Zit gezochte Turkse terrorist weer in Nederland?

19 juli 2016Leestijd: 2 minuten
Turkse vlag in de Haagse Schilderswijk. Foto: ANP

De rechtbank in Antwerpen heeft de beruchte Turkse terrorist Abdulvahap Ekinci vrijgelaten. De medeoprichter van de Turkse Hezbollahbeweging is mogelijk naar Nederland gevlucht, waar hij eerder ook al politiek asiel aanvroeg.

Ekinci werd vijf geleden in Turkije veroordeeld tot een lange celstraf wegens het omver werpen van de staat. Hij wordt gezien als een van de oprichters van de Turkse Hezbollah-beweging, een islamitische terreurgroepering. Ekinci zou verscheidene moorden op zijn naam hebben staan en zat al tien jaar in de Turkse cel voor terroristische activiteiten.

In Nederland vroeg Ekinci politiek asiel aan
In 2011, nog voor de Turkse autoriteiten hem konden opsluiten voor zijn tweede straf, wist hij te ontsnappen naar Nederland, waar hij politiek asiel aanvroeg. Turkije vroeg om uitlevering van de terrorist, maar de rechter bepaalde dat Ekinci door Europese regels niet kon worden uitgezet.

Ekinci zei tijdens ondervragingen met de Nederlandse diensten dat hij de leider was van een vreedzame organisatie, maar het kabinet besloot hem als ‘ongewenst vreemdeling’ aan te merken. Eind 2012 vernietigde de Hoge Raad het vonnis, waardoor hij ook in Nederland niet meer veilig zou zijn.

Belgen laten de terrorist nu op borgtocht vrij
Toen was Ekinci echter al vertrokken naar België, ondanks dat hij nog altijd internationaal gezocht werd door Turkije. Augustus vorig jaar werd de 45-jarige Turk opgepakt door speciale eenheden van de Belgische politie.

De advocaten van Ekinci probeerden uitlevering aan België zo moeilijk mogelijk te maken. Ze overtuigden het hof van beroep in Antwerpen dat Ekinci te lang moest wachten op uitsluitsel, waarna de terrorist op borgtocht werd vrijgelaten.

Bronnen binnen de Belgische veiligheidsdiensten zeggen tegen de Belgische krant Gazet van Antwerpen te vrezen dat de Turkse terrorist alweer naar Nederland is vertrokken. Het ministerie van Buitenlandse Zaken zegt dat er contact is met de Belgische autoriteiten over het dossier. Over zijn precieze verblijfsplek weet het ministerie desgevraagd niets.