Italië negeert Brussel, dit zijn de gevolgen

14 november 2018Leestijd: 3 minuten
Premier Giuseppe Conte tussen Luigi Di Maio (links) en Matteo Salvini in

Italië negeerde dinsdagavond de laatste deadline van de Europese Commissie voor een nieuwe begroting. In de laatste week van oktober werd het eerste Italiaanse begrotingsvoorstel afgewezen door Brussel. De Commissie weigert in te stemmen met extra overheidsuitgaven zonder afdoende financiële dekking.

Nu de Italianen geen concessies hebben gedaan, dreigen sancties. Vier vragen en antwoorden over de hoogoplopende ruzie tussen Brussel en Rome.

Waarover hebben Italië en de Europese Commissie ruzie?

Lees ook het commentaar van Jelte Wiersma: Duits-Franse EU vernielt Europa

De begroting van het Zuid-Europese land zorgt voor de nodige spanning tussen Italië en de Europese Commissie. De populistische en anti-Europese regering van Lega Nord en de Vijfsterrenbeweging wil meer uitgeven dan Brussel toestaat. Elke Europese lidstaat moet zijn begroting indienen bij de Commissie, opdat Brussel die kan beoordelen.

Meestal geeft de Europese Commissie haar toestemming of accepteert ze de begrotingsvoorstellen van landen grotendeels. Maar drie weken geleden keurde de Commissie de begroting van Italië geheel af. Dat is een drastische stap, die niet eerder is gezet.

Wat moet Italië doen om de Europese Commissie tegemoet te komen?

Europa vindt dat de Italiaanse overheid veel te veel geld wil uitgeven, uitgaven die worden gefinancierd met geleend geld. De staatsschuld van het Zuid-Europese land bedraagt 133 procent van het nationaal inkomen. Europa vindt dat veel te hoog. Volgens de Brusselse regels mag de staatsschuld niet boven de 60 procent uitkomen.

In de afgewezen begroting is de Italiaanse overheid juist voornemens om extra geld uit te geven, waardoor het begrotingstekort verder oploopt tot 2,4 procent van het nationaal inkomen, in plaats van te slinken, zoals Brussel wil.

De Europese Commissie verwijt Italië dat het laks met de staatsschuld omgaat. Het land kreeg drie weken de tijd voor een reactie op de Europese eisen en de aanpassing van de begroting. Het Italiaanse kabinet doet Brussel slechts een marginale handreiking. Zo worden er bezittingen van de overheid verkocht ter waarde van ongeveer 1 procent van het nationaal inkomen. Volgens de Italianen zorgen (onder meer) die verkopen ervoor dat Italië op koers blijft voor een staatsschuld van 126 procent van het bruto binnenlands product.

Waarom willen de Italianen zo veel meer uitgeven dan Brussel toestaat?

Volgens de Italiaanse regering zijn de uitgaven nodig om de economie van het land weer op gang te krijgen. Premier Giuseppe Conte gelooft dat de Italiaanse economie in 2019 door deze begroting met 1,5 procent groeit.

Per saldo wordt er 37 miljard euro extra uitgegeven, ondanks de torenhoge staatsschuld. Zo voorziet de begroting in een aantal drastische hervormingen, waaronder het terugdraaien van de (grote) pensioenhervorming uit 2012 en het invoeren van een nieuwe bijstandsuitkering voor armen en werklozen. Ook het belastingstelsel gaat op de schop met de invoering van een vlaktaks.

Wat zijn de volgende stappen in deze ruzie?

Op 21 november maakt de Europese Commissie haar standpunt bekend over de Italliaanse begroting. Omdat het land nauwelijks concessies heeft gedaan, is de verwachting dat de Europese Commissie een speciale procedure tegen Italië begint.

In het uiterste geval kunnen er boetes worden opgelegd tot een half procent van het  bruto binnenlands product van het land. Mocht het zover komen, dan is het vrijwel uitgesloten dat de door premier Conte gewenste groei wordt gehaald.