Bijstandsontvangers klagen over ‘zinloze’ tegenprestatie

24 december 2013Leestijd: 2 minuten

Bijstandsontvangers in Amsterdam zijn niet te spreken over de tegenprestatie die zij moeten leveren voor hun uitkering. Ze moeten werken om hun uitkering te behouden, maar vinden de tegenprestatie die ze moeten leveren ‘zinloos en vernederend’.

De werklozen moeten soms 32 uur per week werken om hun uitkering te behouden, bericht de Volkskrant. Zo moeten ze sigarettenpeuken opruimen, dossierpagina’s tellen of schoenen poetsen.

Afspraken

De Dienst Werk en Inkomen (DWI) in de hoofdstad zegt uitkeringsontvangers met de tegenprestatie ‘werknemersvaardigheden’ te willen bijbrengen, zoals ‘op tijd komen, je aan afspraken houden, gezag aanvaarden, samenwerken met collega’s’.

‘Hierbij is het besef belangrijk dat een toekomstige baan vaak niet voor 100 procent bestaat uit de meest uitdagende werkzaamheden, maar dat het wel een opstap naar zo’n (droom)baan kan zijn,’ laat de dienst weten in een reactie aan de krant.

Van de 40.000 Amsterdammers die een bijstandsuitkering krijgen, doen 3.100 een tegenprestatie. Per 1 juli volgend jaar wil het kabinet dat alle bijstandontvangers werken om hun uitkering te behouden.

Voorwaarden

De DWI zou een tegenprestatie vaak gebruiken als disciplinering van uitkeringsgerechtigden. Als zij zich niet houden aan de voorwaarden, worden ze gekort op hun uitkering. Het is lastig om een ‘uitdagende’ tegenprestatie te vinden, omdat DWI verdringing op de arbeidsmarkt wil voorkomen.

Werklozen voelen zich tegengewerkt in hun zoektocht naar een baan en zeggen te worden gekleineerd door het personeel van de DWI.