Pas op met blind vertrouwen in referendum

10 mei 2021Leestijd: 5 minuten
Oekraïne-referendum 2016. Foto: ANP.

In Nederland dreigt een politieke en bestuurlijke crisis. Dat dingen anders moeten, is evident. Maar complexe problemen vereisen complexe oplossingen. Dus laten we ons niet blindstaren op simpele ingrepen zoals het referendum, schrijft politicologiestudent Carmen van Alebeek in een artikel voor EW Podium.

Het dualisme is stuk. Dat veronderstellen Dennis de Witte en Fabian van Hal in een recent artikel op EW Podium. En volgens hen hoeven we de oplossing voor het vastgelopen systeem niet van bovenaf te verwachten. Om zowel het systeem als het vertrouwen daarin van burgers te redden, zien zij slechts één oplossing: de invoering van het correctief referendum. Maar we moeten ervoor waken het referendum als enige redmiddel te zien, want dan komen we van een koude kermis thuis. Dit is geen pleidooi tegen het referendum. Integendeel, het referendum is een uitstekend middel voor democratische burgerparticipatie. Mits het voldoet aan de juiste voorwaarden.

Vooral hoogopgeleiden naar de stembus bij voorgaande referenda

Carmen van Alebeek (1999) studeert politicologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen en werkte als onderzoeksassistent mee aan onderzoek naar democratische vernieuwing, waaronder het evaluatierapport van het Democratiefestival 2019.

Dit is een artikel van EW Podium. Daarop publiceert de redactie van EW elke week diverse artikelen van jonge schrijvers, die vanuit hun eigen onderzoek, expertise of werkervaring bijdragen aan het publieke debat.

In de praktijk lopen de zaken wat anders, zo wijzen de eerdere, raadgevende referenda uit. Het opkomstpercentage van het Oekraïnereferendum lag net boven de 30 procent. Bij het ‘Sleepwet’-referendum was dit ruim 50 procent, maar dit is toe te schrijven aan de gelijktijdig gehouden gemeenteraadsverkiezingen. Wat opvalt: bij beide referenda gingen voornamelijk oudere en hoger opgeleide kiezers naar de stembus. De burgers die thuisbleven waren jonger, lager opgeleid en stonden wantrouwender tegenover de politiek. Dit laatste is opmerkelijk, omdat uit onderzoek tegelijk naar voren komt dat wantrouwende burgers vaker voorstander zijn van het referendum als democratisch middel. Hier zit een opvallende tegenstrijdigheid die we niet over het hoofd moeten zien.

En dan te bedenken dat de uitslagen van de referenda waren gebaseerd op de tegenstemmen van slechts twee à drie miljoen Nederlanders. Ter vergelijking: uitgaande van de opkomst is een huidige Kamermeerderheid van 76 zetels gebaseerd op minstens vijf miljoen stemmen, exclusief voorkeursstemmen. Voor een Kamermeerderheid van 76 zetels met een basis van drie miljoen stemmen zou de opkomst bij verkiezingen moeten dalen tot rond de 45 procent. Dat is bijna ondenkbaar – en dat zou bovendien veel vragen oproepen over de legitimiteit van de uitslag.

Lees hier het EW Podium-artikel waarop Carmen van Alebeek reageert: Correctief referendum harder nodig dan ooitVan Raak Ollongren

Toegegeven, dit waren niet-bindende referenda. We kunnen niet exact voorspellen hoe het electoraat zich zal gedragen bij een bindend referendum. Wel weten we dat het gebrek aan vertrouwen in de consequenties van de uitslag er juist voor zorgde dat veel wantrouwende kiezers hun stem niet uitbrachten. Op deze manier neigt het referendum snel te degraderen van een potentieel paardenmiddel naar een simpele self-fulfilling prophecy. Maar niet getreurd, want de bindende aard van een correctief referendum zou deze groep niet-stemmers best eens naar de stembus kunnen krijgen.

Referenda eisen van kiezers dat ze zich verdiepen

Maar waarvoor dit bindende karakter geen soelaas biedt, is het motief van veel stemonthouders om niet te stemmen wegens gebrek aan interesse, kennis of tijd. Referenda eisen van kiezers dat ze zich verdiepen in de materie, om zodoende een weloverwogen keuze te kunnen maken. Dit klinkt als muziek in de oren voor betrokken burgers en democratische hervormers en biedt eindeloos gespreksvoer binnen de eigen bubbel. Maar vergeet niet de grote groep Nederlanders voor wie directe inspraak in een referendum helemaal niet aantrekkelijk is, of zelfs niet mogelijk, en die zich om exact deze reden genegeerd zouden kunnen voelen.

De steun voor referenda komt voor veel wantrouwende burgers voort uit een hoop op een uitslag die korte metten maakt met de status quo. Een referendum winnen is de natte droom van menig kritisch burger, maar de kans is even groot dat deze een stuk droger voor ze eindigt dan verwacht. Zeker bij een lage opkomst of een uitkomst dichtbij de 50 procent kan het verliezen van een referendum erg frustrerend zijn. Dan blijken referenda eigenlijk helemaal niet zo leuk te zijn als aanvankelijk gedacht, met als gevolg dat de cynische houding ten opzichte van het systeem in stand blijft of zelfs groeit.

Lees ook dit commentaar van Arendo Joustra: Het R-woord dwarrelt weer rond in Den HaagR-woord

Als we het referendum als democratisch instrument serieus nemen, moet dit signaal ook afgegeven worden naar de kiezer. Het mag in elk geval duidelijk zijn dat de invoering van een correctief referendum hand in hand zal moeten gaan met het creëren van bewustzijn, zodat ook wantrouwende kiezers die voorheen thuisbleven zich serieus genomen voelen. Het komt uiteindelijk neer op de klassieke open deur: hoe meer burgers kunnen en willen deelnemen, hoe beter het referendum als democratisch middel tot zijn recht komt. Juist hierom mogen we niet blind zijn voor de keerzijden van referenda. Om een boemerangeffect te voorkomen, is een bredere strategie nodig die maatschappelijke verbondenheid centraal stelt. Hoe deze ook vormgegeven wordt, het is belangrijk om te beginnen op lokaal of regionaal niveau waar mensen elkaar kunnen leren kennen, vertrouwen en met elkaar kunnen delibereren over de toekomst van onze democratie.

Correctief referendum is geen magische remedie

Het dualisme van ‘macht en tegenmacht’ waar de Haagse politiek dezer dagen zo veel over praat, is niet van de ene op de andere dag onder druk komen te staan. Bij het herstel van het tanende vertrouwen in de politiek, het bestuur en de instituties van onze democratie kan een correctief referendum, mits zorgvuldig ontworpen, zeker helpen. Maar er is veel meer nodig. Het is een veel complexer probleem. Complexe problemen vereisen complexe oplossingen, op veel terreinen en vaak in kleine stapjes. We houden onszelf voor de gek door te hopen op één magische remedie, zoals het referendum, die het systeem in één keer zal genezen.

In plaats daarvan is er een brede visie nodig op democratische vernieuwingen en verbeteringen, die aansluiten op de bestaande behoeften van burgers. Er is geen tijd te verliezen.

Wil jij een reactie geven op dit artikel? Discussieer mee! Stuur een reactie van minimaal 200 woorden naar [email protected]. Inhoudelijke reacties die voldoen aan de algemene fatsoensnormen worden geplaatst onder dit bericht. Zie voorwaarden.