Nederland in quarantaine: ooggetuigen doen verslag

16 maart 2020Leestijd: 22 minuten
Inwoners van Breda zingen voor hun huis het Wilhelmus. Foto: ANP.

Het coronavirus heeft Nederland steeds meer in zijn greep. Dat zorgt voor bijzondere taferelen in het hele land. In dit overzicht plaatst de redactie van Elsevier Weekblad de opvallendste gebeurtenissen die onze redacteuren en anderen tegenkomen. Valt ú iets bijzonders op? Dan kunt u uw anekdote, foto of video sturen naar [email protected]. Een selectie verschijnt op de website.

18 mei: Naar de bibliotheek

Op vrijdag 13 maart 2020 zou Prinses Laurentien de nieuwe centrale bibliotheek aan de Neude in Utrecht openen. Dat feest ging niet door. De avond voor de opening gelastte toenmalig minister Bruno Bruins alle evenementen met meer dan honderd mensen af.

Afgelopen week opende niet een prinses, maar wethouder Anke Klein de deur van de bieb in het oude postkantoor uit 1924. Alleen leden krijgen nu toegang voor een ‘functioneel bezoek’ tot het gebouw. Reserveren is verplicht. Eindelijk kon het boek dat al voor de coronacrisis was geleend en dat al een paar keer tot nader order was verlengd, worden teruggebracht.

Rijnboutt en Zecc Architecten verbouwden het kolossale Hoofdpostkantoor van architect Joseph Crouwel junior. Als TivoliVredenburg de huiskamer van Utrecht is – tot Nederland op slot ging, krioelde het daar elke dag van studenten en andere Utrechters die er achter laptopjes werkten, concerten en lezingen bezochten of een Tinder-afspraakje hadden -, dan is deze statige bibliotheek in de stijl van de Amsterdamse school de salon of studeerkamer. Hoe mooi zou het zijn als iedereen de centrale hal met donkere beelden van arduin onder het hoge boogplafond weer kan zien, het geeft de universiteitsstad nog meer grandeur.

Vandaag ontroeren de verlaten leeszalen en studieplekken. Zelfs in een bibliotheek hoort het niet muisstil te zijn.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Tekst: Ruud Deijkers

13 mei: Afstand houden kun je niet alleen

Afgaand op het straatbeeld op sommige plekken en een paar bezoekjes aan de supermarkt lijkt het enthousiasme voor het naleven van de coronamaatregelen van de overheid wat af te nemen. De 1,5 meter afstand houden, kan soms nog een hele puzzel zijn. Bijvoorbeeld op een smalle stoep met lakse tegenliggers of bij het drukke groenteschap in de plaatselijke supermarkt.

Voor kwetsbare mensen kan dit een belemmering vormen om de straat op te gaan of om boodschappen te doen. Zij weten dat het coronavirus hen hard kan treffen en willen geen enkel risico lopen. Net als mensen die werken met risicogroepen en mensen met kwetsbaren in de familie. Maar daarbij zijn ze wel afhankelijk van het gedrag van anderen.

Marieke Hanekamp (34), in het dagelijks leven werkzaam bij een stichting voor onderwijsmanagement, en tekstschrijver Joris Jan Voermans (34) bedachten daar iets op: het initiatief Omarm de afstand. Via de website www.omarmdeafstand.nl verkopen ze oranje polsbandjes met daarop de tekst ‘Omarm de afstand’ om iedereen er ‘op een vriendelijke manier’ aan te herinneren dat het houden van voldoende afstand nog steeds erg belangrijk is.

Hanekamp kwam op het idee voor de polsbandjes, omdat ze zelf een kwetsbare gezondheid heeft en daarom extra voorzichtig wil zijn. ‘Ik heb een chronische darmziekte,’ zegt Hanekamp. ‘De laatste keer dat ik griep had, kreeg ik gelijk een longontsteking. Dus ik wil geen enkel risico lopen. En ik ben niet de enige. Er zijn zoveel meer mensen met een kwetsbare gezondheid. En ook hun familie is vaak extra voorzichtig. Maar afstand houden kun je niet alleen.’

Met onder meer een startsubsidie van de provincie Gelderland zijn inmiddels 1.500 polsbandjes gemaakt, waarvan er in een paar dagen tijd 400 zijn verkocht voor 5 euro per stuk. Als de verkoop hard gaat de komende weken en er een marge overblijft, zal dat geld geschonken worden aan het Longfonds.

Tekst: Marieke ten Katen. Foto: Marcel Krijgsman 

12 mei: Voetjevrijen

 

Voetjevrijen deed je vroeger onder tafel. Volgens Van Dale betekent voetjevrijen elkaar (steelsgewijs) liefkozend aanraken met de voeten. Dat klink als iets uit de tijd van de meisjesboeken van Cissy van Marxveldt (1889-1948). En bij die tijd hoort het ook.

