Oekraïense ambassadeur: ‘Deze keer zijn we er klaar voor’

29 januari 2022Leestijd: 7 minuten
Oekraïense militairen oefenen met Britse luchtafweerraketten nabij de Oekraïense stad Lviv. Foto: ANP/AP Photo/Pavlo Palamarchuk

De veiligheid van Europa begint met de veiligheid van Oekraïne, schrijft Maksym Kononenko, de voorgedragen Oekraïense ambassadeur in Nederland. Het Westen moet Oekraïne ondersteunen en een krachtig antwoord geven op de pogingen van Rusland om de eenheid van Europa te ontwrichten door middel van chantage, desinformatie en cyberaanvallen.

Maksym Kononenko (41) is voorgedragen als ambassadeur van Oekraïne in Nederland.

 

Ingezonden opinieartikelen worden geselecteerd door de redactie, maar vertegenwoordigen niet noodzakelijkerwijs het standpunt van EW.

In 1991 heeft Oekraïne zijn onafhankelijkheid teruggewonnen na vele decennia onder de heerschappij van Moskou. Toen waren wij Oekraïners blij en naïef. We dachten dat als we zouden besluiten neutraal te blijven en ons niet bij welke alliantie dan ook aan te sluiten, niemand ons zou aanvallen. We geloofden dat als we kernwapens zouden afzweren in ruil voor internationale garanties, de betrokken landen ons in het kader van het Boedapest-memorandum zouden beschermen.

We waren ervan overtuigd dat als we een open, tolerante samenleving zouden bouwen op basis van de rechtsstaat, respect voor mensenrechten en andere Europese waarden, onze buren geen reden zouden kunnen vinden om geschillen met ons te beslechten met wapens. We hebben er oprecht op gehoopt dat Rusland samen met ons en met steun van het Westen het pad van democratische hervormingen zou betreden, een democratie zou bouwen, markteconomie zou ontwikkelen en van ‘gevangenis der volken’ een cultureel centrum voor de hele post-Sovjetruimte zou worden.

Hoge verwachtingen na onafhankelijkheid bleken naïef

Helaas is dit niet gebeurd. Rusland zonk langzamerhand en onomkeerbaar weg in het moeras van nostalgie naar de vergane glorie van zijn imperium, terwijl het samenwerking met het Westen veinsde, en hoe langer hoe meer ambities kreeg om de oude glorie terug te brengen.

Diep in ons hart voelden wij: ‘Winter is coming’, maar wilden het niet geloven. Net zoals Tsjechië het niet kon geloven dat het zou worden weggegeven aan nazi-Duitsland, net zoals de Polen het niet konden geloven dat bondgenoot Stalin hen in 1939 een mes in de rug zou steken, net zoals de Hongaren het niet konden geloven dat dezelfde Sovjet-tanks die Boedapest in 1944 hadden bevrijd, ongenadig over de Hongaarse opstand in 1956 heen zouden walsen. We konden en wilden niet geloven dat het Russische volk, waarmee Oekraïners zo veel familie- en persoonlijke relaties hebben, een oorlog zou beginnen om Oekraïne met geweld in het imperiale gareel terug te zetten.

Onze leiders waren onverantwoordelijk, de instituties waren zwak, en mensen naïef. Het is ons niet gelukt om ons voor te bereiden, en intussen is de ‘winter’ er al. In 2004 bracht Rusland het politieke systeem van Oekraïne een zware slag toe door zich in de presidentiële verkiezingen te mengen. Maar de Oranje Revolutie heeft er een stokje voor gestoken. In 2005-2006 en 2008-2009 gebruikte Rusland aardgas als wapen, door zowel Oekraïne als Europa met de levering daarvan af te persen. Uiteindelijk, in 2014, toen onder druk van het Euromaidan en de Revolutie van de Waardigheid dictator Viktor Janoekovitsj werd gedwongen om afstand van de macht te nemen, heeft Rusland de Autonome Republiek Krim en de stad Sebastopol bezet en geprobeerd te annexeren en een echte oorlog ontketend in de Donbas.

Russisch-Oekraïense oorlog duurt al bijna acht jaar

De Russisch-Oekraїense oorlog duurt al bijna acht jaar. Het is een echte oorlog in het hart van Europa en hij duurt inmiddels langer dan de Tweede Wereldoorlog. De oorlog heeft militaire, maar ook economische facetten, en gaat gepaard met desinformatie en cyberaanvallen. Deze oorlog is maar al te goed bekend bij 14.000 Oekraїeners. Maar zij kunnen er niet over vertellen, want ze zijn gedood door Russische kogels. Ook nabestaanden, die hun verlies blijven betreuren, hebben deze oorlog in de ogen moeten kijken.

De oorlog tussen Rusland en Oekraïne is ook maar al te goed bekend bij duizenden gewonde en verminkte soldaten die je in de straten van Oekraïense steden tegenkomt. Honderdduizenden Krim-Tataren en Oekraïners die op de bezette Krim wonen, dat een gemilitariseerd getto voor andersdenkenden is geworden, weten er ook van. De echo van de oorlog is te horen in de gangen van Russische gevangenissen, waar Oekraïense politieke gevangenen vastzitten na verzonnen strafzaken. En ook in martelkamers in de bezette gebieden, zoals in Donetsk.

De oorlog is ook bekend binnen de muren van het Élysée-paleis en het kantoor van de bondskanselier, betrokken bij de Normandië-onderhandelingen. Ook in Nederland weet men van de Russisch-Oekraïense oorlog. De rechercheurs die het neerhalen van vlucht MH17 onderzoeken en de nabestaanden van de slachtoffers, artsen van ziekenhuizen waar gewonde Oekraïense militairen revalideren, en Nederlandse journalisten die hun werk professioneel doen en verslag doen van gebeurtenissen in en rond Oekraïne. Slechts op één plek op aarde is deze oorlog niet bekend: in Moskou. Niet erkend, dus niet bekend. Het is tactiek.

