Het is onduidelijk of het ‘betaalde vrijwilligers’ zijn – zoals de Russen betogen – of militairen van het Russische leger, maar er is steeds meer bewijs dat Rusland ook grondtroepen naar Syrië heeft gestuurd.
Jens Stoltenberg, de secretaris-generaal van de NAVO, zei dinsdag zei dinsdag dat er bewijs is dat de Russen militairen willen gebruiken in het Syrische conflict. Nu zetten de Russen al gevechtsvliegtuigen in om Syrische doelen te bombarderen. De NAVO-baas zei verder dat hij er rekening mee houdt dat Rusland ook in Irak militaire operaties gaat uitvoeren.
‘Vrijwilligers’
De Russische president Vladimir Poetin houdt vol dat er geen Russische militairen naar Syrië gaan om te vechten, maar zelfs vanuit Rusland komen andere geluiden naar buiten. Een voormalig legercommandant zei maandag tegen het Russische persbureau Interfax dat ‘een eenheid van Russische vrijwilligers, oorlogsveteranen, waarschijnlijk zal opduiken in de gelederen van het Syrische leger.’
Deze tactiek werd door de Russen eerder toegepast in Oekraïne, waar ‘vrijwillige strijders’ de controle over de Krim overnamen van het Oekraïense regeringsleger. Volgens de voormalig commandant zullen in Syrië deels dezelfde troepen – voor een vergoeding van 50 dollar per dag – actief zijn.
Omslag
De vorming van een alliantie van Russische en Iraanse militairen, Libanese Hezbollahstrijders en het regeringsleger van de Syrische president Bashar al-Assad betekent een omslag in het vier jaar durende Syrische conflict. Nadat het regime van Assad eerder dit jaar veel terrein verloor ten koste van rebellengroepen, wil de nieuwe alliantie een poging doen om territorium in het noorden van Syrië te heroveren.
De tactiek van de Russen en Iraniërs is een doorn in het oog van het Westen. De bombardementen van de Russen raken ook de ‘gematigde oppositiegroepen’ die worden gesteund door de Verenigde Staten. Ook vlogen de Russen afgelopen weekend tweemaal over Turks grondgebied, wat tot boze reacties leidde.