Zo verhoogt kabinet vlaktaks stukje bij beetje

14 november 2017Leestijd: 2 minuten
Minister Wopke Hoekstra van Financi‘n (CDA) en Staatssecretaris Menno Snel van Financi‘n (D66) tijdens de Algemene Financi‘le Beschouwingen in de Tweede Kamer. ANP

Het nieuwe kabinet wil een ‘sociale vlaktaks’ invoeren om werken meer te laten lonen. Maar in een maand tijd, is de belasting al twee keer verhoogd met in totaal 100 miljoen euro.

NIEUW!

Meld u hier gratis aan voor de Elsevier Weekblad Belasting Update, de wekelijkse nieuwsbrief met het laatste fiscale nieuws, analyses, achtergronden en commentaren. Elke vrijdag in uw postvak.

Het kabinet wil een ‘sociale vlaktaks’ invoeren. Nu heeft Nederland nog vier belastingschijven: hoe meer u verdient, u meer belasting u betaalt over elke extra verdiende euro. Rutte III wil werken meer laten lonen. Daarom moet er één belastingschijf komen voor verreweg de meeste Nederlanders. Alleen mensen die meer dan 68.600 euro verdienen, betalen een hoger tarief.

Maar hoe hoog moet die eerste schijf dan worden?

Op 27 oktober, zijn eerste echte werkdag, stuurt minister van Sociale Zaken Wouter Koolmees (D66) een brief naar de Tweede Kamer. De eerste belastingschijf wordt 36,89 procent, zo staat daarin te lezen.

Koolmees versus Hoekstra

Een paar dagen later, 3 november, geeft Wopke Hoekstra zíjn aftrap als minister van Financiën. Hij stuurt de Kamer die dag zijn startnota met de belangrijkste nieuwe spelregels voor de begroting van Rutte III. De eerste belastingschijf? Die wordt volgens hem 36,95 procent.

De verschillen tussen de cijfers van Koolmees en Hoekstra lijkt miniem, maar voor iemand die modaal verdient (zo’n 37.000 euro bruto per jaar) gaat het toch al snel om 20 euro. Dat kan tot 40 euro oplopen voor mensen die 68.600 euro of meer verdienen.

Stapje voor stapje

Wat is hier aan de hand? Toen het kabinet het Centraal Planbureau (CPB) vroeg om haar regeerakkoord door te rekenen, dacht zij nog aan een tarief van 36,89 procent. Dat is dan ook het percentage waar het CPB mee rekende, toen zij de koopkrachtplaatjes voor burgers berekende.

Niet veel later presenteerde het kabinet haar regeerakkoord. Daar werd het belastingtarief opeens vastgesteld op 36,93 procent. Een verhoging van slechts 0,04 procent. Zo klein dat het nauwelijks opviel, maar kennelijk net genoeg om de begroting passend te krijgen.

Maar ook dat percentage is inmiddels dus achterhaald. Minister Hoekstra gooide er twee weken later weer een minieme tariefsverhoging bovenop. Niet 36,93, maar 36,95 procent zou het nieuwe tarief worden.

Duimschroeven

Dat is pijnlijk voor Koolmees. Hij meldde in zijn brief niet alleen een verouderd percentage (het regeerakkoord sprak immers al van 36,93 procent). Maar hij was er kennelijk ook niet van op de hoogte dat zijn nieuwe collega Hoekstra de fiscale duimschroeven een paar dagen later nog een beetje zou aandraaien.

De verschillen lijken niet groot, maar het bekent toch enkele tientjes meer belastingopbrengst per modale verdiener. En dat elk jaar opnieuw. Werkenden betalen op deze manier gemakkelijk 100 miljoen euro per jaar meer aan belasting.