Politiek kiest verkiezingskoers met meer overheid en minder markt

16 september 2020Leestijd: 3 minuten
De Algemene Politieke Beschouwingen zijn begonnen in de Tweede Kamer. Foto: ANP

De Algemene Politieke Beschouwingen zijn woensdag begonnen. Politieke partijen zullen tijdens de debatten in de Tweede Kamer voorsorteren op de koers die zij inzetten naar de Tweede Kamerverkiezingen aanstaande maart. Geen partij gaat daarbij voorbij aan de rol van de staat: die moet Nederland uit de crisis leiden.

Visie was ooit het woord waarbij premier Mark Rutte (VVD) je doorverwees naar de oogarts. Inmiddels heeft heel Den Haag er de mond vol van en staan de neuzen dezelfde kant op. De staat moet haar burgers beschermen, niet alleen tegen de gevaren van het coronavirus, maar ook door de economie overeind te houden.

Investeren, niet bezuinigen is het devies

In de Troonrede die koning Willem-Alexander dinsdag uitsprak, gaf het kabinet een voorzet voor de Politieke Beschouwingen. Het kabinet gaat investeren en niet bezuinigen in deze crisistijd. Er werden al miljarden gestoken in steunpakketten en er volgen nog miljarden voor een groeifonds, huurverlagingen en een nieuwe zorgbonus voor het personeel.

Het ongekende overheidsingrijpen wordt gedaan onder leiding van de liberale premier Rutte. Donderdag spreekt hij in de Tweede Kamer, maar woensdag zei Rutte in gesprek met de media al: ‘Als liberaal ben ik voor een sterke staat die er is als je hem nodig hebt.’ Volgens Rutte is het nu de tijd dat de staat wordt opgeschaald.

Minder markt, meer overheid

Partijen van links tot rechts zijn het daarmee eens en willen het liefst meer overheidsinterventie. Zo bleek op de eerste dag na het politieke zomerreces. In een debat in perscentrum Nieuwspoort tussen PvdA-leider Lodewijk Asscher en CDA-fractievoorzitter Pieter Heerma konden de twee partijen elkaar vinden op twee punten: forse kritiek op premier Rutte en de wens van minder markt en meer overheid in Nederland.

Die visie klonk ook door direct na de Troonrede. Niet alleen bij GroenLinks-voorman Jesse Klaver, die de Rijksbegroting een overwinning voor de lobby van multinationals noemde, maar ook bij PVV-leider Geert Wilders. Hij sprak zijn steun uit voor het derde steunpakket, maar waarschuwde dat het kabinet de regeling veel te snel wil afbouwen.

Ook had Wilders forse kritiek op het Europese coronafonds, net als Thierry Baudet van Forum voor Democratie. Volgens Baudet geeft de Nederlandse goedkeuring van het fonds aan dat het kabinet de verkeerde prioriteiten stelt. Baudet wil stoppen met het geld uitgeven aan duurzaamheidsplannen, migratie en de Europese Unie.

De linkse partijen presenteerden zoals gebruikelijk een tegenbegroting. Liefst 9,4 miljard wordt daarin extra uitgetrokken voor hogere salarissen in de zorg, extra investeringen in het onderwijs en lagere huren. De kosten worden grotendeels gedekt door hogere belastingen voor bedrijven en door hoge salarissen zwaarder te belasten. Wie meer dan €150.000 verdient, valt in een toptarief waarbij de inkomstenbelasting naar 60 procent gaat.

Nood voor profilering is hoog

De vraag is of de politiek daadwerkelijk zo eensgezind is als het lijkt. Juist tijdens de Politieke Beschouwingen willen partijen zichzelf profileren. En dat is voor de meeste partijen nodig ook. In de peilingen staat Ruttes VVD op eenzame hoogte. Wat volgt is een gefragmenteerd landschap. Sinds mei schommelt de VVD in de Peilingwijzer, van politicoloog Tom Louwerse, rond de 40 zetels. De Peilingwijzer combineert de peilingen van verschillende Nederlandse peilbureaus.

De PVV volgt daarin als tweede op gepaste afstand met 18 zetels. Daarna komt het CDA met 15 gepeilde zetels en GroenLinks met 14 gepeilde zetels. D66 en PvdA staan beide op 13 zetels. Zo is voor iedereen de nood hoog om tijdens de debatten op te vallen.