Aan het front van de migratiecrisis: Ceuta en Melilla

21 februari 2017Leestijd: 2 minuten
Afrikaanse migranten vieren het bereiken van Spaans grondgebied Bron: ANP

Ceuta en Melilla zijn twee Spaanse exclaves in Marokko, die werken als een magneet op illegale migranten. De afgelopen dagen klommen circa duizend over de hekken.

Maandag bestormden honderden migranten het hekwerk rond Ceuta. Zo’n 350 migranten slaagden erin de stad te bereiken. Enkele dagen eerder wisten bijna vijfhonderd migranten over het hek te klimmen.

Bevolkingsgroei

De migranten zijn veelal afkomstig uit Sub-Saharaans Afrika. In de landen ten zuiden van de Sahara is werkloosheid een groot probleem. Ruim 40 procent van de bevolking in de regio leeft van slechts enkele euro’s per dag. Daarbij komt dat de Afrikaanse bevolking erg snel groeit. In Afrika wonen ongeveer 1,2 miljard mensen, in het jaar 2100 zullen het er 4 miljard zijn. De hoge werkloosheid en bevolkingsgroei zetten velen aan tot migratie.

Ceuta ligt aan de Straat van Gibraltar, Melilla een paar honderd kilometer oostelijker aan de Middellandse Zee. In 1956 raakte Spanje zijn koloniale territorium in Noord-Marokko kwijt, maar wist Ceuta en Melilla te behouden. Marokko beschouwt de twee exclaves als bezet grondgebied. Beide steden hebben ruim 80.000 inwoners.

Rond Ceuta en Melilla staat een indrukwekkend hek, voorzien van alarm en prikkeldraad. Toch werken de exclaves als een magneet op illegale migranten: Ceuta en Melilla zijn de enige grenzen van de Europese Unie in Afrika.

De migranten proberen de steden binnen te komen door over de hekken te klimmen, langs de kustlijn naar de stranden te zwemmen of zich te verstoppen in voertuigen. Geregeld breken er gevechten uit met de grenspolitie. De opvangcentra – waar ruimte is voor enkele honderden migranten – puilen uit.

Ontwikkelingshulp

Het hek bestaat uit drie lagen. De meeste pogingen om de exclaves binnen te dringen stranden al bij het eerste hek, waarna de migranten worden overgedragen aan de Marokkaanse autoriteiten. Alleen migranten die erin slagen over het derde hek te klimmen, worden opgevangen in de steden. Zij moeten vaak maanden wachten op antwoord op hun asielaanvraag. Pas dan wordt bekend of zij worden teruggestuurd naar het land van herkomst of geaccepteerd als asielzoeker.

De Europese Unie probeert migratie te ontmoedigen door miljarden uit te trekken voor ontwikkelingshulp. In 2016 kondigde de Europese Unie aan Afrikaanse landen met 62 miljard euro te steunen. Dit wordt onder meer geïnvesteerd in onderwijs en het ontwikkelen van ondernemerschap. Ook ontvangen Noord-Afrikaanse landen geld om hun grenzen te bewaken. Met het oog op de snelgroeiende Afrikaanse bevolking is het nog maar de vraag of dit toereikend is.