Maar voetjevrijen is weer helemaal terug. Bijvoorbeeld in het Vondelpark in Amsterdam. Daar kun je stelletjes zien die tegenover elkaar zittend in het gras de anderhalve meter afstand overbruggen door elkaars voeten te liefkozen. Niet voet-voet, maar hand-voet. Je moet natuurlijk geen korte beentjes hebben, anders haal je het niet.

Het is een ontroerend gezicht. De jonggeliefden houden zich ondanks de lust die bij de leeftijd hoort keurig aan de anderhalve meter, althans die afstand zit er tussen de gezichten, maar dus niet tussen hand en voet.

Tekst: Lucas Gasthuis

 

9 mei: Gewoon een gebaar

 

Het is geen tijd voor echte feestjes. Iets kleins dan. Een etentje thuis met een goede vriendin. Een drankje met twee anderen. En avondeten met weer anderen. Gelukkig kan het allemaal buiten.

De mooie dingen van het leven zijn nu lastiger te regelen, het blijf wennen. Opeens waardeer je een glimlach of een gebaar als iets wezenlijks. Iets waarop je in de snelle tijd voor corona amper acht sloeg.

We zijn gewend dat ons leven grenzeloos is. Dat bijna alle wensen zijn te vervullen al is het misschien niet in dezelfde proporties als we zouden willen. De uitbundigheid is verdwenen.

Van iedere stap die we zetten, iedere beweging die we maken, zijn we ons nu bewust, tenminste als het goed is. Er zijn altijd zorgeloze types aan wie de crisis voorbij lijkt te gaan. Van die lui die frank en vrij door de supermarkt sjokken zonder zich ook maar ergens door belemmerd te voelen.

De verjaardag verliep prima. Gekregen bloemen staan te stralen als vanouds. Je kunt er lang van genieten. Van het moment dat ze op hun mooist zijn tot de dag dat ze zijn verwelkt. Een voordeel van thuis werken.

Tekst en beeld Carla Joosten

 

 

4 mei: De vlag halfstok

Rotterdam. Foto: Gertjan van Schoonhoven.

Wordt er meer gevlagd nu Nederland aan huis gebonden is? En dan bedoelen we niet zo’n armzalige krantenpagina in je raam – nee, écht vlaggen. Harde cijfers zijn lastig te krijgen, maar de indruk bestaat van wel. Er is meer vlagvertoon. In mijn eigen straat in Rotterdam zie ik (iets) meer vlaggen halfstok, collega’s elders in het land rapporteren hetzelfde beeld.

Collega in Zeeland kon bij de lokale middenstand geen vlag meer vinden. Collega in West-Friesland rapporteert dat vlaggen zijn uitverkocht bij Gamma, Intratuin, Big Bazar én twee HEMA’s. Collega in Den Haag rapporteert zelfs een – gesloten – strandtent op de grens van Scheveningen en Wassenaar met de vlag halfstok. Collega in Leiden rapporteert de vlag halfstok op het beroemde studentenhuis uit Soldaat van Oranje. (‘Rutger Hauer moet je er zelf even bij denken’).

Leiden. Foto: Joppe Gloerich.

Alleen een collega in de hoofdstad rapporteert om kwart voor elf: ‘In Amsterdam geen enkele vlag halfstok gezien.’ Maar dat kan nog komen. Normaal vlag je op 4 mei vanaf zes uur ’s avonds. Misschien moet Amsterdam nog wennen aan het uitzonderlijke protocol van dit jaar (75 jaar bevrijding). Collega in Amsterdam-Zuid ziet om half twaalf overigens wél vlaggen.

Amsterdam-IJburg. Foto: Marijn Jongsma.

Op zoek naar harde cijfers kom je vooralsnog niet ver. Bij de populaire Dokkumer Vlaggencentrale gaat de directeur er over, en die was maandagochtend niet bereikbaar. De Vlaggen Unie in Drachten heeft de telefoon er uitgetrokken wegens de drukte. Dat vatten we dan maar op als sterke aanwijzing dat de vlaggenverkoop inderdaad piekt.

Bij de Wiltfang in Maartensdijk (De Bilt) – naast leverancier van oogverblindend mooi en prijzig tuingereedschap ook verkoper van vlaggen ‘in het hogere segment’ – wordt wel de telefoon opgenomen. Medewerker Annet bevestigt: de verkoop van vlaggen ligt dit jaar hoger. Die van het complete pakket (ruim 100 euro) verkoopt iets van 10 procent meer, de losse vlaggen (ruim 30 euro) zelfs 40 procent meer.

