Storm van politieke correctheid besmeurt en blaast beelden omver

12 juni 2020Leestijd: 4 minuten
Beeld: EW/Gertjan van Schoonhoven

Met de eerste grootschalige bekladdingen is de beeldenstorm ook in Nederland gearriveerd. In de nacht van donderdag op vrijdag werden in Rotterdam het beeld van Piet Hein en het Witte de With Centrum voor Hedendaagse Kunst beklad. In het Limburgse Meers werd het borstbeeld van een omgekomen verzetsstrijder blauw geverfd. Vier vragen en antwoorden over de beeldenstorm.

Welke beelden in Nederland zijn beklad?

In Rotterdam hebben vandalen het beeld van Piet Hein (1577-1629), luitenant-admiraal en commandant van de West-Indische Compagnie, beklad met rode verf en zijn de termen ‘dief’ en ‘killer’ op de sokkel geschreven. Het Contemporary Art Centrum Witte de With moest er eveneens aan geloven. Daar werden rode handafdrukken op de gevel gezet.

Ook het beeld van voormalig LPF-leider Pim Fortuyn (1948-2002) moest het ontgelden. Daar werd de tekst ‘geef racisme geen eerbetoon’ opgeplakt. Eerder deze week werd al ‘racist’ op het beeld gespoten. De acties in Rotterdam zijn door de actiegroep ‘Helden van nooit’ opgeëist.

Donderdagmiddag werd in het Limburse Meers het borstbeeld van kapelaan Jan Willem Berix (1907-1945) beklad. Zijn hoofd werd blauw gemaakt. Berix regelde in de Tweede Wereldoorlog onderduikadressen en sloot zich aan bij de Landelijke Organisatie voor Onderduikers. In 1944 werd Berix opgepakt door de Duitse Sicherheitsdienst. Via kamp Vught belandde hij in het concentratiekamp Bergen-Belsen, waar hij vermoedelijk door vlektyfus stierf. Wie achter het bekladden zit, is onduidelijk.

Waarom worden de beelden beklad?

De Rotterdamse actiegroep ‘Helden van nooit’ vindt dat de verering van Fortuyn, Piet Hein en Witte de With verwerpelijk is. In een verklaring op Facebook schrijven zij dat het ‘dubieuze gedenktekens’ zijn.

Zo walgt de anonieme groepering van het standbeeld van Fortuyn, die ‘de eerste openlijke belichaming van het homonationalisme in Nederland’ zou zijn geweest. Volgens de ‘Helden van Nooit’ propageerde hij racisme, anti-immigratiebeleid en nationalisme. Het kunstcentrum vernoemd naar vlootvoogd Witte de With (1599-1658) moest eraan geloven omdat De With een ‘koloniale terrorist’ zou zijn geweest. Het kunstcentrum wil overigens al sinds 2017 de naam wijzigen, na eerdere ophef erover.

Piet Hein is volgens de actiegroep een ‘agressieve vechtadmiraal’ geweest, die een sleutelrol speelde in de totstandkoming van de slavernij.

Wie was Piet Hein?

‘Hein was een kaper,’ legt wetenschapsjournalist Simon Rozendaal uit aan Elsevier Weekblad. ‘Maar als je een kaper een dief noemt, realiseer je je niet dat kapen in de zeventiende eeuw volstrekt normaal was. Hein had officiële kaperbrieven van de prins van Oranje en de Staten-Generaal. Hij was gelegitimeerd om schepen van de vijand aan te vallen. Wat hij met de verovering van de Spaanse zilvervloot heeft gedaan in 1628, was dus gelegitimeerde roof.’

In 1624 was het groot nieuws in de Republiek, maar later snel vergeten: Hoe Piet Hein Salvador de Bahia veroverde

‘We waren in opstand als klein kikkerlandje tegen de oppermachtige vijand Spanje, machtiger dan nu de Verenigde Staten en China bij elkaar. Mede dankzij de zilvervloot heeft Nederland onafhankelijk kunnen worden en hebben wij onze vrijheid, en mag je in Nederland zeggen wat je wilt.’

Hein was in elk geval geen slavenhandelaar. ‘Hij was al zeven jaar dood toen Nederland aan de slavernij begon. Hein sneuvelde op 51-jarige leeftijd.’ Hein was ethisch juist zeer modern, zegt Rozendaal. ‘Hij vond dat je mensen met een andere huidskleur, cultuur en geloof met respect moest behandelen.’

Een half jaar voor zijn dood sprak hij met de Delftse dominee Dionysius Spranckhuysen. ‘Hij zei onder meer dat je als je op bezoek bent in een land, de inboorlingen – hij gebruikte het woord ‘indianen’, maar dat was hetzelfde – met respect moest benaderen. Het zijn mensen, geen beesten, en je bent bij hen te gast. Dat is uitzonderlijk voor iemand uit 1629. Dat is bijna 2020.’

Wat moeten we ervan vinden dat activisten de geschiedenis proberen uit te wissen?

Rozendaal: ‘Jammer, dat moet je niet doen. Hang borden onder die beelden, leg uit dat mensen goede maar ook kwade dingen hebben gedaan en voer er discussie over. Leopold II en Jan Pieterszoon Coen hebben dingen gedaan die niet door de beugel konden. Bij Coen staan er nog een paar goede zaken tegenover, maar de genocide op de Banda-eilanden, die was weerzinwekkend. Dat vonden ze toen ook al. Piet Hein is een heel ander verhaal, dat was een tamelijk brave en fatsoenlijke man. Ja, hij was kaper, hij vocht net als heel veel andere Nederlanders tegen Spanje. Verder was hij behoorlijk keurig.’

Lees ook het essay van Gerry van der List: Is Nederland echt een racistisch land?

Van het veranderen van straatnamen is Rozendaal geen voorstander, ook niet bij Jan Pieterszoon Coen. ‘Schep een context. Bijna iedereen voor 1900 was in zekere zin fout. Je hoeft niet eens ver terug te gaan. Als je boeken leest van mensen die we nu waarderen, laten we zeggen van voor 2000, die gebruikten sans gêne woorden als “neger”, wat wij niet meer in de mond zullen nemen. Tijden veranderen.’

Onze liberale en tolerante houding hebben we in zekere zin aan de zeehelden te danken, vindt Rozendaal. ‘Door mensen als Piet Hein, Michiel de Ruyter en Maarten Tromp werd Nederland een maritieme samenleving die gewend is aan mensen met een andere cultuur en een ander geloof. Die samenlevingen zijn veel liberaler en toleranter dan niet-maritieme samenlevingen. Club als KOZP en Black Lives Matter zijn in zekere zin schatplichtig aan Piet Hein.’