Waarom zoveel Harvard-studenten sociaal ondernemen

24 april 2015Leestijd: 3 minuten
'ANP'

Veel Harvard-studenten beginnen al tijdens hun studie een sociale onderneming. Hoe kan in Nederland sociaal ondernemerschap onder studenten worden bevorderd?

Nu het einde van het collegejaar nadert, zijn veel Harvard-studenten op zoek naar een baan. Adviesbureaus als McKinsey, BCG en Bain zijn onverminderd populair. Dit geldt ook voor technologiebedrijven als Google en Facebook. Wall Street heeft na de crisis aan glans verloren.

Op de Harvard Kennedy School of Government willen veel studenten voor de overheid werken, of voor internationale instellingen als de Wereldbank en de Verenigde Naties.

Ideale mix

Maar het populairst is het opzetten van een sociale onderneming. Je eigen baas zijn, innoveren, en tegelijkertijd iets betekenen voor de maatschappij. Voor veel studenten is dit de ideale mix.

Veel studenten beginnen al tijdens hun studie een sociale startup. Deze groeien geregeld uit tot toonaangevende ondernemingen.

De meeste sociale ondernemingen bedenken een manier om moderne technologie in te zetten. Zoals een grote investeerder op Harvard zei: ‘Je moet de stem van technologie vanaf het allereerste begin aan tafel hebben.’

De whizzkids van de technische universiteit MIT zitten hier in Boston op fietsafstand van Harvard. Vaak zetten Harvard-studenten gezamenlijk een onderneming op met technici en programmeurs van MIT. Deze combinatie vormt meestal de sleutel tot succes.

Alarmnummer

Een goed voorbeeld is de sociale onderneming RapidSOS. Het alarmnummer 911 werkt in de Verenigde Staten nog op technologie uit de jaren zestig. De alarmcentrale kan in 60 procent van de gevallen niet goed vaststellen waar een beller zich bevindt. Hierdoor overlijden jaarlijks meer dan 10 duizend Amerikanen onnodig.

Een student van Harvard Business School en een promovendus van MIT ontwikkelden een technologie die dit probleem oplost. Ze wonnen deze week op Harvard de new venture competition, een prestigieuze prijs.

Omdat Harvard vreest achterop te raken ten opzichte van Stanford en MIT, bouwde het een modern innovatielab. Iedere student met een vernieuwend idee krijgt  hier ondersteuning van ondernemers en kan gebruikmaken van de faciliteiten. In drie jaar richtten studenten er 350 ondernemingen op.

Overheid

Veel Amerikaanse overheidsorganisaties staan open voor sociaal ondernemerschap. Zo heeft de stad Boston een afdeling die actief op zoek gaat naar nieuwe technische ideeën.

Gemeenten rondom Boston komen geregeld naar Harvard en MIT om te brainstormen over sociale ideeën. In zogenoemde ‘hackathons‘ ontwikkelen studenten in een weekend technologische oplossingen voor maatschappelijke problemen.

Zo ontwikkelde Harvard-student Eric een mobiel puntensysteem, waarin mensen met een laag inkomen maatschappelijk werk kunnen doen in ruil voor korting op publieke diensten als openbaar vervoer, collegegeld en sociale huur. Al tweehonderd organisaties in Boston doen mee aan dit initiatief.

Investeerders

Omdat het merendeel van de ondernemingen faalt, willen sociaal investeerders een groot aanbod van ideeën om de parels uit te kunnen kiezen.

Op Harvard en MIT zijn er competities waarin studenten hun idee kunnen pitchen aan investeerders. Dit geeft investeerders een ruime keuze. Ook de verliezende studenten krijgen waardevolle feedback om hun idee aan te scherpen.

Nederland

In Nederland biedt de Universiteit van Utrecht sinds dit jaar een minor sociaal ondernemerschap. Het aantal competities en congressen neemt ieder jaar toe.

Toch is meer mogelijk. Technische studenten uit Delft en Eindhoven kunnen meer samenwerken met studenten die maatschappelijke studies volgen in Amsterdam, Leiden en Utrecht.

Overheden moeten op hun beurt meer open staan voor innovatieve ideeën van buitenaf. Dit is onontbeerlijk om moderne uitdagingen het hoofd te bieden.