Voelen we ons in deze crisis stemmiger dan normaal en vlaggen we daarom meer? Annet beziet het nuchterder. Het is eerder samenloop. Veel mensen beleven Koningsdag en 5 mei  normaal gesproken buitenshuis, of zijn dan met meivakantie. Nu zitten we thuis, en dus hebben we daar behoefte aan wat extra’s. ‘Mensen maken nu meer thuis hun eigen traditie. In het dorp waar ik woon, valt het mij ook op dat er meer vlaggen hangen.’ Daar komt bij dat de eindexamenkandidaten dit jaar vroeger weten dat ze geslaagd zijn – ook deze week is er weer een lichting. Ook dat stimuleert de verkoop.

Grappig detail: de in 1958 wettelijk vastgelegde kleuren van de Nederlandse vlag – helder vermiljoen, helder wit, kobaltblauw –  heten bij de Wiltfang ‘oud-Hollandse kleuren’. Een reactie op zeg maar de goedkopere bouwmarktvlag, die nog wel eens wat flets wil uitpakken.

Tekst: Gertjan van Schoonhoven

3 mei – Horloge meet impact corona

Wat doet de gemiddelde hartslag in quarantaine?

Redacteur Ruud Deijkers houdt de persoonlijke impact van corona bij in een digitaal dagboek en in een stuk of vijf grafiekjes. Het dagboek helpt bij het ordenen van dagelijkse ervaringen. Niet alleen met een feitelijke opsomming van activiteiten, maar vooral met het noteren van gedachten en indrukken. Wie weet hebben de historici van de toekomst er wat aan.

Dan de statistiek. Een app van de bank biedt inzicht in de persoonlijke financiën. Voor corona liep het banksaldo vanaf de maandelijkse uitbetaling van het salaris in een rechte lijn naar nul. Tijdens corona is die lijn minder steil en blijft die aan het einde van de maand bovendien ruim boven de nullijn zweven. Het is een zichtbaar gevolg van minder restaurant-, museum- en concertbezoek en minder reizen met het openbaar vervoer.

Een slim horloge monitort hartslag, stappen en calorieverbruik. Wat blijkt? Voor corona registreerde het hartslagmetertje gemiddeld 68 slagen per minuut, in quarantaine daalde de hartslag tot 62 slagen per minuut. Verlaagt thuiswerken het stressniveau? Gaf ruim twee uur reizen in de trein per dag in de pre-coronatijd zoveel extra onrust? Helaas is de hartslag de afgelopen week weer gestegen. Wellicht het gevolg van een klein ongeluk met de auto op 24 april? Wordt de conditie slechter of keert de alledaagse stress terug, nu thuiswerken langzaamaan het nieuwe normaal wordt?

Met de stapjes gaat het de verkeerde kant op. Vorig jaar werden in de maand april 393.220 voetstappen gezet, afgelopen maand waren dat er slechts 198.567. Het daggemiddelde van 13.107 stapjes halveerde. Het gevolg is dat afgelopen maand slechts 76.501 kilocalorieën werden verbrand, in april 2019 waren dat er 94.387. De laatste grafiek bevestigt wat de spiegel ook laat zien: 4 kilo aangekomen. Tijd om meer te gaan sporten dus.

Tekst en beeld Ruud Deijkers

3 mei – Strandleven

Hoe erg ook die lege strandtenten, de vroege ochtendstilte aan zee is aangenaam. Tussen de visdieven, meeuwen, scholeksters en honden met baasje is er volop ruimte om ontspannen te wandelen en weg te zinken in gepeins over deze vreemde tijd.

Opschrikken doe je alleen van joggers. De meesten lopen in rechte draf ervan uitgaande dat het langzamere, tegemoetkomende verkeer wel opzij gaat. Klein ongemak.

Grappig is het paard dat blijkbaar zijn ruiter heeft afgeworpen en zich niet zomaar laat vangen. Hier en daar nemen dappere strandgangers een duik in zee.

Anderhalve meter, ook in zee

Plek zat. De anderhalvemetersamenleving is 3 mei nog geen probleem in het water van de Noordzeekust. Zelfs niet als een groep een duik neemt. De zwemmers houden bijna allemaal afstand. Alsof het altijd al zo was. 

Naakt of niet, dat nieuwe normaal kruipt tussen de oren. Of misschien vooral dan. Dat kan natuurlijk ook.

Tekst en beeld Carla Joosten

1 mei – De tandarts is opgelucht

Hij is dolblij dat zijn praktijk weer open is. Het advies, in maart, van de Koninklijke Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Tandheelkunde, de beroepsorganisatie van tandartsen, orthodontisten en mondhygiënisten, om de praktijken te sluiten, heeft hij nooit goed kunnen begrijpen.