‘Zonder Oekraïne is Rusland geen rijk meer’

Ambassadeur

Lees ook het ingezonden opinistuk van de Russische ambassadeur Akexander Shulgin:  ‘Er is een agressieve campagne tegen ons land’

Er is niets persoonlijks aan de Russische oorlog tegen Oekraïne. Denk aan de woorden van de prominente Amerikaanse politicoloog Zbigniew Brzezinski: ‘Zonder Oekraïne is Rusland geen rijk meer. Mét Oekraïne, omgekocht en vervolgens ondergeschikt, wordt Rusland automatisch een rijk.’ Rusland heeft gekozen voor het imperiale paradigma en dat gaat simpelweg niet zonder Oekraïne.

Zonder de geschiedenis van het Kievse Rijk krimpt de Russische geschiedenis tot een handjevol eeuwen. Zonder Kiev als spirituele bakermat kan Moskou niet worden beschouwd als een religieus centrum van orthodoxie. Zonder Oekraïense kunstenaars wordt de bijdrage van Rusland aan de Europese en mondiale cultuur onvergelijkbaar kleiner. Hoe kan Rusland concurreren in de ruimte- en vliegtuigbouw zonder ontwerpbureaus en fabrieken in Charkov, Zaporizja of Dnjepro? Hoe kunnen een demografische ramp en economische ineenstorting worden voorkomen zonder de inbreng van arbeidskrachten uit Oekraïne?

Deze onweerlegbare logica van geopolitieke processen maakt het allemaal nog enger. Moet het Oekraïense volk het eigen land opgeven alleen omdat het niet beantwoordt aan de geopolitieke belangen van Moskou? Komt het erop neer dat de Oekraïners zulke fundamentele Europese waarden als vrijheid, menselijke waardigheid, tolerantie en non-discriminatie moeten opgeven, alleen omdat ze niet passen bij de manier van denken van Moskou? Moeten we weigeren om terug te keren naar het gemeenschappelijke Europese huis – en integreren in de EU en de NAVO – om het ego van de Kremlin-elite te behagen, gekwetst door de nederlaag in de Koude Oorlog?

De winter is dichterbij dan ooit

Oekraïners zullen hiermee nooit akkoord gaan en daarom strijden wij, tegen alle voorspellingen en berekeningen in, al acht jaar voor onze onafhankelijkheid. Het is 2022 en de winter is dichterbij dan ooit. Russische troepen worden systematisch naar onze grenzen gestuurd. Er werden 54 tactische bataljons met in totaal 106.000 militairen, 1.500 tanks, 3.600 gepantserde gevechtsvoertuigen, meer dan 2.000 artillerie-eenheden en 21.000 marine- en luchttoestellen ingezet.

Tegelijkertijd begrijpen we dat Rusland desgewenst in een paar dagen nog veel meer kan inzetten. Maar wat noch wij, noch onze westerse partners begrijpen, is het doel van het plaatsen van deze troepen, aangezien Rusland tot nu toe heeft geweigerd om zijn militaire activiteiten op transparante wijze uit te leggen in overeenstemming met zijn internationale verplichtingen. Met andere woorden, het land dat beweert een ‘vredestichter’ en ‘bemiddelaar in het conflict tussen Kiev en Donetsk en Loehansk’ te zijn, bewapent en financiert niet alleen illegale gewapende groepen in die laatstgenoemde gebieden, maar vormt ook openlijk een militaire dreiging aan de Oekraïense grens.

We weten het niet, maar kunnen wel aannemen dat het ofwel een geopolitieke chantage van het Westen is, om de invloedssferen in Europa opnieuw te verdelen. Ofwel is het een voorbereiding op een gewapende bezetting van Oekraïne. In beide gevallen is de architectuur van de Europese veiligheid in het vizier van Russische soldaten die gereed staan om elk agressief bevel van het Kremlin uit te voeren, en niet van het leger van Oekraïne dat alleen eigen grondgebied verdedigt.

Europa kan een duidelijk politiek signaal geven dat verdere agressie ontoelaatbaar is

Maar deze keer zijn we er klaar voor. Hoewel Oekraïners onvoorwaardelijk de voorkeur geven aan diplomatie, zijn we standvastig en voorbereid op een militaire afweer. Maar is het verenigde Europa vandaag klaar om het land te helpen dat vecht voor zijn Europese koers? Een land dat bereid is met het leven van zijn burgers te betalen voor Europese waarden en idealen? Is de Europese Unie klaar om zich te positioneren als een geopolitieke macht, als een onafhankelijke speler, om waardig te reageren op het Russische ultimatum?

We begrijpen dat jullie soldaten niet gaan vechten in de Oekraïense loopgraven, maar jullie kunnen veel doen: een duidelijk politiek signaal geven dat verdere agressie ontoelaatbaar is, een pakket van pijnlijke sancties aan de Russische economie opleggen, Oekraïne versterken door ons van wapens en militaire uitrusting te voorzien. Als we elke stap van een Russische soldaat op Oekraïense bodem ontzettend duur maken, en de economische gevolgen ondraaglijk, dan is de kans groot dat Rusland het niet aandurft om een ​​grootschalig militair avontuur in het midden van Europa aan te gaan.

We wachten op jullie beslissing, we wachten op deze hulp. Nederland moet als de vijfde economie van de EU en een belangrijk en gerespecteerd lid van de EU en de NAVO aan het woord komen. Ik hoop van harte dat dankzij jullie steun duizenden verdedigers van Oekraïne in staat zullen zijn om tegen de dood te zeggen: ‘Niet vandaag!’