‘Schrijnend dat terugkeerders in deel EU-landen niet worden vervolgd’

07 augustus 2017Leestijd: 2 minuten
Foto: AFP

Een aantal Europese lidstaten moet meer doen om terugkeerders vast te zetten en te vervolgen. Als bepaalde landen nalatig blijven, heeft dat mogelijke gevolgen voor alle lidstaten in het Schengengebied.

CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt onderzocht voor de Raad van Europa welke acties landen ondernemen om ervoor te zorgen dat Syriëgangers die terug in eigen land zijn, worden vastgezet en vervolgd. In landen waar veel terugkeerders worden verwacht, zoals Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, gebeurt dat veel.

Andere landen zijn minder actief bezig met het vervolgen van terugkeerders. Een aantal landen heeft nog geen enkele Syriëganger vervolgd, zegt Omtzigt.

De resultaten van het onderzoek zijn samengevat in een voorlopig vertrouwelijk rapport dat wordt gepresenteerd aan de Europese Commissie.

Toch geen martelaar: ‘IS is niet de ware religie’

Re-integratie van jihadisten

Bepaalde lidstaten vinden re-integratie van terugkeerders belangrijker dan vervolging. ‘Nogal schrijnend,’ aldus het Kamerlid. ‘Er wordt nauwelijks hulp geboden aan slachtoffers, maar jihadisten gaan we wel laten re-integreren?’

Als het aan Omtzigt ligt, wordt er pas aan re-integratie gedacht nadat de jihadist zijn gevangenisstraf heeft uitgezeten.

Berichten over re-integratie-maatregelen voor terugkeerders zorgden de afgelopen maanden voor woede. In Zweden zouden teruggekeerde jihadisten zelfs een nieuwe identiteit krijgen, hoewel de Zweedse ambassadeur in Nederland de berichtgeving ‘nepnieuws’ noemde.

Genocide

In juni vorig jaar erkenden de Verenigde Naties voor het eerst dat Islamitische Staat genocide pleegt. ‘IS maakt er bovendien bepaald geen geheim van,’ zegt Omtzigt. ‘Het is belachelijk. We zien nu een geval van genocide, dan weten we al meer dan een jaar. Dan moeten we internationaal ingrijpen.’

Het Kamerlid roept op tot een internationaal tribunaal, dat de Verenigde Naties moeten coördineren. ‘De VN moeten een signaal afgeven,’ aldus Omtzigt. Het internationaal hard aanpakken van terugkeerders en genocideplegers moet een afschrikkend effect hebben. Zo moet de opkomst van nieuwe jihadistische groepen  in Irak en Syrië worden voorkomen.

De internationale aanpak is bovendien belangrijk vanwege de open grenzen in de EU. Als Duitsland bijvoorbeeld een terugkeerder niet aanpakt, en de jihadist gaat vrijuit, dan kan hij een aanslag plegen in Nederland.

Nederlandse terugkeerders

Sinds eind 2012 zijn er zo’n 270 Nederlanders afgereisd naar Syrië en Irak om zich te mengen in de strijd tussen IS en de internationale coalitie. Zo’n 190 personen verblijven daar nog. Ruim veertig mensen zijn omgekomen, zo’n veertig keerden terug, de meesten al in 2013. Daarvan zijn er vooralsnog slechts drie veroordeeld voor deelname aan de strijd in Syrië en Irak, of voor deelname aan een trainingskamp.

Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid Dick Schoof zei daarover in november tegen Elsevier: ‘De AIVD en de politie hebben destijds uitvoerig gekeken naar deze groep. Het bewijzen van deelname aan een terroristische organisatie was in die periode vele malen lastiger. We kregen de bewijslast niet rond, ook niet met terugwerkende kracht.’