De Wereld Draait Door: voorbeeld van geslaagde cultuurpolitiek

15 mei 2015Leestijd: 3 minuten
'ANP'

Politici slagen er tegenwoordig niet zo goed in om duidelijk te maken waarom gemeenschapsgeld moet worden uitgetrokken voor het steunen van kunst. Met De Wereld Draait Door brengt de VARA een oud socialistisch ideaal in praktijk

We zijn de laatste weken weer wat wijzer geworden over Matthijs van Nieuwkerk. Zo weten we dat de VARA-presentator af en toe een wattenstaafje gebruikt om zijn oren te reinigen, de schokkendste onthulling uit een nogal suffe documentaire over het programma dat hij heeft groot gemaakt, De Wereld Draait Door.

En bekend is nu dat hij jaarlijks 570.000 euro vangt voor zijn inspanningen op televisie.

De bekendmaking van dit bedrag leidde weer eens tot politiek gemor. Waarom moet een medewerker van een door de gemeenschap financieel gesteunde arbeidersomroep zo’n drie keer de Balkenendenorm verdienen, terwijl commerciële zenders hem ook wel willen inhuren?

Kennismaken

Het is een interessante principiële vraag van de critici van de publieke omroep. Bij het zoeken naar een bevredigend antwoord mag persoonlijke smaak geen rol spelen.

Natuurlijk, we voelen allemaal wel stiekem aan dat het aangenamer is om De Wereld Draait Door op NPO1 te bekijken dan bijvoorbeeld op RTL4, waar de talkshow zou worden onderbroken door hinderlijke reclameblokken en ongetwijfeld ruimte zou moeten worden gecreëerd voor het promoten van andere coryfeeën en programma’s van de commerciële zender. Maar dit is geen erg sterk argument voor het handhaven van de status quo.

Wie het in dienst houden van grootverdiener Van Nieuwkerk door de NPO wil rechtvaardigen, kan zich het best beroepen op cultuurpolitieke overwegingen. Politici slagen er tegenwoordig niet zo goed in om duidelijk te maken waarom gemeenschapsgeld moet worden uitgetrokken voor het steunen van kunst.

Maar traditioneel geldt als een van de voornaamste doelstellingen van cultuurbeleid het burgers laten kennismaken met (hogere) cultuur waarvan ze anders wellicht verstoken zouden blijven.

Plezier

De Wereld Draait Door is heel bedreven in deze kennismaking. Een belangrijke kracht van Van Nieuwkerk is zijn aanstekelijke enthousiasme. Hij vindt, zo vertelde hij in de genoemde documentaire, dat het leven waard is om te worden gevierd en wil graag de schijnwerpers richten op personen en zaken die het leven mooier en boeiender maken.

Met zichtbaar plezier kan hij praten over de prestaties van Epke Zonderland aan de rekstok en de vocale kwaliteiten van Charles Aznavour. Daardoor ben je geneigd Prem Radhakishun, Nico Dijkshoorn, Jan Mulder en al die andere irritante vrienden van Matthijs voor lief te nemen.

De aangename lichtvoetigheid van Van Nieuwkerk staat het opdissen van zwaardere kost niet in de weg. De Wereld Draait Door heeft grote verdiensten in het populariseren van wetenschap door prominente geleerden als Robbert Dijkgraaf aan het woord te laten. Het programma heeft, onder de naam DWDD University, zelfs goed bekeken series colleges opgezet. Dat zie je RTL niet snel doen.

Op cultureel vlak maakt De Wereld Draait Door eveneens gebruik van de sandwichformule. Zo kan het zomaar gebeuren dat tussen luchtige onderwerpen door dirigent Jan Willem de Vriend zijn liefde mag betuigen voor de componist Felix Mendelssohn, waarbij HET Symfonieorkest voor muzikale begeleiding zorgt.

En maandelijks verstrekt een panel van boekverkopers enthousiast informatie over nieuwe lectuur. Aan ruim een miljoen kijkers, die zondagochtend het VPRO-programma Boeken nog weleens willen overslaan.

Volksverheffing

Op deze manier brengt de VARA een oud socialistisch ideaal in praktijk: volksverheffing. Cultuursubsidies komen grotendeels neer op het financieren van hobby’s van de elite. Opera-, ballet- en toneelgezelschappen bijvoorbeeld krijgen een hoop geld om voorstellingen te maken voor highbrows die erin zijn geslaagd de staat mee te laten betalen aan het beoefenen van hun liefhebberijen.

Met cultuurspreiding heeft dit niets te maken. Daarvoor is het onderwijs. En de publieke omroep, in zover die een poging onderneemt groepen burgers te interesseren voor kunstuitingen die ze niet of nauwelijks kennen.

Het is goed mogelijk om te betogen dat de staat zich helemaal niet moet bemoeien met cultuur. Maar wie het verheffen van het volk een waardevol streven vindt, kan beter geld investeren in culturele televisieprogramma’s voor de massa als De Wereld Draait Door dan in de instandhouding van Het Nationale Ballet en De Nationale Opera.

Elsevier nummer 21, 23 mei 2015