Zijn praktijk is alweer een ruime week open en draait op 70 procent. Dat is beter dan hij had verwacht. Iedere patiënt die durft te komen moet een triage-vragenlijst invullen voor bezoek: Hebt u één of meerdere van de volgende symptomen: verkoudheid, niezen, hoesten, keelpijn, benauwdheid, koorts (meer dan 38⁰C)? Hebt u huisgenoten/gezinsleden met deze symptomen? Woont u in een verpleeghuis of instelling voor mensen met een (verstandelijke) beperking?

Nu staat hij boven me, draagt slechts een chirurgisch mondkapje en een spatbril. De verdoving doet zijn werk, en hij begint aan de behandeling. Een prettige ervaren vent, aan wie ik me zonder aarzeling overlever. Normaal gesproken laat ik mijn gedachten gaan of luister ik wat naar de radio op de achtergrond. Maar vandaag krijg ik die kans niet.

De normaal niet zo spraakzame tandarts praat honderduit. Hij laat zien hoe corona hem uitdaagt om andere instrumenten te gebruiken, die minder spatwater en wasem veroorzaken. Maar vooral heeft hij het over zijn zoektocht naar de ideale gezichtsbescherming. Het snorkelmasker van Decathlon, met een speciaal filter in de luchtpijp, ging niet werken omdat het plexiglas zo is gebogen dat het beeld wordt vervormd. En aangezien boren millimeterwerk is…

Ook verdiepte hij zich in een duikmasker dat wordt geproduceerd in Limburg, met een motortje dat zorgt voor frisse lucht. Maar de motor zit op een voor hem verkeerde plaats, waardoor het masker verschuift tijdens handelingen.

Dus het ouderwetse chirurgische  mondkapje moet het werk doen. In China en Italië hebben tandartsen gewoon doorgewerkt, weet hij, en daar zijn ze de coronadans ontsprongen. Terugpraten is onmogelijk, maar hij geeft het antwoord op de imaginaire vraag al zelf. Twee dagen eerder heeft hij zich voor de zekerheid van zijn patiënten en van zichzelf weer laten testen.

Tekst René van Rijckevorsel

27 april – Eindelijk weer het veld op

Nu kinderen groen licht hebben gekregen om weer te gaan sporten, wordt op tal van sportclubs met bewonderenswaardige inzet gewerkt aan coronaprotocollen.

Gelukkig mogen de meeste kinderen weer naar hun sportvereniging. De jeugd onder 12 jaar hoeft daarbij niet eens meer de 1,5 meter in acht te houden en kan weer voluit achter de bal aan. Jeugd tot 19 jaar mag ook weer het veld op, maar dan wel op gepaste afstand van elkaar. Wedstrijden tegen teams van andere verenigingen zitten er voorlopig nog niet in.

Achter de schermen van de sportverenigingen sloeg de schrik wel even toe. Want de overheid kan wel roepen dat sporten weer mag, maar hoe regel je dat in de praktijk? Afgelopen weekend kwamen de berichten van hockey- en voetbalclub binnen en het was hartverwarmend om te zien met hoeveel aandacht en zorg er is nagedacht over protocollen om alles in goede banen te leiden.

Over alles is nagedacht. Ouders die kinderen brengen, mogen niet het terrein op. Er worden slechts gesport op een deel van de velden, zodat het hele trainingsschema moest worden omgegooid. Er zijn toezichthouders, herkenbaar aan fluorescerende hesjes om de boel in de gaten te houden. En er zijn allerlei regels voor de kinderen zelf: kom niet eerder dan vijf minuten voor aanvang van de training. Neem je eigen bidon mee en vul hem thuis, want het clubhuis is dicht. Alleen trainers mogen pionnen en ballen aanraken. Enzovoorts.

Het moeilijkst is het waarschijnlijk voor trainers die coronabestendige oefeningen moeten bedenken. Want probeer maar eens je mannetje kort te dekken in de anderhalvemetersamenleving.

Tekst Bram Hahn

23 april – Contant geld graag

Wie is niet vaak thuis overdag dezer dagen? En dat dan de bel gaat. En wie staat er? De glazenwasser. Dan weet je dat de portemonnee tevoorschijn moet worden gehaald.

Aan het bankpasje, waarmee je vandaag de dag zo blij bent omdat je bij het betalen de hygiëne in acht kunt nemen, heb je niets als deze heer aanbelt. En aan tikkies, prachtige uitvinding, doet hij al helemaal niet. Nee de glazenwasser wil papieren geld. Of desnoods munten.

