Blamage voor Philips in de Verenigde Staten

01 november 2017Leestijd: 1 minuut
Philips-CEO Frans van Houten Foto: ANP

Amerikaanse rechter verbiedt het Nederlandse concern en twee van zijn bestuurders voorlopig bepaalde medische apparatuur te verkopen, waaronder defibrillatoren.

Het is de zoveelste tegenvaller in korte tijd voor Philips na de afsplitsing van de lichtdivisie in mei 2016. Sindsdien richt Philips zich enkel op medische apparatuur en producten die de gezondheid bevorderen, waaronder elektrische tandenborstels en bloeddrukmeters.

Philips krijgt verkoopverbod

Nadat begin oktober de Amerikaanse overheid en toezichthouder Food and Drug Administration (FDA) Philips hadden gesommeerd de productie van twee typen defibrillatoren stil te leggen, legde de federale rechter in de staat Massachusetts dinsdag een direct verkoopverbod op – aan Philips en aan topbestuurders Carla Kriwet en Ojas Buch.

Voor Philips-CEO Frans van Houten, die de medische activiteiten (Healthcare) als het walhalla beschouwt en dat ook zo aan beleggers voorspiegelt, is de uitspraak uiterst pijnlijk. Begin dit jaar was er al gedoe rond defibrillatoren van Philips. Het gebruik daarvan, stelde de FDA toen, kan tot ernstige verwondingen of de dood leiden.

Veiligheid moet onomstreden zijn

In 2014 waren er ook al problemen met de productie van CT-scanners van Philips in een fabriek in het Amerikaanse Cleveland. Voor een bedrijf dat actief is in de medische sector moeten betrouwbaarheid en veiligheid onomstreden zijn. Zeker op de Amerikaanse markt, het grootste afzetgebied van Philips.

Financieel kan Philips de honderden miljoen euro’s schade als gevolg van de problemen in het verleden en het nu afgekondigde verkoopverbod wel lijden, maar de reputatie van het concern staat op het spel.