Inhalige overheid remt het herstel van de Nederlandse economie

16 september 2013Leestijd: 2 minuten

De koopkracht daalt in 2014 voor het vijfde jaar op rij. Niet raar dat consumenten stevig de hand op de knip houden. Daardoor blijft Nederland langer in de crisis gevangen dan nodig is.

Een half procent gaan Nederlanders er door de bank genomen in 2014 op achteruit, zo blijkt uit de nieuwste berekeningen van het Centraal Planbureau (CPB). Als volgend jaar het enige jaar zou zijn waarin consumenten moesten inleveren, zou dat cijfer wellicht voor weinig beroering zorgen.

Langer dan nodig

Wie de koopkrachteffecten beter bekijkt, ziet onmiddellijk dat gepensioneerden beduidend harder worden geraakt dan andere Nederlanders. Gemiddeld leveren zij 1,5 procent in, maar veel AOW’ers gaan er beduidend meer op achteruit.

Bovendien wordt 2014 het vijfde jaar op rij dat de koopkracht daalt. Nederland zit midden in een van de zwaarste economische crises uit de afgelopen honderd jaar. Juist het feit dat burgers de hand op de knip houden, zorgt ervoor dat de huidige crisis dieper is en langer duurt dan nodig.

Dat valt consumenten niet te verwijten. In een poging om het begrotingstekort terug te dringen, heeft het kabinet de lasten fors verzwaard, waardoor Nederlanders minder te besteden hebben. Geen wonder dat ze zuinig aan doen.

Obesitas

Volgens het planbureau blijft de Nederlandse economie achter bij die van andere eurolanden. Dat is iets wat het kabinet zich zwaar mag aanrekenen. Consumenten die vertrouwen hebben in de toekomst en geld hebben om uit te geven, zijn cruciaal voor het herstel.

In plaats van lasten te verhogen kan het kabinet beter het mes zetten in de overheid. Die lijdt aan obesitas.

Van elke euro die in Nederland wordt verdiend, geeft de staat volgend jaar de helft uit, zo blijkt uit de berekeningen van het CPB. Dat moet snel minder worden.