We raakten al ontwend aan cash betalen, maar in deze coronacrisis gaat het opeens razendsnel en lijkt de glazenwasser, wiens werk je zeer op prijs stelt, iemand uit een vorig tijdperk.

Een dienstverlener die niet met zijn tijd meegaat. Die zich niet op kosten liet jagen door het verbod om de ladder te gebruiken en er iets slims op verzon. Een lange stok, waaraan slang en borstel vast zitten en waarmee de bovenramen worden gewassen.

Maar de betaling blijft onveranderd. Hij krijgt dit keer het laatste tientje. Voor hem zal ik de gang naar de geldautomaat blijven maken, want dat hij alsnog het digitale tijdperk betreedt is onbestaanbaar.

Over het waarom gingen vroeger hele verhalen. Verhalen die nu op internet staan, met  tips onder de noemer ‘de goede glazenwasser.’

Een goede glazenwasser mag je per bank betalen, doceert de site. Goh!

Tekst Carla Joosten

22 april – Festival in de achtertuin

Mick Marsman (25) verblijft tijdens de lockdown met zijn zus Esther bij zijn ouders in Hoofddorp. ‘Ik zei laatst tegen m’n zus dat ik festivals erg mis met dit mooie weer. Vanmorgen kwam ik uit bed en was de hele tuin in “Sziget”-style. Super leuk!’

Het Sziget-festival is een jaarlijks terugkerend evenement dat meestal in de eerste week van augustus plaatsheeft. Het festival duurt zeven dagen en wordt gehouden op het Óbuda-eiland in de Hongaarse hoofdstad Boedapest. Het is een van de grootste muziekfestivals van Europa en ieder jaar reizen zo’n 15.000 Nederlanders af naar Hongarije.

Marsman heeft kaartjes, maar hij kan deelname waarschijnlijk wel op zijn buik schrijven. ‘Officieel gaat het nog door, maar daar moeten we maar niet vanuit gaan. Dan maar een backyard edition.

19 april – Vakantieplezier op de Veluwe

Als op de A4 op het elektronische verkeersbord boven de snelweg de dwingende tekst ‘Blijf thuis!’ oplicht, ontstaat enige gewetenswroeging. Maar goed, de economie moet ook weer een beetje op gang worden gebracht, dus toch maar de weg vervolgd naar het geboekte hotel in Ermelo.

De Stationsstraat in het idyllische, heerlijk monoculturele dorp oogt stil. Alleen voor de ijssalon heeft zich in de zon een rijtje gevormd. Het viersterrenhotel in bosrijke omgeving oogt al helemaal verlaten. Sauna en zwembad zijn gesloten; ter compensatie worden gratis fietsen ter beschikking gesteld om de paradijselijke Veluwe te verkennen.

’s Avonds is er een aangename sensatie. Het restaurant is open! Een gehandschoende, engelachtige verschijning plaatst de bestelde asperges à la flamande netjes aan het eind van de tafel. Bescheiden vakantieplezier en culinair genoegen gaan samen met het bevredigende gevoel de geplaagde horeca een steuntje in de rug te bieden. In het hotel zijn ze in elk geval blij dat niet iedere Nederlander braaf thuisblijft.

Tekst en beeld: Gerry van der List

19 april – Familierelaties op de fiets

Grote groepen pseudo-wielrenners kleuren op zondagochtend de Brabantse wegen. Ze worden MAMIL’s genoemd: middle aged men in lycra. Pardoes zijn ze verdwenen, want ook toerfietsers vallen onder het samenscholingsverbod en de politie controleert streng.

Gelukkig is het vrouwenwielrennen de laatste jaren sterk in opmars. Wat je ineens veel ziet, zijn tourfietsers die met hun partner – eveneens in fleurige lycra wielrenkleding – een ritje maken. Ook wielrennen met zoon of dochter is opeens populair. Gezellig.

We koersen over smalle landbouwweggetjes ten Zuiden van Den Bosch. Het lenteweer, de knalgele bermen (raapzaad) en de fruitbomenbloesem bezweren dat er niets aan de hand is. Vooral in deze contreien is dat erg verraderlijk.

Vlakbij Maaskantje zit plotseling een kuil in de weg. Een van onze achterwielen krijgt een klap, waardoor de binnenband meteen leegloopt. We monteren snel een nieuw achterbandje. Een van ons houdt de fiets overeind. De ander pompt de band weer op. Dan komt een bejaard stel op e-bikes voorbij. De man voorop, weggedoken in een zware winterjas. De vrouw vlak erachter. Vol minachting krast ze: ‘Anderhalve meter, heren!’

Voor we onze familierelatie uit de doeken kunnen doen, zijn ze uit het zicht verdwenen.

