18 miljoen inwoners is geen optie

25 november 2022Leestijd: 6 minuten
Aanmeldcentrum Ter Apel. Foto: ProNews/ANP/Hollandse Hoogte

Weldra heeft Nederland 18 miljoen inwoners: een onhoudbaar aantal. Zowel een taskforce van ministers als een Staatscommissie gaat de opties bestuderen voor  bevolkingskrimp. Jurist en CDA-lid Marcelo Mooren denkt op EW Podium graag mee en doet enkele suggesties voor een zinnig migratiebeleid.

Marcelo Mooren (1976) is CDA-lid, jurist in het staatsrecht en internationaal recht en thans werkzaam als parlementair lobbyist.

EW Podium publiceert opinies van (vooral jonge) schrijvers, die vanuit eigen onderzoek of werkervaring bijdragen aan het debat. De artikelen reflecteren niet noodzakelijkerwijs de opvatting van de redactie.

Immigratie kan een samenleving versterken, maar alleen in een gerichte en gedoseerde vorm – niet als een fenomeen dat ons ‘overkomt’. Vandaar de oproepen van VVD en CDA tot meer controle. Na het VVD-congres van vorige week beloofde premier Mark Rutte wederom plechtig dat het nu echt anders moet en Henk Kamp adviseerde hem zelfs om binnen de coalitie ‘zijn hakken in het zand te zetten’. Zijn dit alleen maar praatjes in het licht van de Statenverkiezingen of is het nu echt menens?

Hoeveel daling is er nodig
en hoe is die te bereiken?

Er gaat nu een team van ministers kijken naar migratieremmende voorstellen. Ook is er met hetzelfde doel een Staatscommissie ingesteld die naar  demografische scenario’s op de langere termijn gaat kijken. Eén ding is helder: 18 miljoen inwoners is onwenselijk als scenario. Nu al strijden ecologie, wonen, industrie en landbouw om de spaarzame ruimte. Om nog maar te zwijgen van de culturele en sociale impact van dit niveau van immigratie.

Wat is dan wel een werkbaar aantal? Daarover moet de Staatscommissie zich  gaan buigen. De vraag voor hen is dus niet hoe we die 18 miljoen werkbaar maken, maar hoeveel we wél aankunnen en hoe we die daling managen. Voor een groeiende bevolking moeten we nu een model gaan maken voor de transitie naar een krimpende bevolking. Denk aan de tijdelijk kromme verhouding van actieven en inactieven tijdens zo’n transitie. Dat kan bijvoorbeeld met EU-werknemers die tekorten tijdelijk oplossen, maar zich zeker niet permanent hier vestigen, want dan komt de benodigde daling er alsnog niet.

Hierbij geef ik graag een aanzet voor die daling voor zowel de taskforce van ministers als de Staatscommissie.

Asielbeleid naar Deens voorbeeld

Lees ook deze analyse van Gertjan van Schoonhoven: Hoe Denemarken asielbeleid steeds verder aanscherpt, en waarom

Velen constateerden al dat 50.000 asielzoekers per jaar niet vol te houden is. Het kan anders: Denemarken had afgelopen jaar 1.500 asielzoekers. Het kopiëren van het Deense asielbeleid is dus de meest directe route om de instroom te verminderen. Nederland is drie keer zo groot als Denemarken. Dus dan zouden we bijvoorbeeld 3 x 1.500 = 4.500 asielzoekers kunnen opvangen. Dat is een reductie van grofweg 90 procent. De woordvoerder van het CDA liet recent op NPO Radio 1 weten te denken aan een 80-procents reductie. Dat komt redelijk overeen.

Voor de lange termijn moet in de EU worden gekeken naar duurzamere en bredere asielhervormingen. Opvang in de regio heeft ieders voorkeur, dat moeten we ook waarmaken. Bijvoorbeeld: Oekraïne is een buurland van de EU. Dan is het logisch dat de EU openstaat voor die vluchtelingen. Het zou onzinnig zijn als Oekraïners hun heil moeten zoeken in Senegal. Maar evenzeer is het onzin als vluchtelingen uit Senegal hun heil zoeken in Europa in plaats van in buurland Guinee.

De EU moet dus naar een model waarin het categorisch géén asiel meer verzorgt wanneer er een ander veilig gebied dichterbij is. Dan wordt een asielaanvraag automatisch niet-ontvankelijk verklaard. Dit behoudens speciale verantwoordelijkheden, zoals voor Afghaanse tolken, of als er in het kader van de VN-afspraken wordt meegewerkt aan herverdeling.

Asielstroom inperken door verdragen open te breken

Voor alle duidelijkheid, beweringen dat dit alles niet kan, juridisch of anderszins, zijn onzin. Er kunnen dingen binnen de huidige regels, zoals de voorstellen van het CDA afgelopen woensdag. De rest kan met 76 zetels (binnen of buiten de coalitie). En die zetels zijn er ruimschoots in de Tweede Kamer. Deze zetels zijn nodig voor aanpassing van nationale wetgeving en het internationaal juridisch kader. Dat gaat om drie zaken: EU-afspraken, het Vluchtelingenverdrag en het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens (EVRM).

