Angst voor Russische militaire invasie is onterecht

13 september 2014Leestijd: 2 minuten
''

Op papier heeft Rusland een enorm leger en in de publiciteit komt president Vladimir Poetin over als een agressor. Sommige ‘veiligheidsspecialisten’ strooien daarom met scenario’s van een Russische invasie die pas kan worden gestopt als de duizenden T-90 tanks aan de oever van de Rijn staan. Maar zo zal het niet gaan.

Elsevier sprak in Washington met analisten van het Pentagon, van het ministerie van Buitenlandse Zaken en denktanks. Hun boodschap: onderschat de Russen niet, maar verwacht geen massale aanvallen. Denk eerder aan cyberaanvallen en politiek-militaire speldenprikken. Een krachtig antwoord van de NAVO-landen is de enige taal die Poetin begrijpt.

Geslepen

Poetin bedrijft politiek zoals je van een ex-spion verwacht. Geslepen en met oog voor de zwaktes van de tegenstander. Hij speelt de NAVO-lidstaten tegen elkaar uit door telkens een ‘crisis’ te scheppen. De helft van de NAVO-bondgenoten denkt dat hij elke kans aangrijpt om binnen te vallen. De andere helft gelooft hier niets van.

Amerika besteedt 4 procent van het nationaal inkomen aan defensie. Dat is vergelijkbaar met Rusland, maar in absolute cijfers (640 miljard dollartegenover 70 miljard dollar) en in vuurkracht zijn de Verenigde Staten veel sterker. Vergeet ook niet dat de Amerikanen nog altijd zo’n 67.000 militairen in West-Europa hebben. Dat is weinig vergeleken met de 400.000 manschappen die de Amerikanen er in de Koude Oorlog hadden en ook vergeleken met de 766.000 man sterke Russische strijdkrachten.

Afschrikking

Maar qua afschrikking zijn die 67.000 militairen behoorlijk overtuigend. Zo volstond gedurende de Koude Oorlog één Amerikaanse brigade (een paar duizend man) om West-Berlijn uit de klauwen van Moskou te houden. Afgezien hiervan is de situatie nu totaal anders dan in de Koude Oorlog.

Is de Oekraïne-crisis te vergelijken met de Cubacrisis in 1962? ‘Onzinnig,’ zegt een militair expert in Washington. ‘Je vraagt me toch ook niet of de griep overeenkomt met kanker?’