Tekst: Eric Vrijsen

16 april – Zelfdokteren

Om het risico op besmetting te voorkomen, hebben ook alle tandartsen, mondhygiënisten en orthodontisten hun praktijken tijdelijk gesloten. Beugeldragers zijn bij die laatsten kind aan huis. Want om de haverklap gaat er wel een slotje open of breekt een draad. Ook in het coronatijdperk schiet er weleens wat verkeerd: in dit geval glipte de ijzerdraad uit het achterste slotje van mijn zoons beugel. Geen levensbedreigende situatie, nee, maar wel vervelend als er een stuk ijzerdraad in je wang prikt, zodat eten en slapen moeilijk gaan.

De telefonische hulptroepen van de orthodontist vinden het ook geen noodgeval waarvoor je naar een gediplomeerd beugeldokter mag. Maar op de site staan allemaal handige tips, zoals: ‘Draadje prikt? Proberen onder de boog terug te duwen?’ Boog? Welke boog? Er valt niks onder te duwen.

Ook een andere orthodontist is geen optie. Voor zoiets kleins gaat het loket niet open. Maar gelukkig biedt dochter een uitweg. Na wat gerommel in de gereedschapskist komt ze met vier tangen waarmee ze het dwarszittende stukje draad in elk geval kan afknippen. Maar als ze eenmaal bezig is, constateert ze dat dit helemaal niet zo moeilijk is. Elastiekje eraf, draad in het slotje wrikken, slotje dichtklikken, elastiekje er weer om, en voilà! Zelfdokteren tijdens de lockdown.

Tekst en foto: Bram Hahn

14 april – Meer klandizie voor de groentejuwelier

Ondernemers kunnen in crisistijd bewijzen waar zij goed in zijn: ondernemen. Groente- en fruitjuwelier Danny Roozeboom (28) en zijn vrouw Mona-Lisa Hoveling (27) plaatsten afgelopen zaterdag een vacature op Facebook: ‘Door aanhoudende drukte zijn wij op zoek naar extra personeel!’

Roozeboom: ‘ik denk dat mensen door de coronacrisis gezonder willen eten en behoefte hebben aan goede producten’. Een andere verklaring voor de toenemende klandizie voor de groente- en fruitzaak in het Alkmaarse winkelcentrum De Hoef is dat klanten supermarkten mijden omdat het er bijna onmogelijk is om anderhalve meter afstand van elkaar te houden. Ze wijken uit naar kleinere middenstanders voor brood, groente, kaas, vis en vlees. Een pijl op het raam van ‘Groente&fruit Juwelier De Hoef’ wijst klanten naar de ingang rechts van de uitstalling met mandarijnen en druiven. Binnen schuifelen de klanten keurig in eenrichtingsverkeer langs de schappen.

Begin maart, toen het er nog om spande of er een complete lockdown afgekondigd zou worden en winkels hun deuren zouden moeten sluiten, kneep Roozeboom hem wel even. ‘Op zo’n moment moet je doordenken en je proberen te onderscheiden.’ In een e-mail naar zijn vaste klanten kondigde hij een bezorgservice aan. Hij brengt nu verse groente en fruit tot in Heiloo, Bergen en Heerhugowaard. ‘We hebben voldoende bestellingen om de auto rond te laten rijden. En anders gaan onze producten mee met de ritjes van de bloemenzaak hiernaast. De winkeliers werken hier goed samen.’Groente en fruitjuwelier De Hoef
Tekst en foto: Ruud Deijkers

11 april – Toch nog een tuin

Veel Amsterdammers hebben geen eigen tuin en dat kan in een zonnig paasweekend nog wel eens een gemis zijn, zeker als je groene vingers hebt. Maar een buurttuin is natuurlijk bijna net zo leuk. Zoals hier in het Amsterdamse Erasmuspark. Het idee is simpel, blijkt uit de uitleg die aan een boom hangt: zoek een tak in het park, versier deze en zet de tak bij de verzameling die er al staat. En dan ontstaat er – met een beetje fantasie – toch een mooie buurttuin.

Tekst en foto: Marieke ten Katen

10 april – Lang leve de nieuwe stiltecoupé

Normaal moet ik in de spits vechten voor een zitplaats in trein en metro, maar vanmorgen waande ik mij nog net niet alleen op de wereld. De paar passagiers die net om 8.46 uur de sprinter naar Amsterdam namen, hadden nog net niet ieder een coupé voor zich. Het gedrang bij de deuren is vervangen door het toppunt van beschaving: mensen die  vriendelijk op elkaar wachten en keurig afstand houden.

