Madeleen Leyten (1935-2016): sociaal, en stevige standpunten

21 juni 2016Leestijd: 2 minuten

Als gestudeerde katholieke vrouw uit het zuiden met uitstekende contacten in de partijtop van de KVP en later het CDA, gold Madeleen Leyten-de Wijkerslooth de Weerdesteyn lange tijd als de meest gevraagde vrouw van Den Haag voor ministersposities. ‘Maar ze wilde haar gezin niet tekortdoen,’ zegt haar man Ton (84), gepensioneerd neuroloog.

Toen de drie kinderen ouder waren, werd ze in 1980 senator voor het CDA. Als voorstander van abortus stond ze binnen de katholieke kerk lijnrecht tegenover kardinaal Simonis en ze reisde stad en land af om in rokerige zaaltjes de achterban te overtuigen. Van 1987 tot 2002 was ze lid van de Raad van State. Madeleen Leyten overleed donderdag 9 juni in een verpleeghuis in Den Haag. Ze leed aan vasculaire dementie en was een paar maanden geleden opgenomen. Ze werd 80 jaar.

Jonkvrouwe Judith Juliette Madeleine Sophie de Wijkerslooth de Weerdesteyn was de op één na oudste in een adellijk katholiek gezin van zes kinderen. Haar vader was hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat. ‘Een strenge, principiële vader,’ zegt haar broer Joan (69), oud-topman van het Openbaar Ministerie. ‘Maar hij liet haar wel rechten studeren.’

Na haar studie werkte ze vanaf 1960 als assistent-griffier van de Tweede Kamer, maar wegens haar huwelijk in 1966 kreeg ze ontslag. Voor het werk van haar man verhuisde Leyten naar Tilburg. Met steun van partijleider Norbert Schmelzer werd ze lid van het dagelijks bestuur van de KVP. Van 1970 tot 1978 zat ze in de Provinciale Staten van Noord-Brabant. Ze speelde een belangrijke rol bij de totstandkoming van het CDA en was vertrouweling van Ruud Lubbers en daarvoor Dries van Agt.

In zijn tijd als premier belde Ruud Lubbers (77) haar vrijwel dagelijks. Lubbers: ‘Ik waardeerde haar wijze adviezen enorm. Ze had een enorme plichtsbetrachting.’

Broer Joan spreekt van een ‘bijna gereformeerde taakopdracht. De publieke zaak vond ze heel belangrijk. Wat ze ook deed, ze zat daar niet voor zichzelf.’

Ondanks haar vele bezigheden was ze een betrokken moeder, zegt Marnix (44), jongste van de drie kinderen en advocaat. ‘Het flexwerk had zij al vroeg uitgevonden. Ze deed veel tegelijk, maar als kinderen mochten wij haar altijd bellen.’

Leyten was commissaris van de Nederlandse Spoorwegen en de Bijenkorf, lid van de Raad van Advies van ABN-Amrobank en het Leids Universitair Medisch Centrum. Ze was ook bestuurslid van allerlei maatschappelijke organisaties.

In haar vrije tijd las Leyten vooral biografieën van politici en Franse romans. Met haar gezin genoot ze van de natuur in de Ardennen, waar haar moeders familie een stuk bos had. Ze wandelde en zwom graag en hield van koken. ‘Mijn moeder was heel sociaal,’ zegt Marnix. ‘Ze had stevige standpunten en zette ook thuis de lijnen uit.’