Waarom de dood van Nasrallah het Midden-Oosten fundamenteel gaat veranderen

Hezbollah-leider Hassan Nasrallah . Foto: AFP

Een onthoofd Hezbollah staat voor het hachelijkste moment in zijn veertigjarige geschiedenis. En hoe zullen de machthebbers in Teheran reageren?

De stilte was oorverdovend. ­Halverwege de middag van zaterdag 28 september was het bijna 24 uur geleden dat Israël probeerde Hassan Nasrallah te vermoorden. Het Israëlische leger had de leider van Hezbollah die ochtend doodverklaard. Maar de Libanese sjiitische militie zei niets. Niets over zijn lot, en ook niets over de enorme aanval op zijn hoofdkwartier in de zuidelijke buitenwijken van Beirut. Zelfs de doorgaans strijdlustige media waren sprakeloos. Hezbollah bevestigde uiteindelijk rond 14.30 uur Nasrallahs dood.

Tegen die tijd hadden Israëlische straaljagers al extra luchtaanvallen ­uitgevoerd in Libanon. Volgens Israël waren die gericht op de verdere vernietiging van Hezbollahs raketarsenaal, waaronder antischeepsraketten die kunnen worden afgestuurd op gasplatforms in de Middellandse Zee. In een race tegen de klok wil Israël vernietigen wat het kan voordat de vijand zich kan hergroeperen.

De ochtend nadat Nasrallah werd ­gedood, vuurde Hezbollah tientallen raketten af op het noorden van Israël. Het week daarmee niet af van zijn tactiek in de voorgaande dagen. Maar in de organisatie heerst wanorde.

Nieuwe gedaante die een jaar geleden ondenkbaar was

Het is voorbarig om te speculeren over hoe Hezbollah zou kunnen terugslaan. Zelfs de overlevende leiders weten het antwoord waarschijnlijk nog niet. Maar het is niet te vroeg om te concluderen dat de dood van Nasrallah Libanon en de regio een nieuwe gedaante zal geven die een jaar geleden nog ondenkbaar was.

Sinds 8 oktober 2023, toen Hezbollah uit solidariteit met Gaza raketten ­begon af te vuren op Noord-Israël, dacht Nasrallah dat hij een grensconflict in stand kon houden dat een ongewisse ­uitkomst had, maar in omvang beperkt bleef. De ongeschreven regels van dat conflict golden tot 27 juli, toen een raket van Hezbollah, gericht op een Israëlische legerbasis, zijn doel miste en twaalf kinderen op een voetbalveld doodde.

Tegen die tijd liepen de Israëlische operaties in Gaza ten einde. De regering van premier Benjamin Netanyahu maak­­te van de gelegenheid gebruik om de houding ten opzichte van Hezbollah te veranderen. Drie dagen later werd Fuad Shukr vermoord, de militaire leider van de beweging. De aanval was niet eenmalig, maar de opmaat naar een reeks aanvallen in september, waaronder de ontploffing van duizenden piepers en luchtaanvallen op Hezbollahs raketarsenaal.

Dood Nasrallah resultaat van achttien jaar planning

Het Israëlische leger begon zich voor te bereiden op de aanval die Nasrallah doodde. Toen het vernam dat de Hezbollah-leider in zijn hoofdkwartier was aangekomen voor een vergadering, werd de aanval goedgekeurd. Het was het resultaat van achttien jaar planning. Israël probeerde tevergeefs om hem tijdens de oorlog in 2006 te vermoorden, en investeerde daarna veel in het verzamelen van inlichtingen, met als doel het binnendringen van Hezbollah en de communicatielijn met Iran.

Nasrallahs mogelijke opvolgers zijn Naim Qassem, zijn plaatsvervanger, en Hashem Safieddine, die aan het hoofd staat van de uitvoerende raad van Hezbollah. Eerstgenoemde is een 71-jarige functionaris en geen inspirerende keuze. Safieddine lijkt de meest waarschijnlijke kandidaat. Hij is tien jaar jonger dan Qassem en een neef van Nasrallah. Ook is hij nauw verbonden met Iran: zijn zoon is getrouwd met de dochter van Qassem ­Suleimani, de Iraanse generaal die in 2020 door de Verenigde Staten werd vermoord.

Wie de teugels ook overneemt, hij staat voor het hachelijkste moment in Hezbollahs vier decennia lange geschiedenis. Niet alleen heeft Israël bijna de hele militaire leiding weggevaagd, waardoor eeuwen aan ervaring in twee maanden zijn uitgewist. Ook is de beweging vernederd ten overstaan van de Libanezen die Hezbollah de hardhandige politieke dominantie toch al kwalijk namen.

Vele Libanezen zullen leedvermaak hebben gevoeld

De ‘Partij van God’ is de belangrijkste bewaker van Libanons groezelige politieke orde. Haar misdadigers hielpen in 2019 een hervormingsgezinde volks­opstand de kop in te drukken, en twee jaar later dwong ze de staat tot stopzetting van een onderzoek naar een enorme explosie in de haven van Beirut.

Weinig Libanezen zullen hebben gejuicht om de dood van Nasrallah, terwijl Israëlische straaljagers in het hele land tientallen burgers doodden. Maar velen zullen een vleugje leedvermaak hebben gevoeld. Er is nu ­misschien een kans om de wurggreep van Hezbollah losser te maken, hoewel dat, zoals altijd in Libanon, de angst voor een sektarische strijd zal aanwakkeren.