Nadeel van de stilte in je privé-coupé is dat je geen gesprekken kunt afluisteren. Ik herinner mij dat ik in 2008 opvallend veel mensen huilend naar huis hoorde bellen omdat ze ontslagen waren. Even later zaten we midden in de economische crisis. Het is ook opvallend hoeveel privacygevoelige details bellende mensen prijsgeven. Ik luister gretig mee.

Nu is elke coupé een stiltecoupe, zonder van die humeurige types die hun medereizigers bij het minste of geringste geluid meteen corrigerend toespreken: “DIT IS EEN STILTECOUPÉ, JA”

Bijna in Amsterdam aangekomen zag ik iemand zitten die ik ken van zijn werk bij de opsporing van misdaad. Normaal groeten we elkaar onopvallend. Nu sprak ik hem aan. Er waren toch geen luistervinken in de buurt.

Tekst en foto: Gerlof Leistra

9 april – Sla je slag of aasgierengedrag?

Met een eigen huis in Amsterdam-Zuid krijg ik weleens vaker zo maar post van een makelaar of vastgoedbelegger. Met de vraag: overweegt u wellicht te verkopen? En de boodschap: denk dan aan ons.

De schaarste aan koopwoningen in Amsterdam is, zeker in de populaire buurten, groot. Makelaars zoeken handel, beleggers vulling van hun portefeuille. De eigenaren zijn spekkoper. Huizenprijzen rijzen de pan uit.

Gisteren viel er weer zo’n brief op mijn deurmat. Van een vastgoedagent. ‘Namens haar opdrachtgever, een institutionele belegger’ is die agent aangesteld voor de acquisitie van panden. ‘Wij zijn benieuwd naar uw toekomstplannen wat betreft bovengenoemde onroerend goed.’ Dat is mijn huis dus.

Of ik nieuwsgierig ben naar de waarde? Soms wel, ja. De vastgoedagent weet het zeker. ‘Onzes inziens is het plafond voor wat betreft de prijsstijging mede door het covid-19-virus een feit.’

Of ik daarover wil praten? Dat kan. ‘Indien wij met dit schrijven uw interesse hebben gewekt, neem dan gerust contact met ons op …’

Interesse heb ik zeker. In ‘dit schrijven’ dan. En in dat ‘onzes inziens’.  En ik vraag me iets af. Is dit doortastend ondernemerschap of  is dit ‘ik-krijg-er-een-vieze-smaak-van-in-mijn-mond’-gedrag? Ik ga in elk geval niet verkopen.

Tekst: Ron Kosterman

7 april – Afstand houden als adagium

Het valt niet mee dat afstand houden. En is die anderhalve meter wel genoeg? ’s Ochtends vroeg als de dauw nog over het land ligt, zie je pas goed hoe dat gaat met de adem van een mens. Een ballon vormt zich en verwaait in de wind.

Een wandelvriendin vindt het eng en wil drie meter afstand houden. En dan nog. Waar blijft die ballon met minuscule waterdruppeltjes? Zeker de ballonnen van passanten die sporten.

Liefst gaat ze om zeven uur in de ochtend wandelen. De minste kans op passanten. En anders duiken we de berm in.

Soms word je van die alertheid een beetje paranoïde. Met in het achterhoofd de verwachting dat het coronavirus nog lang niet is bestreden, berust je en probeert te genieten van de natuur. Troost in bange dagen.

Te lang wandelen is niet de bedoeling. We moeten dit kleine stukje Nederland delen met vele anderen. Ook zij willen het toegestane ommetje maken.

Hoe anders is het met die vriendin in het noorden van het land die onbezorgd door bossen banjert zonder iemand tegen te komen.

Waar je in normale tijden nooit aan denkt, komt opeens op. De Randstad verlaten en naar een leeg platteland verhuizen om weer net zo vrij en onbevreesd te kunnen leven als in het pre-corona-tijdperk.

Tekst en foto: Carla Joosten

6 april – Harde kern Ajax-supporters bedankt ‘dapp’re strijders’

De harde kern van de Ajax stuurde deze zaterdag twee vliegtuigen de lucht in met een boodschap voor iedereen die hard aan het werk is tijdens de coronacrisis. ‘Bedankt alle dapp’re strijders’, is er te lezen, voor de kijker hier in Amsterdam-West in spiegelbeeld. De boodschap is onder meer bedoeld voor zorgpersoneel, winkelpersoneel, chauffeurs en boeren, laat de F-side van de Amsterdamse voetbalclub in een bericht op Twitter weten.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Tekst: Marieke ten Katen

