrij simpel aangezien ook met een identiteitskaart naar Turkije kan worden gereisd. De vader van Hmima is verontwaardigd over het feit dat de AIVD de jihadgang van zijn zoon niet heeft kunnen tegenhouden.

Burcu Tutucu, geboren op 25 juni 1986 in Amsterdam, maakte 2.000 euro over aan de Islamic Jihad Union (IJU) via een tussenpersoon in Turkije. Dit werd door de rechter aangeduid als ‘financieren van een terroristische organisatie’ waarvoor ze bij verstek werd veroordeeld tot zes maanden cel. Tutucu woont op dit moment in Turkije met haar gezin. Ze zegt dat ze het geld heeft overgemaakt uit liefdadigheid. Ze wilde er weeskinderen en weduwes van IS-strijders mee ondersteunen.

Sohayb Ben Daggoun, geboren op 18 augustus 1987 in Winterswijk, werd al in 2012 op de terroristenlijst geplaatst. Hij woonde in Den Haag, maar is nu uitgeschreven uit de bevolkingsadministratie. Wie informatie heeft omtrent deze persoon wordt gevraagd contact op te nemen met de auteurs van dit artikel.

Lingaratnam Thambiayah, geboren op 25 mei 1954 in Trincomalee (Ceylon), is één van de vijf Tamiltijgers die in 2011 in Nederland werden berecht wegens het organiseren van de militaire strijd in Sri Lanka. Zo zou hij in Nederland woonachtige Tamils onder meer hebben gedwongen geld te geven voor de strijd. Thambiayah heeft zijn veroordeling altijd aangevochten: ‘Het Nederlandse volk heeft ons altijd met open armen ontvangen en nu opeens zijn wij terroristen,’ zei hij gedurende het proces.

Ramachandran Selliah, geboren op 19 augustus 1958 in Jaffna (Ceylon), was de hoofdverdachte in het proces tegen de vijf Tamils. Hij zou de spil zijn geweest in het Nederlandse netwerk van de Tamils.

Srirangan Ramalingam, geboren op 19 december 1964 in Point Pedro (Ceylon), is één van de vijf Tamils die in Nederland is vervolgd voor steun aan de Liberation Tigers of Tamil Eelam (LTTE).

Thiruna Elavarasan, geboren op 12 mei 1960 in Jaffna (Ceylon), werd eveneens als één van de leiders gezien binnen de Nederlandse vertakking van de Tamils. Elavarasan zou zich schuldig hebben gemaakt aan fondsenwerving voor de LTTE door collectes, inzamelingsacties en de verkoop van dvd’s en kalenders en het organiseren van illegale loterijen.

Jeyabalan Ratnasingam, geboren op 2 maart 1972 in Polikandy (Ceylon), werd vervolgd voor zijn rol in het internationale netwerk van tamils.

Joseph Manoharan Jesuratnam, geboren op 11 augustus 1971 in Ilavalai (Ceylon), is eveneens één van de Nederlandse Tamils die is vervolgd wegens fondsenwerving voor de LTTE.

Samir Azzouz, geboren op 27 juli 1986 in Amsterdam, werd in 2006 tot negen jaar cel veroordeeld voor het voorbereiden van een terreuraanslag. De politie vond onder meer een videoboodschap waarin Azzouz vertelde voor de jihad te zijn gestorven. Volgens de rechtbank behoorde hij ook tot de Hofstadgroep, al is hij daar nooit voor veroordeeld. Hij kwam in 2013 vrij nadat hij tweederde van zijn straf had uitgezeten. Azzouz lijdt aan een darmziekte waardoor hij niet in staat is te werken. Het is onduidelijk waar hij en zijn gezin van leven nu zijn tegoeden zijn bevroren. Hij zou zelf graag Nederland willen verlaten, maar dat kan niet vanwege zijn emigratieverbod.

Murat Öfkeli, alias ‘Ibrahim de Turk’, geboren op 28 juni 1970 in Gaziantep (Turkije), zou in juni 2013 als één van de eerste buitenlandse strijders in Syrië zijn omgekomen. Hij werd in 2003 al verdacht van het ronselen van jongeren voor de jihad, maar werd vrijgesproken. Ook ronselverdenkingen in 2005 en 2007 leidden niet tot een veroordeling. Begin 2013 vertrok hij naar Syrië, vlak daarna deden ouders aangifte tegen Öfkeli voor het ronselen van hun kinderen. Naar verluidt kwam hij in juni 2013 om in Syrië.