Energienota stijgt veel harder dan kabinet beweerde

16 november 2017Leestijd: 3 minuten

De belasting op de energienota stijgt voor veel consumenten deze kabinetsperiode meer dan het kabinet eerder beweerde. Een gemiddeld huishouden gaat volgens nieuwe berekeningen van het kabinet tot 2021 161 euro meer taks over de energienota betalen. Volgens Vereniging Eigen Huis is de schade zelfs 260  euro.

Meld u hier gratis aan voor de Elsevier Weekblad Belasting Update, de wekelijkse nieuwsbrief met het laatste fiscale nieuws, analyses, achtergronden en commentaren. Elke vrijdag in uw postvak.

De gemiddelde belasting over de energierekening stijgt van 394 euro in 2017 tot 532 euro in 2021, zo rekende staatssecretaris Menno Snel (D66) van Financiën de Tweede Kamer aanvankelijk voor. Dat was een toename met 138 euro (35 procent). Daarbij ging het kabinet ervan uit dat het energieverbruik – gas en stroom – de komende jaren daalt.

De eerste berekeningen die Snel naar de Kamer stuurde. Kosten energiebelasting, Opslag Duurzame Energie en de daarover in rekening gebrachte BTW voor een gemiddeld huishouden

Vereniging Eigen Huis (VEH) trekt de conclusie dat het energieverbruik daalt in twijfel.  Data van huiseigenaren wijzen daar volgens de belangenorganisatie van woningbezitters ook op.

‘Nieuwbouwhuizen zijn zuiniger, maar het energieverbruik van oudere huizen daalt niet,’ zegt Hans André de la Porte van VEH desgevraagd. Ook ging het kabinet er bij de berekeningen van uit dat consumenten zonnepanelen op hun dak leggen.

Meer stroom

In nieuwe berekeningen, waarin zonnepanelen buiten beschouwing zijn gelaten, gaat het kabinet uit van een hoger elektriciteitsverbruik. Daardoor stijgt het totaal bedrag aan belasting. De toename in 2021 valt ruim 50 euro hoger uit.

Volgens VEH is ook die berekening te optimistisch, en is een gemiddeld huishouden in 2021 100 euro meer kwijt dan Financiën in tweede instantie berekent. VEH gaat uit van een hoger energieverbruik.

Nieuwe berekeningen van het kabinet, zonder het effect van zonnepanelen, leiden tot hoger stroomverbruik en daardoor meer belasting.

Om welke belastingen gaat het?

 

De energiebelasting op gas en elektriciteit, die naar de algemene middelen vloeit.

De Opslag Duurzame Energie (ODE), die de komende jaren sterk stijgt en gebruikt wordt om onder meer windenergie te subsidiëren.

Het hoge BTW-tarief van 21 procent, in rekening gebracht over de hiervoor geheven belastingen.

Gemiddeld huishouden

Snel gaat in de berekeningen ook uit van een gemiddeld huishouden in een gemiddeld huis. Elsevier Weekblad Belasting berekende (op basis van inschattingen van energieverbruik) dat een echtpaar in een vrijstaand huis in 2021 ruim 360 euro per jaar duurder uit is.

De twee bewoners van een hoekhuis gaan ruim 285 euro per jaar meer betalen aan belastingen. Daarbij is ook uitgegaan van het huidige verbruik, en niet van een daling.

De stijging van de energiebelasting en Opslag Duurzame Energie in deze kabinetsperiode

Vrijstelling omlaag

Belangrijke reden waarom de nota de komende jaren stijgt, is de verlaging van de vrijstelling in de energiebelasting. Dat is het bedrag dat consumenten van de in rekening gebrachte belasting mogen aftrekken. Dat voordeel bedraagt nu nog 373 euro, inclusief btw. In 2019 gaat het omlaag naar 311 euro.

BTW verbruik

De berekeningen van Snel geven trouwens niet de totale belasting over de energienota weer. In de berekeningen is alleen de energiebelasting, ODE en de over beide belastingen verschuldigde BTW meegenomen.

Over stroom en gas zelf moet ook 21 procent BTW betaald worden. Het gaat bij een gemiddeld huishouden in 2017 om nog eens 90 tot 95 euro.

Lees ook: De fiscale maatregelen van Rutte III op een rij