Financiën: inkeerders vaak verstokte fraudeurs

30 oktober 2017Leestijd: 2 minuten

Financiën ontkent dat goedwillende belastingplichtigen de dupe worden van het verdwijnen van de inkeerregeling. Er is ook geen reden om de faciliteit alleen te schrappen voor verzwegen zwart vermogen.

Eric Wiebes heeft in zijn laatste dagen als staatssecretaris van Financiën vragen beantwoord over het helemaal verdwijnen van de inkeerregeling. Volgens Wiebes is er in de meeste gevallen van inkeer sprake van langdurige belastingfraude. Vaak gaat het om verzwegen buitenlands vermogen.

Vooral nieuwe belastingontduikers

Nieuw:
Meld u hier gratis aan voor de Elsevier Weekblad Belasting Update, de gratis wekelijkse nieuwsbrief met het laatste fiscale nieuws, analyses, achtergronden en commentaren. Elke vrijdag in uw digitale brievenbus.

Uit de Kamerbrief blijkt dat de inkeerregeling steeds minder effect heeft op het melden van zwart vermogen, de meeste mensen hebben al gebruikgemaakt van de faciliteit. Het lijkt er op dat de fiscus heeft besloten dat de extra belastingopbrengsten van het alsnog opgegeven vermogen, niet meer opwegen tegen het niet opleggen van een boete.

Wiebes verwacht dat het altijd opleggen van een boete bij inkeer vooral toekomstige belastingontduikers zal afschrikken. Hij denkt niet dat er in de laatste maanden van 2017 alsnog veel mensen ‘tot inkeer’ komen. De belastingontduiking in jaren vóór 2018 bepaalt mede of er een strafrechtelijke vervolging wordt gestart in nieuwe gevallen.

Hoogte van de boete

Voor de hoogte van de boete wordt er altijd rekening gehouden met het feit dat de gebreken in de aangifte zelf zijn gemeld. Ook hier geldt echter dat er geen sprake kan zijn van inkeer als de fiscus al een onderzoek is gestart of zegt te gaan starten. Zelfs een belastingplichtige die verwacht dat er binnenkort een onderzoek begint, kan al te laat zijn voor een verlaging van de boete.

De huidige regeling voor het opleggen van boeten biedt ook de mogelijkheid om de boete te verhogen in bepaalde gevallen. Er is daarom op dit moment geen reden om de standaardboete te verhogen na afschaffing van de inkeerregeling.

Goedwillende belastingplichtigen

Het herstellen van een fout leidt niet altijd tot een boete, de fiscus moet bewijzen dat er sprake is van opzet of grove schuld. Een belastingplichtige die ernstig nalatig was of zeer slordig, kan grove schuld worden verweten. De omstandigheden van het geval zijn hierbij van belang, zoals het niet lezen van de duidelijke toelichting.

Als de belastingplichtige inderdaad een pleitbaar standpunt heeft ingenomen, kan er ook geen boete worden opgelegd. Het is aan de Belastingdienst om het pleitbaar standpunt te beoordelen.

De fiscus heeft er bewust voor gekozen om de inkeerregeling volledig te schrappen. Er mag geen twijfel over bestaan dat iedereen op tijd en volledig aan zijn fiscale verplichtingen moet voldoen.