Stopt kiezer transfers naar corrupt Zuid- en Oost-Europa?

24 februari 2021Leestijd: 5 minuten
Premier Mark Rutte tijdens een persconferentie voor aanvang van de EU-top in december waar werd gesproken over het herstelfonds. Foto: ANP

Het corona-herstelfonds van de Europese Unie heeft nog altijd geen euro uitgekeerd. Sterker nog, 20 van de 27 EU-landen moeten nog ratificeren, waaronder Nederland. Keurt de Tweede Kamer meer transfers van Nederlands belastinggeld naar Zuid- en Oost-Europa goed?

1. Wat is het corona-herstelfonds ook al weer?

De regeringsleiders van de 27 EU-landen hebben in juli 2020 naar idee van de Franse president Emmanuel Macron (En Marche!) een corona-herstelfonds van 750 miljard euro goedgekeurd. Dit betekent dat de Europese Commissie voor het eerst zelf geld mag lenen op de kapitaalmarkt en dat mag uitdelen aan de EU-landen. In het oorspronkelijke voorstel dat door Macron met de Duitse bondskanselier Angela Merkel (CDU) werd gepresenteerd, was de hele 750 miljard euro een gift aan ontvangende landen.

Lees ook dit spraakmakende omslagverhaal van Jelte Wiersma terug: Geen stuiver extra naar Zuid-Europa

Premier Mark Rutte (VVD) heeft in juli na vier dagen onderhandelen het fonds enigszins weten aan te passen. Van de 750 miljard euro wordt 390 miljard euro een gift, 360 miljard euro een lening. En als voorwaarde voor het ontvangen van geld uit het fonds moeten landen hervormen en investeren in hun economische toekomst. Dit om hun economie krachtiger te maken zodat zij genoeg financiële vuurkracht hebben om een volgende crisis te kunnen weerstaan.

Belangrijke achtergrond bij het fonds is een oude Franse en in bredere zin Zuid-Europese en ook Oost-Europese wens om tot transfers te komen uit Noord-Europa. Macron greep de economische crisis door lockdowns in het voorjaar van 2020 aan om meer van zulke transfers te initiëren. Vooral Zuid-Europese landen met hoge staatsschulden werden op dat moment het zwaarst getroffen door corona.

Dat was de hefboom om Merkel ertoe te verleiden in te stemmen met het fonds. Maar een jaar later is nog altijd geen euro uitbetaald. Onderwijl blijken de EU-landen zich prima te kunnen redden op de kapitaalmarkt. Dankzij de lage rente, geldbijdrukkerij door de Europese Centrale Bank en het offeren door de regeringsleiders van de euroregels, kunnen landen zoals Italië miljarden euro’s lenen om in hun economie te injecteren. Daar komt nog bij dat Italianen gemiddeld vermogender zijn dan Duitsers. Aan geld geen gebrek.

Tweede Kamerlid Renske Leijten (SP) concludeerde dan ook dinsdag 23 februari in debat met minister van Financiën Wopke Hoekstra (CDA) dat de crisis is aangegrepen om een oude wens van Zuid-Europa en de Commissie in vervulling te laten gaan: meer transfers. De economische overtuigende argumenten achter het fonds ontbreken dan ook. Het lijkt eerder, net zoals met de euro, te gaan om de politieke wens tot verdere Europese integratie te komen.

2.Waarom duurt het zo lang?

Nadat de regeringsleiders in juli 2020 instemden met het fonds, vertraagden eerst Polen en Hongarije goedkeuring. Zij zijn ongelukkig met onder meer de Nederlandse eis dat EU-subsidies uit de reguliere EU-begroting van 145 miljard euro per jaar en het corona-herstelfonds worden gekoppeld aan eerbiediging van rechtsstaat en democratie. Zij slaagden erin om in december 2020 deze eisen te doen verwateren. Ook moeten alle nationale parlementen instemmen met het fonds. De ratificatie daarvan is nog maar in 7 van de 27 EU-landen gedaan – ook in Italië en Spanje nog niet. Een Commissiewoordvoerder zegt te hopen dat voor eind juni alle nationale parlementen hebben geratificeerd.

Negentien landen hebben bij de Commissie plannen ingediend om geld uit het fonds te krijgen. Die plannen moeten aan allerlei eisen voldoen zoals duurzaamheid en digitalisering. Dat blijkt lastig voor onder meer Italië. Sowieso geldt dat Italië en ook Spanje er nu al niet in slagen de EU-subsidies waarop zij recht hebben, op te maken.

EU-subsidies zijn vaak co-financieringen waarbij bedrijven en overheden een deel moeten betalen en de Europese Unie de rest bijpast. Maar door corruptie, trage politieke processen en het gebrek aan initiatieven ontbreken vaak projecten die zich kwalificeren voor EU-subsidies. Het demissionaire kabinet-Rutte III heeft nog geen plannen ingediend. Het ministerie van Economische Zaken bereidt die wel voor. Na de verkiezingen zal een nieuwe regering op basis daarvan met een voorstel komen.

3.Welk land betaalt en welk land ontvangt?

De regeringsleiders hebben elk land een bedrag toegewezen dat zij krijgen en mogen lenen. Italië krijgt met ruim 80 miljard euro het meest, daarna volgen Spanje en Frankrijk. Met de leningen meegeteld heeft Italië met 209 miljard euro zicht op het meeste geld. Nederland krijgt slechts 5,6 miljard euro en zal waarschijnlijk niets lenen. Lenen op de kapitaalmarkt is goedkoper voor Nederland.

De ‘gift’ van 5,6 miljard euro is een sigaar uit eigen doos. De Commissie leent maximaal 750 miljard euro met garanties van de 27 EU-landen. De EU-landen betalen door een jaarlijks hogere afdracht aan de Europese Unie de giften en leningen terug. Dit betekent dat Nederland maximaal zo’n miljard euro extra per jaar aan de Europese Unie moet betalen en dat voor dertig jaar, de terugbetaaltijd van de leningen op kapitaalmarkt voor het corona-herstelfonds. Maar gezien het falen van Italië en ook Spanje om EU-subsidies te absorberen, wordt het door Nederlanders te betalen bedrag mogelijk lager. In Italië viel de regering al na ruzie over het uitdelen van het corona-herstelfondsgeld.

Wel is een extra risico voor Nederland dat landen die lenen uit het corona-herstelfonds dat mogelijk nooit terugbetalen. Minister Hoekstra wuifde dat dinsdag weg en zei dat de EU-landen dan druk zullen zetten op het wanbetalende land. Dat lijkt hetzelfde wensdenken dat rond de euro leeft. De Europese Centrale Bank zal nooit Italië’s honderden miljarden euro’s aan staatsleningen die het heeft gekocht, terug krijgen.

4.Hoe gaat dit verder?

De Tweede Kamer heeft het corona-herstelfonds nog niet geratificeerd. Er is dus nog een kleine kans dat de Nederlandse belastingbetaler wordt gespaard van nog meer transfers naar Zuid- en ook Oost-Europa. Maar die kans lijkt klein. VVD, CDA, D66, GroenLinks, PvdA en ChristenUnie zijn voor en daarmee een ruime meerderheid. Volgens minister Hoekstra kunnen de regering en Tweede Kamer ook niet meer terug. Dat is natuurlijk niet waar zolang niet is geratificeerd. De Kamer en zo indirect de kiezer hebben het laatste woord. Het is aan hen om te bepalen of ze de vaak corrupte politieke klassen in Zuid- en Oost-Europa extra geld willen toestoppen of niet.