Drie maanden langer werken? Wat u moet weten over verhoging AOW-leeftijd

31 oktober 2016Leestijd: 2 minuten
De verhoging van de AOW-leeftijd is stapsgewijs vastgelegd - Foto: ANP

Iedereen die na 1954 geboren is, moet vanaf 2022 drie maanden langer doorwerken. De verhoging van de AOW-leeftijd is het gevolg van de stijgende levensverwachting.

Die berekening is gemaakt door het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), schrijft De Volkskrant.

Eerste automatische verhoging

In 2012 werd afgesproken dat de pensioenleeftijd automatisch omhoog gaat als de levensverwachting stijgt. De vuistregel daarbij is dat ouderen tot hun overlijden gemiddeld 18 jaar AOW krijgen.

Het zou de eerste keer zijn dat de automatische verhoging van de pensioenleeftijd wordt toegepast. Die verhoging moet vijf jaar van tevoren worden aangekondigd. Gaat die verhoging dus in 2022 in, dan moet hij voor januari 2017 worden aangekondigd.

Het ministerie van Sociale Zaken zegt met een bevestiging te wachten op het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Dat komt waarschijnlijk maandagmiddag met een raming van de levensverwachting in Nederland.

Stapsgewijze verhoging

Waarschijnlijk blijft het niet alleen bij die drie maanden. De verhogingen van de AOW-leeftijd zijn namelijk stapsgewijs in de wet vastgelegd. De regeringscoalitie van VVD en PvdA versnelde de verhoging van de AOW leeftijd: die wordt nu in stappen verhoogd naar 66 jaar in 2018 en 67 jaar in 2021. Het besluit tot verhoging werd destijds gesteund door de partijen CDA, D66, GroenLinks en SGP.

Pensioenfondsen moeten dankzij de hogere levensverwachting vrijwel zeker rekening houden met 68 jaar als pensioenleeftijd in 2028. Deze pensioenrichtleeftijd is net als de AOW-leeftijd gebaseerd op de levensverwachting, in dit geval dus een stijgende. Deze verhoging gaat echter in hele jaren (dus van 66 naar 67 jaar), en moet minstens 10 jaar van tevoren worden aangekondigd.

De aankondiging komt op een saillant moment, zo net voor de Tweede Kamerverkiezingen. In veel van de partijprogramma’s speelt de pensioenleeftijd een grote rol. De PVV en 50Plus willen bijvoorbeeld terug naar de AOW-leeftijd van 65 jaar. De PvdA wil een ‘flexibel pensioenplan’, waarbij burgers tegen een korting wel op hun 65e kunnen stoppen.

Een complete verlaging naar 65 jaar zou volgens het Centraal Planbureau duur uitpakken: het zou jaarlijks 12 miljard euro kosten.