Plasterk richt pijlen op controversiële afdrachtregeling van SP

27 september 2017Leestijd: 3 minuten
Roemer - bron: ANP

Gemeenten en provincies mogen de vergoedingen van SP-raadsleden en Statenleden niet langer direct op de rekening van de Socialistische Partij storten. In plaats daarvan moet de vergoeding gewoon naar het raads- of Statenlid.

De nieuwe werkwijze is het gevolg van een uitspraak van de rechter, schrijft minister Ronald Plasterk (PvdA) van Binnenlandse Zaken in een brief aan lokale en regionale overheden, die in handen is van het AD.

Klap voor ‘solidariteitsregeling’ van SP

‘Het ligt in de rede dat de gemeente of provincie de vergoeding aan het raads- of Statenlid overmaakt op zijn of haar persoonlijke bankrekeningnummer, en niet op het rekeningnummer van de politieke partij,’ schrijft Plasterk, die daarmee inhakt op de SP-afdrachtregeling, een kroonjuweel van de partij.

In zijn brief verwijst Plasterk naar een onherroepelijke uitspraak van de  rechtbank Midden-Nederland uit februari, waarin staat dat de gemeente Noordoostpolder niet hoeft mee te werken aan de eis van een plaatselijke SP-politicus om haar vergoeding voor haar raadswerk op de rekening van de landelijke SP te storten. Uiteraard staat het een lid wel vrij om zelf de vergoeding af te dragen aan de partij, aldus Plasterk.

Het is een klap voor de afdrachtregeling van de SP. Honderden SP-politici dragen hun vergoeding rechtstreeks af aan de partij, waarmee de SP met afstand de rijkste partij van Nederland is. Vorig jaar sleept de partij er 5,1 miljoen euro mee binnen, wat neerkomt op de helft van alle partij-inkomsten.

De SP heeft het principe dat volksvertegenwoordigers niet financieel mogen profiteren van hun functie. De partij zelf spreekt dan ook van een ‘solidariteitsregeling’. Hoewel de partij naar buiten toe doet voorkomen alsof de afdrachtregeling onbetwist is, berichtte Elsevier Weekblad in november vorig jaar dat de partij intern overleg voert over een nieuwe afdrachtregeling. In een document gaf de partij aan dat in een hypothetisch scenario dat de SP in de regering zou komen, ook ministers en staatssecretarissen hun loon moeten afdragen aan de partij.

Hoewel dat natuurlijk niet aan de orde is, zou in het scenario dat SP-leider Emile Roemer premier zou worden, hij zo’n 32.400 euro per jaar als salaris op z’n rekening zou krijgen. Daarmee zou de SP er jaarlijks bijna 125.000 euro op vooruitgaan door alleen al het loon van Roemer als premier: de minister-president verdient zonder afdrachtregeling – net als de ministers – 157.287 euro bruto per jaar. Het salaris van een staatssecretaris bedraagt 146.834 euro.

Ook in Eerste en Tweede Kamer

‘De aanval van Plasterk op de solidariteitsregeling van de SP is een aanval op de SP. Al komt Plasterk met tien wetten, solidariteit kun je niet verbieden,’ reageerde SP-penningmeester Thijs Coppus boos toen bleek dat de minister het gemunt had op de afdrachtregeling. ‘Onze solidariteitsregeling blijft overeind.’

Maar Plasterk gaat binnenkort ook in gesprek met de Eerste en Tweede Kamer, om te bepleiten dat ook daar de schadeloosstelling van Kamerleden niet direct meer naar de partij mag. Een SP-Kamerlid krijgt nu een modaal maandsalaris van 2.750 euro netto. Kamerleden van de meeste andere partijen krijgen zo’n 4.500 euro per maand.

De belastingvoordelen die de SP geniet, leiden ook tot wrijving met politieke tegenstanders. Iedereen mag giften aan kerken, ideële instellingen en politieke partijen aftrekken van zijn belastbaar inkomen, mits de gift meer is dan 1 procent van het inkomen, met een maximum van 10 procent.

SP-Kamerleden staan rond 70 mille per jaar af. Ze mogen dus 7.000 euro fiscaal aftrekken. Die meevaller pikt de SP ook weer in. Omdat SP’ers door de partij worden verplicht te doneren, zou het in de praktijk gaan om niet-aftrekbare beroepskosten en niet om giften aan de partij.

Overigens is er vaker verzet geweest tegen de afdrachtregeling van de SP, ook in de partij zelf. Er zou sprake zijn van willekeur bij de penningmeester. Die zou de afdracht, rekening houdend met individuele omstandigheden, per partijgenoot nog wel eens laten verschillen.