Digitale EU-identiteitsportemonnee: los van bedrijven en Amerika

De Europese Commissie wil naast een digitaal coronapaspoort ook een digitale identiteitsportemonnee introduceren, zo maakt de Franse Europees Commissaris Thierry Breton donderdag 3 juni bekend. Burgers in de Europese Unie moeten er betalingen mee kunnen doen en identiteitsbewijzen in kunnen opslaan.

Eén app op de telefoon waarin het rijbewijs, paspoort, diploma’s en vele andere persoonlijke data zijn opgeslagen. Dat is wat de Europese Commissie wil invoeren per oktober 2022. Met de app moeten EU-burgers overal in de EU bankrekeningen kunnen openen, zich kunnen inschrijven bij een universiteit, EU-wijd medicijnen op doktersvoorschrift bij de apotheek kunnen afhalen, belastingen kunnen betalen, en auto’s kunnen huren en meteen afrekenen.

Het moet een equivalent worden van het Nederlandse DigiD, maar dan uitgebreider. Met DigiD kunnen Nederlanders zich digitaal identificeren en inloggen op allerlei overheidswebsites. Zes andere EU-landen hebben vergelijkbare apps, de resterende twintig EU-lidstaten nog niet.

Aanval op Apple

De digitale EU-identiteitsportemonnee is te ontgrendelen met een vinger- of oogscan. Bedrijven krijgen geen toegang tot de informatie. Dat is
een van de redenen voor de Commissie om met het voorstel te komen. De privacy van EU-burgers zou met de digitale identiteitsportemonnee beter zijn beschermd dan wanneer de gegevens in handen komen van commerciële partijen. Zo bezien is de identiteitsportemonnee een aanval op de digitale portemonnees van Apple, Alphabet (Facebook, WhatsApp), Thales en andere bedrijven. De identiteitsportemonnee van de EU is immers ook te gebruiken voor commerciële doeleinden.

Ook de coronacrisis en het versnelde gebruik van digitale toepassingen door burgers en bedrijven, spelen mee in het voorstel van de Commissie. Gebruik van de digitale identiteitsportemonnee is overigens op vrijwillige basis.