Hezbollah is al jaren een trouw dienaar van Iran. De beweging speelde een cruciale rol in het ondersteunen van het bloeddorstige regime van president Bashar ­al-Assad in Syrië, en biedt training en ­begeleiding aan door Iran gesteunde milities in Irak en Jemen.

Het is geen verrassing dat sommige Arabieren verheugd ­reageerden op Nasrallahs dood. In Idlib, een deel van Syrië dat in handen is van de rebellen, werd snoep uitgedeeld om het nieuws te vieren – Syriërs zullen zich Nasrallah herinneren als een slager wiens mannen hen uithongerden en vermoordden. De Golfstaten hielden hun mond, maar het is geen vreemde gedachte dat er een feestelijke stemming hing in paleizen in Riyad en Abu Dhabi.

‘Belangrijke verklaring’ bleek te bestaan uit holle woorden

Die dienstbaarheid aan Iran gaf Nasrallah alle reden om te verwachten dat de ayatollahs hem te hulp zouden schieten, vooral nadat Israël in Teheran de verbluffende moord had gepleegd op Hamas-­leider Ismail Haniyeh. Dat is niet gebeurd, deels omdat de Iraanse leiders bang zijn dat ook hun eigen kringen zijn geïnfiltreerd door Israël.

Ze maken zich ook zorgen over hoe een publieke steun­be­tuiging aan groepen als Hezbollah hun aanzien in eigen land zou kunnen beïnvloeden. Geconfronteerd met groeiende ontevredenheid over de economische malaise, willen de machthebbers in Iran niet ­worden gezien als een regime dat meer middelen investeert in een partij die de oorlog tegen Israël lijkt te verliezen.

Op zaterdag 28 september kondigde ayatollah Ali Khamenei aan dat hij een ‘belangrijke verklaring’ zou afleggen over de ontwikkelingen in Libanon. Het bleken holle woorden. De aanvallen van ­Israël zouden de ‘solide structuur’ van Hezbollah niet schaden, zei Irans hoogste leider, en de beweging zou voorop blijven gaan in de strijd tegen Israël.

Nucleaire afschrikking in plaats van conventionele afschrikking?

Op de langere termijn kunnen de gebeurtenissen van de afgelopen weken het veiligheidsbeleid van Iran een nieuwe wending geven. Tientallen jaren beschouwde Iran milities als het belangrijkste afschrikmiddel tegen Israëlische of Amerikaanse aanvallen, nu ziet het hoe zijn machtigste militie wordt uitgeroeid. Sommige Iraniërs vinden al dat hun land een atoombom moet maken en testen: als conventionele afschrikking faalt, blijft ­alleen nucleaire afschrikking over.

Khamenei gaf er lang de voorkeur aan om net onder de nucleaire drempel te blijven. Recente gebeurtenissen kunnen hem op andere gedachten brengen. Zelfs als dat niet zo is, blijft hij 85 jaar – de beslissing zal niet nog heel lang aan hem zijn. Toch zou een dergelijke stap Iran in een lastig parket plaatsen. Het vertrouwde eens op Hezbollah om zijn nucleaire faciliteiten te beschermen tegen aanvallen. Als het naar een bom grijpt omdat het niet langer op Hezbollah kan vertrouwen, zullen die faciliteiten worden blootgesteld.

Kijkend naar het nieuws in de kleine uurtjes van zaterdagochtend 29 september, zag een Arabische functionaris een parallel met de Zesdaagse Oorlog van 1967. Niet alleen omdat Israël Hezbollah een snelle, harde klap heeft toegebracht, maar ook omdat beide ­conflicten illusies lijken te hebben verbrijzeld die de regio lange tijd hadden beheerst.

Hezbollah zal anders uit deze oorlog tevoorschijn komen

Gamal Abdel Nasser (1918-1970), de charismatische Egyptische heerser, cultiveerde een mythe van krijgshaftigheid. De snelle Israëlische overwinning in 1967 maakte een einde aan die illusie (het hielp niet dat de helft van het Egyptische leger vastzat in een zinloze oorlog in Jemen). Dat was het begin van het einde van conflicten tussen Israël en Arabische staten en van Nassers Arabisch-nationalistische ideologie. Het prestige van Egypte heeft zich nooit hersteld.

Nasrallah praatte al jaren over de ‘As van het Verzet’, een constellatie van door Iran gesteunde milities die de strijd willen aanbinden met Israël en de Verenigde Staten. Hij zei dat ze sterk en verenigd waren. En toen onthoofdde Israël de machtigste militie binnen een paar weken, terwijl Iran niets deed.

Hezbollah staat niet op het punt om te verdwijnen. Het heeft duizenden gewapende partizanen, een arsenaal aan langeafstandsraketten en een brede steun. Maar de militie die uit deze oorlog tevoorschijn komt, zal heel anders zijn dan degene die eraan begon.

Schrijf u in voor onze middagnieuwsbrief

Met de gratis nieuwsbrief EW middag wordt u dagelijks bijgepraat met commentaren en achtergronden bij de belangrijkste nieuwsverhalen.

The Economist
Dit artikel is met toestemming vertaald en overgenomen van The Economist.
Lees meer