Grootste stijging asielverzoeken sinds migratiecrisis 2015

01 november 2021Leestijd: 3 minuten
Opvanglocatie Ter Apel. Foto: ANP

Liefst 8.845 asielzoekers deden in het derde kwartaal van dit jaar voor het eerst een asielverzoek in Nederland. Ruim tweeënhalf keer zoveel als in het tweede kwartaal van 2021, wat de grootste stijging in een kwartaal is sinds de migratiecrisis zes jaar geleden. De gevolgen van de grote instroom asielzoekers is een verstopping van het asielsysteem: opvangplekken zijn nauwelijks te vinden.

Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) berekende de instroom van bijna 9.000 asielzoekers aan de hand van cijfers van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND). Deze asielzoekers deden voor het eerst een asielaanvraag. De IND voert na zo’n verzoek meerdere gesprekken met de aanvrager om zijn of haar verhaal te toetsen. Daarna volgt een besluit over het verzoek.

Syriërs, Afghanen en Turken zijn grootste groepen asielzoekers

Uit Syrië kwamen de meeste asielzoekers. 2.550 Syriërs deden een asielverzoek, gevolgd door 1.565 Afghanen en 1.540 Turken. Enkele honderden asielzoekers komen uit Somalië en Jemen.

Het aantal asielzoekers afgelopen kwartaal ligt aanzienlijk hoger dan in het tweede kwartaal toen 3.355 asielzoekers een eerste verzoek deden. Eerder bleek al dat in september voor de negende keer dit jaar de asielinstroom was gestegen.

Naast de grote groep asielzoekers kwamen ook 2.770 nareizigers in het derde kwartaal naar Nederland. De nareizigers zijn gezinsleden van een asielzoeker die een verblijfsvergunning heeft gekregen. Ook bij de nareizigers komen de meeste mensen uit Syrië, gevolgd door Turken en Eritreeërs.

De snelle stijging van het aantal verzoeken kwam eerder voor tijdens de migratiecrisis in 2015. Toen kwamen in één kwartaal tot wel 18.000 asielzoekers naar Nederland. Ook in 2016 bleef de asielinstroom hoog, om vanaf 2017 licht te dalen. Door de coronacrisis werden in 2020 veel minder asielaanvragen gedaan.

Grote problemen met vinden van opvangplekken voor asielzoekers

De forse stijging van het aantal asielzoekers dit jaar zorgt voor grote problemen bij de opvang. Het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers heeft niet genoeg opvangplekken om iedereen onderdak te bieden. Dat zorgde eind oktober voor schrijnende situaties in asielzoekerscentrum Ter Apel in het Groningse Westerwolde. Het azc puilde uit en ving gedurende enkele nachten zo’n 750 asielzoekers op, terwijl plaats is voor 250 personen. Zij moesten in kantoren en wachtruimtes op veldbedden slapen.

De gemeente Westerwolde en het demissionaire kabinet riepen andere gemeenten op om snel extra opvangplekken voor asielzoekers te vinden. Dat leverde uiteindelijk zo’n 600 opvangplekken op. De acute problemen werden zo verholpen, maar onduidelijk is of demissionair staatssecretaris van Asiel, Ankie Broekers-Knol (VVD), de komende maanden genoeg plekken heeft voor de hoge instroom asielzoekers. Broekers-Knol wilde voor 1 november 3.000 extra opvangplekken vinden. Het is nog onzeker of gemeenten zoveel opvangplekken hebben aangeboden.

Europese landen worstelen met asielinstroom, maar hebben geen oplossing

Nederland is niet het enige land dat worstelt met de hoge asielinstroom. Op de afgelopen topontmoeting van de Europese Raad stond migratie boven aan de agenda. Dat leverde geen resultaat op. De Europese regeringsleiders spraken langdurig over de enorme asielinstroom die vooral Noordwest-Europa teistert, maar kwamen niet tot snelle oplossingen.

Sommige landen proberen zelf druk uit te oefenen op de herkomstlanden van asielzoekers. Zo wil Frankrijk met het visabeleid landen zoals Marokko dwingen om uitgeprocedeerde asielzoekers terug te nemen. De Europese landen zijn het wel eens om de buitengrenzen te versterken.