Kan Biden voorkomen dat Amerika uiteenscheurt in blauw en rood?

21 januari 2021Leestijd: 3 minuten
Inauguratie Joe Biden. Foto: AFP.

Barack Obama, John Kerry, Joe Biden: Democraten roepen steeds dat het land niet verdeeld is in rode en blauwe staten, schrijft Robbert de Witt. Maar intussen ontmoeten links en rechts elkaar steeds minder.

Joe Biden, sinds deze week de 46ste president van de Verenigde Staten, benadrukte in zijn inauguratietoespraak op de trappen van het Capitool dat het afgelopen moet zijn met de ‘burgeroorlog’ die rood tegenover blauw zet,  conservatief tegenover liberaal.

Gezien de temperatuur in het land de afgelopen vier jaar, is het een begrijpelijke oproep tot eenheid. In Bidens overwinningsspeech op 7 november 2020 refereerde hij aan dezelfde kleurentegenstelling toen hij zei dat er ‘geen rode of blauwe staten zijn, alleen Verenigde Staten’.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Hij doelde daarmee, uiteraard, op de kleuren van de twee rivaliserende grote partijen: de blauwe Democraten versus de rode Republikeinen. Bij de meeste staten ligt vooraf al vast welke kandidaat er gaat winnen. Californië is links, Democratisch en dus blauw. En een landelijke staat als Alabama is conservatief, Republikeins en dus rood.

Robbert de Witt (1978) is Buitenlandredacteur bij Elsevier Weekblad. Hij blogt wekelijks op donderdag over mondiale ontwikkelingen en de gevolgen ervan voor Nederland en Europa.

Slechts in een paar staten is het spannend, en daar wordt de politieke strijd dan ook beslist. De winnaar zegt dan het land weer te zullen herenigen. En daar doelde Biden ook op: het onderscheid tussen rood en blauw is kunstmatig. Wie verder kijkt, ziet alleen ‘verenigde staten’.

Tot woede van Obama

Maar die boodschap staat op ‘repeat’ bij de Democraten. Bidens vroegere baas Barack Obama zei exact hetzelfde, zo ontdekte een journalist van maandblad The Atlantic. Voor het eerst in 2004, tijdens Obama’s veelbesproken debuut op de Democratische Conventie.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

En partijgenoot John Kerry zou, tot woede van Obama, op dat partijcongres in zijn speech hetzelfde zeggen: ‘Misschien willen sommigen ons land verdelen in rode staten en blauwe staten, maar ik zie ons als één Amerika: rood, wit en blauw.’ Vier jaar later zei Obama in zijn overwinningsspeech opnieuw dat rode en blauwe staten niet bestaan.

Lees ook dit commentaar
van Robbert de Witt

Biden wacht een herculestaak: het land weer ‘helen’

Werelden die steeds
meer gescheiden zijn

Een klein beetje gelijk hebben ze natuurlijk wel. Het merendeel van de Amerikanen is helemaal niet zo radicaal en heeft geen sterk neerbuigende meningen over landgenoten met een andere politieke overtuiging. Toch wijst onderzoek steeds weer uit dat tegelijkertijd veel Amerikanen, rood en blauw, in steeds meer gescheiden werelden leven. Conservatieve en progressieve Amerikanen wonen in andere buurten, kijken naar andere tv-zenders, lezen andere kranten, gaan naar andere kerken, ze kopen andere merken en ze gaan anders op vakantie.

In het jaar van Obama’s toespraak op de Democratische Conventie publiceerde journalist Bill Bishop ‘The Big Sort’, een boek over de uiteen groeiende werelden van rechts en links Amerika. Hij beschreef hierin hoe die werelden er precies uitzien. Bijvoorbeeld dat Republikeinen hun interieur doorgaans (het blijft generaliseren) opsieren met grote klokken en vlaggen, terwijl Democraten liever kunst en kaarten aan de muur zien.

Een van de laatste plekken waar beide Amerika’s elkaar nog wel voortdurend ‘tegenkwamen’, waren de sociale media. Natuurlijk volgen velen op Twitter, Facebook en YouTube alleen gelijkgestemden, maar lees de reacties onder bijvoorbeeld de Twitter-accounts van bekende politici en duidelijk is dat het niet alleen de fans zijn die reageren. Neem Donald Trumps Twitter-account, @RealDonaldTrump, waar het altijd enorm knetterde. Geen prettige aanblik, maar in elk geval kwamen Amerikanen er in aanraking met denkbeelden en overtuigingen van ‘de andere zijde’.

Digitaal opsplitsen

Het heeft er alle schijn van dat de Verenigde Staten zich momenteel ook digitaal opsplitsen. Donald Trump is van genoemde sociale media gegooid, al dan niet terecht. Gevolg is dat zijn soms zeer rechtse aanhangers menen dat de techgiganten in Silicon Valley hun vermeend linkse wereldbeeld willen opleggen aan de rest van het land. Rechtse Amerikanen voelen zich er dan niet meer thuis, net zomin als ze naar CNN willen kijken of The New York Times willen lezen.

En dus zoeken ze hun eigen kanalen: Parler of Gab (alternatieven voor Twitter) en Rumble (alternatief voor YouTube). En zo zijn er nog meer. De Verenigde Staten tellen genoeg handige ondernemers die in een politiek gekleurd medium een prachtig verdienmodel zien. FoxNews is immers ook veel winstgevender dan de neutralere nieuwszenders.

Ook internet wordt dan rood of blauw, ongeacht de politici die beweren dat dat niet wenselijk is – of bestaat.