4 april – Producten van de markt thuisbezorgd

Als wij niet naar de markt kunnen komen, dan komt de markt naar ons. Marktkooplui van de Vredenburgmarkt in Utrecht zien door de epidemie hun klandizie afnemen. Daarom ontwikkelde een groep jonge ondernemers uit de stad in twee weken tijd het platform demarktbezorgt.nl. Klanten die zich daarvoor aanmelden, krijgen op zaterdag een doos thuisbezorgd met daarin verse marktproducten. De ‘Marktbox’ bevat elke week een andere mix van zuivelproducten, brood, fruit en noten. Redacteur Ruud Deijkers en zijn vriendin bestelden woensdag een doos en kregen zaterdagmiddag als eerste klanten een doos van de koerier en initiatiefnemer Sacha Boekelder thuisbezorgd. Via de website kunnen ook producten bij de afzonderlijke marktkramen worden besteld.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Tekst en video: Ruud Deijkers

3 april — Videobellen met de klas, maar niet alleen over huiswerk

Juffen Nardi en Lisette van de C.P. van Leersumschool voor speciaal onderwijs in Zeist missen hun leerlingen van groep 6/7 Ibis zo, dat ze meermaals per week rond de lunch met de hele klas videobellen. Op die manier kan iedereen elkaar even zien en laten weten hoe het gaat. Over school of huiswerk gaat het bij deze groepschat dan even niet. Tin (10) vertelt enthousiast over hoe hij op zolder een oude Windows XP-server heeft die hij nu aan het upgraden is van een naar twee gigabyte RAM-geheugen.

Tekst en beeld: via jooZt Mattheij

2 april — Militaire muziek in bange dagen

130 muzikanten van de muziekkapellen van de mariniers, de landmacht, de luchtmacht en de marechaussee werken vanuit huis en hebben een medley van vrolijke marsen opgenomen om het moreel van de natie wat op te vijzelen. Natuurlijk zijn ze allen in uniform, maar omdat je ook hun huiselijke omgeving ziet – met hier en daar een paar spelende kinderen, een racefiets, een boekenkast of zelfs een paard – toetert de gezelligheid de woonkamer binnen. ‘Samen sterk met de kracht van muziek,’ is het motto. Commandant der Strijdkrachten generaal Rob Bauer steekt aan het slot zijn duim op. Kranig gedaan, soldaten!

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Tekst: Eric Vrijsen

1 april — Tijd om Loe de Jongs magnum opus over WO II terug te lezen

Tussen 1969 en mei 1991 verschenen de 14 delen van ‘Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog’ door Dr. Loe de Jong. Elk deel bestond uit diverse ‘banden’ en besloeg duizend pagina’s of meer. In totaal 26 dikke boeken: 1,20 strekkende meter in de boekenkast. Er waren mensen die elk jaar het nieuwste deel aanschaften, maar dat was prijzig. Uiteindelijk kon je de hele serie ook tweede hands kopen en was je spekkoper voor een dikke honderd piek, pakweg 50 euro.

Een fijn bezit, dat standaardwerk over de oorlog. Maar dan toch vooral om af en toe iets op te zoeken. Want wie had nou tijd om het echt te lezen? Deel 1 Voorspel en Deel 2 Neutraliteitspolitiek waren nog om te doen. Deel 3 over Mei 1940 was ook spannend. Maar daarna raakte het tempo er nogal uit en bleven die dikke pillen onaangeroerd.

Maar nu een intelligente lockdown is afgekondigd en we maximaal thuis moeten blijven, ontstaat opeens weer tijd om te lezen. Loe de Jongs ‘Magnum Opus’ maar weer eens ter hand genomen. Als een soort binge watching, maar dan in boekvorm, niet via Netflix. En warempel, het is in deze benarde tijden hoogst actuele lectuur.

Deel 4 beschrijft het begin van de Duitse bezetting, mei 1940 tot aan maart 1941. Het land is in shock. De onzekerheid is groot. De bevolking is bang, maar plotseling ook eensgezind. Topambtenaren proberen te redden wat er te redden valt, maar het onheil rukt steeds verder op.

De Jong beschrijft het tot in detail, beeldend. Neutraal somt hij op en analyseert hij. De lezer bekruipt een afgrijzen, ook omdat het allemaal nog erger zal worden. Soms verandert De Jong even van toon om een moreel oordeel te vellen. Dan weten we weer: ‘Moed en vertrouwen!’ Vroeg of laat komt de bevrijding en zijn we van dat vreemde juk verlost.

Zo zal het ook nu gaan. Stug doorlezen. Er zullen nog mensen sterven, maar ons collectief overwint. Het Koninkrijk der Nederlanden zal zegevieren. Volharden, landgenoten.

Iedereen die nu de spanning niet meer aankan of dringend behoefte voelt aan relativering, moet Loe de Jong uit de kast trekken. Het ‘Koninkrijk’ is nog prachtig geschreven ook.

Tekst en beeld: Eric Vrijsen