Lees de ingezonden opinie van Joost Eerdmans en Jan van de Beek: Nederland moet achterhaald VN-Vluchtelingenverdrag opzeggen

Inzake de eerste moet Nederland een positie bedingen zoals Denemarken. Dat wordt pittig, maar het kan. Het tweede obstakel is het Vluchtelingenverdrag. Dat kan gewoon worden opgezegd. Daar gaan al langer stemmen voor op, want het verdrag is gesloten in een heel andere tijd en geënt op geheel andere omstandigheden. De commissie-Donner concludeerde dat het EVRM een groter obstakel is, en adviseerde het Vluchtelingenverdrag daarom maar te laten voor wat het is. De observatie was terecht, de conclusie niet. Beide zijn nodig.

Maar het EVRM heeft inmiddels zijn weg gevonden in de Nederlandse rechtsorde op veel meer terreinen dan enkel migratie. Als het EVRM wegvalt, heeft dat te veel gevolgen. Wijziging op een enkel punt is al heel lastig, dat vereist instemming van alle landen. Maar er is een truc mogelijk: je zegt het huidige EVRM op en simultaan maak je een kopie van dat EVRM, op de bepalingen na die worden gebruikt inzake asiel en migratie. Dat nieuwe verdrag sluit je met een aantal landen die welwillend zijn. Dan is er met uitzondering van migratie geen gevolg voor de Nederlandse rechtsorde. Partnerlanden zijn goed te vinden. Vermoedelijk het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Zweden, Oostenrijk en zeker ook landen in Oost-Europa.

Geef onderwijs alleen nog in het Nederlands

Inzake arbeid en studie is een veelgehoorde route een soort ‘greencard’-systeem waarbij we zelf bepalen waar de behoeften van de Nederlandse samenleving liggen.

Buitenlandse studenten vormen op dit moment 40 procent van de eerstejaars. In totaal gaat het om 115.000 studenten aan universiteit en hbo. Juist in de al veel te drukke grote steden zetten zij de krappe woningvoorraad verder onder druk. Ter contrast: het kamertekort bedroeg in 2021 26.500. Om die reden probeert de UvA nu al buitenlandse studenten te weren. Van buiten de EU kan dat gewoon, dat vereist enkel een besluit. Binnen de EU mag dat nu niet vanwege het vrij verkeer van personen.

Toch is daar een eenvoudige en snel implementeerbare oplossing voor: geef onderwijs alleen nog in het Nederlands. Dit doen we dan behoudens die spaarzame vakken waarvoor een uniek gekwalificeerde docent uit het buitenland nodig is en voor buitenlandse technische studenten mits er retentiecontracten met hen worden gesloten dat ze hun technische opleiding minimaal een paar jaar in Nederland inzetten, alvorens te vertrekken. Want daar ligt de Nederlandse behoefte.

Geef alleen greencards aan expats die echt nodig zijn

Ook expats veroorzaken woningdruk in de grote steden, mede door fiscale vrijstellingen, waardoor zij veel kapitaalkrachtiger zijn. Het kabinet heeft recent besloten deze fiscale regels minder ruim te maken. Maar dat is tamelijk ongericht. Want sommige expats zijn nodig in de techniek en zorg. Een meer gerichte oplossing is daarom ‘greencards’ enkel nog te verstrekken aan expats voor heel specifieke functies met tekorten. Denk aan technici of operatiekamer-verpleegkundigen. Maar niet meer voor bijvoorbeeld algemeen management personeel (wat veel expats zijn). Dan blijven de voordelen behouden, maar vermindert de bevolkingsdruk door (minder essentiële) expats.

Omarm seizoensarbeid en bewaak de verzorgingsstaat

Ten slotte is er de arbeidsmigratie van binnen de EU. Dat is door het vrij verkeer van personen het minst makkelijk te reguleren, maar dat hoeft ook het minste. Want het gaat veelal om arbeidskrachten in de bouw, techniek en seizoensarbeid, die vaak maar tijdelijk blijven. Wel is het goed dat ChristenUnie en de SP werken aan wetgeving waarbij EU-arbeiders de sociale zekerheidswetgeving niet meer deels kunnen ontduiken, waardoor ze zich nu vaak beneden de prijs kunnen aanbieden. Dan komen enkel nog arbeidskrachten in aanmerking die echt nodig zijn en voor wie we dus bereid zijn te betalen, in plaats van omdat ze fiscaal gunstig in te huren zijn. Dat zal tot een bescheiden daling leiden. EU-migratie zal sowieso niet eeuwig doorgaan. Ook Oost-Europa koerst aan op arbeidstekorten en economische groei. Het zal niet lang meer duren voordat het even aantrekkelijk is om daar te blijven.

Kabinet en Staatscommissie zijn nu aan zet. Dit is een verkenning. Maar ik waarschuw: zo niet dit, wat dan? Nederland kan dit fysiek niet meer aan, en ons politieke stelsel ook niet.