Terwijl Macron broedt op aanval, ruziet Rusland met Britten

13 april 2018Leestijd: 3 minuten
Syrische tank. Foto:AFP

Zorgen alom over de situatie in Syrië. Terwijl de Franse president Emmanuel Macron speelt met het idee om een gezamenlijke aanval met Amerika uit te voeren in Syrië,  beschuldigt Rusland de Britten van betrokkenheid bij de gifgasaanval afgelopen weekeinde op het voormalige Syrische rebellenbolwerk Douma.

Bij een aanval op de rebellenenclave Douma vorige week kwamen tussen de veertig en vijfenzeventig mensen om het leven. Daarbij is volgens Syrische mensenrechtenorganisaties gebruikgemaakt van chloorgas. Syrië en Rusland ontkennen dit.

‘Ergste nepnieuws tot nu toe’

Volgens de regering van de Russische president Vladimir Poetin heeft de Britse regering de aanval met gifgas geënsceneerd. Het Russische ministerie van Defensie verklaarde vrijdag bewijs te hebben dat de Britten ‘direct betrokken waren bij het organiseren van een provocatie’, waarbij zou zijn gedaan alsof er gifgas was gebruikt.

Russische media meldden op gezag van woordvoerder generaal Konasjenkov dat de Britse regering de organisatie ter plaatse tussen 3 en 6 april heeft gemaand op te schieten met haar ‘gifgasaanval’. Het ging volgens de Russische legerwoordvoerder om leden van de hulporganisatie Witte Helmen, die ook wordt gerekend tot felle tegenstander van het regime van de Syrische president Bashar al-Assad. Deze groep zou als eerste foto’s en andere beelden hebben verspreid van onder anderen kinderen. Ze zouden worden behandeld aan de gevolgen van een gifaanval, maar het was slechts propaganda, aldus Rusland.

De Britse ambassadeur bij de Verenigde Naties (VN) Karen Pierce spreekt van een ‘flagrante leugen’ en als ‘het slechtste nepnieuws van de Russische propagandamachine tot nu toe’.

De Britse ambassadeur bij de Verenigde Naties, Karen Pierce, heeft de Russische verklaring vrijdag afgedaan als een ‘groteske en flagrante leugen’ en als ‘het slechtste nepnieuws dat we tot nu toe van de Russische propagandamachine hebben gezien’.

Amerika organiseert nog geen aanvallen

Intussen is een team van chemische wapenexperts gearriveerd in Syrië om de gifgasaanval nader te onderzoeken. De Amerikaanse president Donald Trump heeft zich vrijdag niet direct uitgelaten over Syrië, maar VN-ambassadeur Nikki Haley wel.

Volgens Haley heeft het regime van Assad tenminste 50 keer chemische wapens ingezet tijdens het Syrische conflict, dat inmiddels al zeven jaar voortsleept. Volgens Haley heeft Amerika nog geen beslissing genomen over mogelijke militaire actie in Syrië. ‘Doen we dat wel, dan wordt dat op basis van een principe waar we allemaal achter staan,’ zei Haley ten overstaan van de VN-Veiligheidsraad.

De Franse VN-ambassadeur Francois Delattre uitte dreigende woorden over het Syrische regime, dat volgens hem een ‘point of no return’ heeft bereikt. Volgens Delattre behoeft het regime van Assad een ‘robuuste, verenigde en standvastig respons’. Donderdag toonde de Franse president Macron zich al happig op een gezamenlijke aanval met Trump. Wel zocht hij vrijdag telefonisch toenadering tot de regering van Poetin. Ook de Turkse president Recep Tayyip Erdogan vrijdag zowel met Trump als met Poetin hebben gebeld om hen mede te delen dat het opvoeren van de druk in de regio ‘niet handig’ is.

Rusland waarschuwt voor nieuwe migrantengolf

Volgens de Russische minister van Buitenlandse Zaken Sergej Lavrov staat het Kremlin in contact met Washington over de situatie, die hij als ‘alarmerend’ beschrijft. ‘Zelfs kleine incidenten kunnen leiden tot een nieuwe golf van migranten voor Europa, en andere consequenties waar zowel wij als onze Europese buren niet op zitten te wachten,’ aldus Lavrov.

Eerder op de dag waarschuwde de Russische VN-ambassadeur Vassily Nebenzya al dat Amerika zich ‘gevaarlijk’ gedraagt: hij verklaarde een eventuele oorlog tussen Amerika en Rusland niet te kunnen uitsluiten. ‘De belangrijkste prioriteit van de Verenigde Naties is het voorkomen van een oorlog,’ zei Nebenzya. Rusland roept opnieuw op tot een vergadering van de VN-Veiligheidsraad om de oorlogsdreiging te bespreken.