Hoe Donald Trump ondanks successen zijn herverkiezing verloor

09 november 2020Leestijd: 5 minuten
Donald Trump. Foto: Orlando Sentinel/Getty Images

Een bloedstollende ontknoping die vier dagen duurde, maar het is duidelijk: Donald Trump heeft de strijd om het Amerikaanse presidentschap verloren van Democraat Joe Biden. Trump voegt zich in het rijtje waarvan iedere Amerikaanse president gruwt: de lijst van eentermijnspresidenten, zoals Jimmy Carter en George H.W. Bush. Trump leek lang grote kans te hebben om opnieuw te worden verkozen, maar door onkundig handelen tijdens de coronacrisis liet Trump de winst uit zijn vingers glippen.

In februari stond Trump er redelijk goed voor. Zijn presidentschap verliep onstuimig, zoals te verwachten van een voormalig zaken- en showman die president wordt. Kiezers stemden juist daarom op Trump: hij beloofde de Amerikaanse elite open te breken en te vechten voor de gewone man.

Geen ‘eindeloze oorlogen’

Onderdeel van die belofte was een einde maken aan Amerika’s ‘eindeloze oorlogen’ zoals de president zei. Dat zorgde voor een rommelige terugtrekking van troepen uit Syrië, waar Koerdische bondgenoten zich in de steek gelaten voelden. Maar Trump hield zijn belofte: Amerika voerde minder oorlog.

Wel haalde Trump geregeld uit naar vijanden, Kim Jong-un werd ‘raketman’ genoemd, om later aan de onderhandelingstafel te verschijnen. Op Syrië werd een raketsalvo afgevuurd en de Iraanse generaal Qassem Soleimani vond zo ook de dood. Trump ondervond er nauwelijks consequenties van en straalde daadkracht uit, zonder Amerika in een nieuwe oorlog te storten.

Strijd tegen China

Ook boekte Trump ogenschijnlijk successen in zijn strijd tegen China, al kostte dat veel Amerikaanse sojaboeren hun inkomsten. Zij werden slachtoffer van de handelsoorlog die Trump ontketende. Hij joeg de Amerikaanse importtarieven op Chinese spullen omhoog, China sloeg terug door minder Amerikaanse sojabonen te kopen.

Het moest Trump in zijn hart treffen: de Amerikaanse staten waar veel landbouw is in de midwest-regio van het land. Daar sloeg de president in 2016 zijn slag. Staten met veel gematigde kiezers kozen onverwachts voor Trump in plaats van Hillary Clinton. Die staten wist Biden deze verkiezingen te heroveren op de president.

Trump als traditionele Republikein

Het binnenlandse beleid van Trump is een mixed bag. Hij voerde vaak traditioneel Republikeins beleid uit. Het Trumpisme, zoals Trumps politieke stroming wordt genoemd, was vooral in zijn woorden en gedrag te zien, daden waren er minder.

Toch boekte Trump zeker successen. Het immigratiestelsel ging op de schop en werd aanzienlijk strenger. Trump beloofde een muur te bouwen op de grens met Mexico, die dat land ook nog eens zou betalen. Van een nieuwe muur is maar een tiental kilometer gebouwd, een groot deel van oude grensbarrières zijn wel opgeknapt of vervangen. Ook zijn er plannen voor de aanbouw van nog honderden kilometers aan nieuwe barrières.

Trump wist wel de regels voor immigranten en vluchtelingen flink aan te scherpen: visa’s worden moeilijker verleend, asielprogramma’s en vluchtelingenopvang zijn er nauwelijks nog. Symbool voor Trumps harde immigratiebeleid zijn de kinderen die van hun ouders werden gescheiden aan de grens. Een schandaal, maar voor Republikeinen ook een symbool voor wat zij wensen: keihard immigratiebeleid.

Ook sloot Trump een akkoord met Mexico: dat land vangt migranten op die in afwachting zijn van hun Amerikaanse asielaanvraag. Een akkoord vergelijkbaar met de Europese deal met Turkije.

