‘De voetballer is de werknemer van de 21ste eeuw’

19 augustus 2014Leestijd: 2 minuten

Wie de jonge werknemer van de 21ste eeuw wil begrijpen, moet eens naar het profvoetbal in Nederland kijken. ‘Daar kunnen bedrijven wat van leren’.

‘Flexwerken’ en ‘Het Nieuwe Werken’ zijn termen van de twintigste eeuw. Een veranderende arbeidsmarkt vereist een verfrissende aanpak.

Praktijk is anders

Maar de praktijk is een stuk minder rooskleurig dan het ideaal. Dat vinden niet alleen gefrustreerde werknemers, ook de uitvinders van de ‘flexplekken’ zijn kritisch over de uitvoering van hun plannen.

‘In driekwart van de gevallen mislukt het,’ zegt Erik Veldhoen, een bouwkundige die het concept van Het Nieuwe Werken in de jaren negentig bedacht en ontwikkelde.

Te vaak wordt ‘Het Nieuwe Werken’ alleen ingevoerd om op vierkante meters te bezuinigen en wordt er niet geïnvesteerd in state of the art-technologie om het thuiswerken maximaal te faciliteren. Ook ontstaat er vaak onvrede op de werkvloer omdat ‘gewone’ werknemers wel aan de flexplek moeten, maar leidinggevenden toch – tegen de filosofie van Het Nieuwe Werken in – een eigen vaste kamer claimen.

Voetballers

Om de werknemer van de 21ste eeuw te begrijpen, zouden werkgevers eens moeten kijken naar de voetballerij, zegt PSV-directeur Toon Gerbrands dinsdag in Het Financieele Dagblad.

‘De meeste bestuurders hebben geen idee hoe jonge werknemers denken en handelen. Links of rechts in de politiek zegt jongeren niets meer. Ze bepalen per onderwerp wat hun standpunt is.

Wilders

PVV-leider Geert Wilders is in de ogen van Gerbrands de enige politicus die snapt hoe jongeren denken. ‘Ik ben het totaal niet met zijn denkbeelden eens, maar de enige die dat door heeft is Geert Wilders. De rest van de politieke partijen heeft deze manier van denken bij de jeugd nog niet door. Jongeren willen uniek zijn. Daarom laten ze bijvoorbeeld een tattoo zetten of gaan ze op pimpelpaarse schoenen voetballen.’

Het veranderen van voetbalclub staat volgens de voormalige volleybalcoach symbool voor de huidige flexibiliteit op de arbeidsmarkt. ‘Jongeren kiezen voor hun carrière. Ze willen heus nog wel een keertje bij een baas bijtekenen, maar ze willen niet hun leven lang bij hetzelfde bedrijf werken. Ze zien hun werk als een computerspel. Je kunt heus wel een keer doodgaan, maar je gaat geen level achteruit’.