Analyse Depla: ‘PvdA moet volksbeweging worden’

20 juni 2017Leestijd: 2 minuten
Paul Depla, burgemeester van Breda. Foto:ANP

Vandaag presenteert de burgemeester van Breda, Paul Depla, zijn analyse over de verkiezingsnederlaag van de Partij van de Arbeid. Na het recordverlies van 15 maart onderwierp Depla zijn partij aan een grondig onderzoek.

Meer nieuws, elke dag in je inbox? Meld je aan voor Elseviers nieuwsbrief >>

De Partij van de Arbeid leed bij de Tweede Kamerverkiezingen een verlies van 29 zetels – een niet eerder geëvenaard record in de naoorlogse parlementaire geschiedenis.

Depla werd gevraagd met een analyse te komen. Die levert hij vanavond op een partijbijeenkomst in Hilversum. In gesprek met dagblad Trouw blikt hij vooruit op zijn conclusie: ‘De Partij van de Arbeid is slachtoffer geworden van de “netflixisering” van de maatschappij.’

Depla ontwaart een nieuwe verzuiling: ‘De samenleving valt uiteen in kleine groepjes die in hun eigen informatiebubbels leven, met elk hun eigen politieke partij. Er is sprake van versplinterde verzuiling, terwijl de PvdA juist altijd heeft gestaan voor verbinding.’ Mogelijk doelt Depla op partijen die een deelbelang vertegenwoordigen, zoals DENK, 50Plus of Partij voor de Dieren. ‘Als de PvdA een eigen zuiltje wordt, kunnen we beter ophouden te bestaan.’

‘De Partij van de Arbeid moet weer een brede volksbeweging worden,’ filosofeert Depla tegen Trouw. Hij benadrukt dat er voor de sociaal-democraten vier thema’s van belang zijn: werk en inkomen, zorg, milieu en de multiculturele samenleving. Volgens de burgemeester van Breda moet de noodlijdende partij zich de komende vier tot acht jaar richten op eigen bestaanszekerheid.

Financiële problemen

Maandag werd bekend dat de PvdA naast een ideologisch probleem ook een financieel probleem heeft. De bijdrage van het Rijk gaat door het zetelverlies bij de verkiezingen fors omlaag, en door een fout in het boekhoudsysteem zijn honderden openstaande rekeningen niet geïnd.

De PvdA ging van 38 naar 9 zetels in de Tweede Kamer. Dat betekent niet alleen dat de rijksbijdrage vanaf begin volgende maand wordt verlaagd, maar ook dat er veel minder Kamerleden een deel van hun salaris afdragen aan de partij. Sinds 2009 dragen verkozen volksvertegenwoordigers zo’n 5,5 procent van hun salaris af aan de partij. Hoewel deze afdrachtregeling een stuk minder lucratief is dan die van de SP, waar politici niet meer verdienen dan een modaal inkomen, draagt ieder Kamerlid toch zo’n 5.000 euro per jaar bij aan de partijkas.

Daarnaast kampt de partij met problemen met een nieuw administratiesysteem. De invoering van het systeem verloopt verre van vlekkeloos. Daarom zijn veel betalingen nog niet geïnd. Het contributiegeld van veel leden staat nog niet op de PvdA-rekening en ook de afdracht van een aantal politici is nog niet geïnd. Om welke bedragen het gaat wil de partij niet zeggen.