Minister Lilianne Ploumen (PvdA, Buitenlandse Handel), die zich in november nog de woede van kledingbedrijven Wibra en CoolCat op de hals haalde door erop te hameren dat deze een veiligheidsakkoord voor fabrieken in Bangladesh moesten ondertekenen, heeft dit weekend wel een heel opvallend persbericht naar buiten gebracht. Het leest als een reclamefolder voor de werkwijze van CoolCat.
CoolCat wilde in een kort geding tegen de minister een rectificatie eisen voor haar uitspraken in het Algemeen Dagblad. Dat wilde de minister blijkbaar koste wat kost voorkomen, want wie haar persbericht leest, krijgt ineens een heel ander beeld van CoolCat.
CoolCat loopt nu voorop
‘CoolCat hanteert sinds jaar en dag ook effectief haar Code of Conduct, die kinderarbeid en uitbuiting pertinent verbiedt,’ schrijft Ploumen nu. Zij spreekt zelfs haar waardering uit voor de wijze waarop CoolCat zijn productie verduurzaamt: ‘Als bedrijven hun visie, ervaringen en best practices delen, stimuleert dat de ontwikkeling van de sector als geheel.’
Even verderop gaat de minister nog verder: CoolCat is zelfs een bedrijf dat ‘voorop loopt’.
Geen verantwoordelijkheid
In het Algemeen Dagblad zei de minister in november nog dat CoolCat, Wibra en Prénatal hun verantwoordelijkheid niet nemen en hun geloofwaardigheid verliezen, omdat ze een akkoord niet tekenden waarin ze beloven textielarbeiders een salaris van 50 euro per maand te betalen, de fabrieksgebouwen te verbeteren en de resultaten van inspecties te publiceren.
Het Algemeen Dagblad suggereerde in de kop van het artikel dat de drie bedrijven op een ‘zwarte lijst’ van Ploumen stonden.
Activist
Roland Kahn, directeur van CoolCat en ook de man achter kledingmerken als M&S, Sapph en America Today, was woedend. Hij vond dat de minister zich als activist gedroeg. Maandag zond de VARA nog een fragment uit van een met verborgen camera gefilmd interview met de multimiljonair, waarin hij Ploumen een ‘linkse kutminister’ noemt.
Een paar weken later tekende hij het akkoord alsnog. Aanleiding voor het akkoord was de ramp met een ingestorte kledingfabriek in een voorstad van Dhaka, die begin vorig jaar aan meer dan elfhonderd textielarbeiders het leven kostte.