Rechters als pronkstuk van beleid

Pronkstuk van Trumps binnenlandse beleid zijn de benoemingen van conservatieve rechters: in lagere rechtbanken benoemde hij er ruim tweehonderd en in het Hooggerechtshof kon hij drie rechters benoemen. Het zorgt ervoor dat het haast zeker is dat de komende decennia in Amerika’s hoogste rechtbank een meerderheid van de rechters een conservatief gedachtengoed aanhangt.

Ook de Amerikaanse economie was Trumps pronkstuk: Barack Obama had de Amerikaanse economie uit het puin getrokken en het herstel zette onder Trump flink door. In het eerste jaar voerde hij een grote belastingverlaging door. De economie bleef groeien, records op de beurs werden verbroken en lonen stegen, terwijl de werkloosheid afnam. Afgelopen februari stond die op het laagste niveau in vijftig jaar.

Economische malaise door coronavirus

Een paar maanden later was alles anders. Het coronavirus sloeg wereldwijd hard toe – in het bijzonder in de Verenigde Staten. Ruim 235.000 doden zijn geteld en de economie ligt in puin. In mei werd de hoogste werkloosheid gemeten in tachtig jaar tijd.

Trumps aanpak van het coronavirus was klungelig: hij prees onbewezen medicatie aan, beloofde dat het virus zou verdwenen en dat vaccins al lang op de markt zouden zijn. Gouverneurs van Amerikaanse staten die serieuze maatregelen afkondigden, konden op Trumps hoon rekenen.

Intussen wist Trumps campagne niet hoe het verder moest. Trump was als president nooit gestopt met campagne voeren: zijn kenmerkende rally’s bleef hij vier jaar lang organiseren. Het coronavirus bracht ze even tot stilstand en op de eerste rally in Oklahoma na die noodgedwongen campagnepauze kwamen veel minder supporters af dan gehoopt. Trump ontsloeg even later zijn campagnemanager die hem in 2016 nog de overwinning bracht.

Omwenteling in campagne bleef uit

Ook met een nieuwe campagnemanager bleef Trump wegzakken in de peilingen. Zijn campagne worstelde met het binnenhalen van genoeg geld, terwijl de campagne van Biden na het overlijden van de progressieve hoge rechter Ruth Bader Ginsburg een financiële steun in de rug kreeg van miljoenen dollars. Bezorgde Democraten trokken de portemonnee. Zo kon Biden in cruciale staten massaal tv-spotjes uitzenden waar Trump die reclames soms moest staken wegens geldgebrek.

Het eerste televisiedebat ontaardde in chaos. Vooral Trump, die Biden continu onderbrak, kreeg felle kritieken te verduren. Even daarna liep de president zelf het coronavirus op. Na een weekeinde in het ziekenhuis knapte Trump op, maar kostbare campagnetijd was verloren gegaan. Bovendien paste Trump zijn toon niet aan: de ernst van het virus bleef hij ontkennen, terwijl het aantal besmettingen en doden bleef oplopen.

Ook het tweede en laatste televisiedebat bracht geen omslag voor Trump. De president presteerde beter en wist Biden tot een uitglijder te dwingen met zijn uitspraak dat hij de ‘olie-industrie’ wilde uitfaseren. Maar een doorbraak kwam er niet.

Plek twee in de geschiedenisboeken

Bovendien gingen miljoenen Amerikanen al naar de stembus eind oktober. Per post of via zogenoemde afgiftepunten. Uit exitpolls bleek dat voor veel kiezers de economie en het coronavirus de belangrijkste redenen om te stemmen waren. Zo kwamen de verkiezingen aan op twee punten waarop Trump de afgelopen maanden geen grip kreeg en die zijn tegenkandidaat Joe Biden continu benadrukte.

Toch kreeg Trump tijdens de historische verkiezingen ruim 71 miljoen stemmen. Een voorlopig recordaantal, dat alleen Joe Biden weet te overtreffen met in de huidige stand van zaken ruim 75,5 miljoen stemmen. Daarmee staat Trump in de geschiedenis op de plaats die hij verafschuwt: nummer twee.